Normen en waarden
de loop van de geschiedenis heeft
aangepast aan de ontwikkelingen in de
samenleving. De huiskamerbank van
destijds is een financieel instituut ge
worden; de parttime-kassier aan het
eind van de vorige eeuw maakte plaats
voor de professionals van vandaag.
Maar het vertrekpunt dat de Rabo-
bankorganisatie als coöperatieve bank
bancaire dienstverlening als haar ultie
me doel ziet - en niet een zo hoog mo
gelijk rendement op haar bedrijfsvoe
ring - staat nog recht overeind. Voor
opgesteld moet worden, dat het niet
eenvoudig is alle normen en waarden
in een sluitend systeem te benoemen.
Daarom zullen we een poging doen
om enige bronnen van organisatie-
ethiek aan te duiden.
Voorop staat dat de (plaatselijke)
Rabobank een coöperatieve vereni
ging is, die er -om de bancaire behoef
ten van haar leden en cliënten te dek
ken- een goed geëquipeerd bankbe
drijf op na houdt. Dat betekent dat de
bancaire produkten en diensten vanuit
het oogpunt van de gebruiker zinvol en
van een uitstekend kwaliteitsniveau
moeten zijn.
De organisatiedoelstelling is tevens
bepalend voor de stijl van zaken doen,
die bij uitstek cliënt-georiënteerd is.
Het belang van de relatie gaat voor de
eenmalige transactie. Winst is immers
geen doel, maar in feite randvoorwaar
de. In de relatie met de cliënt komt dit
bijvoorbeeld tot uitdrukking door de wij
ze waarop de bank achter de cliënt
blijft staan en mee oplossingen zoekt
als het tij onverhoopt wat tegen zit.
Deze houding ten opzichte van de
relatiekring komt ook tot uitdrukking in
de zorgvuldigheid en integriteit, waar
mee de bank met de belangen van le
den en cliënten omgaat. Het uitbren
gen van aanbiedingen met een zoge
naamde negatieve akkoordverklaring
past dus niet in de Rabo-cultuur.
Doordat beleid en uitvoering van
het bankbedrijf van een plaatselijke
bank geografisch en mentaal zo dicht
bij de cliënt staan -en de bank direct
aanspreekbaar is-, blijft de betrokken
heid vanuit de bank bij het wel en wee
van de cliënt gewaarborgd.
Tenslotte dient als bron van normen
en waarden van de Rabobankorgani-
satie de gemeenschapszin genoemd
te worden. Die kwaliteit is als het ware
in de structuur en werkwijze van de or
ganisatie op landelijk en lokaal niveau
verankerd. Respect voor groepen en
individuen en het streven naar consen
sus zijn kenmerken ervan. De opstel
ling van de Rabobank ten opzichte van
biotechnologie is hierbij illustratief. Zo
heeft de bank op grond van ethische
overwegingen afgezien van participatie
in projecten waarbij genetische mani
pulatie aan de orde is. Daarnaast wil
de bank een bijdrage leveren aan de
maatschappelijk discussie over bio
technologie die ertoe moet leiden dat
een gefundeerde visie wordt ontwik
keld op kansen en bedreigingen voor
de samenleving. Daaruit kan wellicht
blijken onder welke condities biotech
nologie aanvaardbaar is voor mens,
dier en plant.
Gemeenschapszin manifesteert
zich ook in de behoefte bij te dragen
aan verhoging van de kwaliteit van de
plaatselijke samenleving in economi
sche en sociale zin. Dat laatste komt
ook tot uitdrukking in de mate waarin
plaatselijke banken lokale initiatieven
voor gemeenschapsdoelen ondersteu
nen.
Normen en waarden zijn bijna per
definitie niet uitputtend te beschrijven:
het gaat immers in feite om de instel
ling van waaruit gewerkt wordt. Daar
om hebben we hierboven volstaan met
het aangeven van enkele kenmerken
de elementen van houding en gedrag.
Ten slotte: normen en waarden hou
den alleen hun betekenis als zij breed
gedragen én actueel gehouden wor
den. Daarom is het goed dat de Rabo-
bankorganisatie haar stellingname, die
in het bankwezen vrijwel uniek is, re
gelmatig toetst aan de betekenis ervan
voor de samenleving van vandaag en
-zo mogelijk- morgen.
Het verlenen van een
krediet creëert een re
latie tussen bank en
bedrijf, die -zeker ook
vanuit de bank- met
bijzondere zorg moet
worden omgeven.