Wat ons bezighoudt
Snelle ontwikkelingen in de
bancaire omgeving leiden tot
ingrijpende veranderingen in
het Nederlandse bancaire land
schap, zoals elders in dit blad
wordt beschreven. De Rabo
bankorganisatie gaat de nieu
we uitdagingen aan vanuit een
eigen strategie. Het beleid
richt zich deels op het handha
ven en versterken van de posi
tie in markten waarin de bank
al fors is vertegenwoordigd,
deels gaat het om expansie in
segmenten die tot voor kort
wat minder 'des Rabo's' waren.
Zo zal Rabobank Nederland
zich meer gaan profileren als
partner voor grote bedrijven en
kapitaalmarktpartijen.
Deze grote cliënten onderhou
den eigenlijk per definitie een
relatie met meer dan één bank
en juist daarom biedt de fusie
ABN-Amro de Rabobank nieuwe
mogelijkheden. Overigens be
treft het hier zeker geen totaal
nieuw werkterrein: nu al doen
tweederde van de grote Neder
landse bedrijven en driekwart
van de institutionele beleggers
zaken met Rabobank
Nederland.
Versterking van de positie op
de kapitaalmarkt en een
verdere internationalisatie
maken de Rabobank aantrek
kelijker voor dit segment. Die
internationalisatie krijgt onder
meer vorm in een aanmer
kelijke uitbreiding van het
buitenlandse vestigingennet.
Een verdubbeling van het
aantal kantoren behoort binnen
afzienbare tijd tot de
mogelijkheden.
Pensioenfondsen willen
samen in onroerend goed
beleggen
Wat voor iedere belegger opgaat,
geldt voor de Stichting Pensioenfonds
Rabobankorganisatie (SPR) en andere
pensioenfondsen in het bijzonder: beleg
gingen dienen een zo hoog mogelijk ren
dement op te brengen zonder dat daarbij
onaanvaardbaar hoge risico's worden ge
lopen. Een gedegen beleggingskennis is
onontbeerlijk om risico's binnen de per
ken te houden. En dat is geen sinecure.
Niet alleen betreft het vaak enorme be
dragen (alleen al bij de SPR bijna f 3 mil
jard), het gaat ook om zeer verschillende
beleggingscategorieën (vastrentende
waarden, aandelen, onroerend goed).
Beleggen in onroerend goed vraagt
heel specifieke deskundigheid. Zo zeer
zelfs dat bestuur en directie van het Ra-
bobank-pensioenfonds zich afvragen of
deze discipline op termijn niet beter bij
een professioneel apparaat buiten het
fonds zelf kan worden ondergebracht.
Andere pensioenfondsen hebben hier
over vergelijkbare gedachten ontwikkeld.
Dit heeft ertoe geleid dat de pensioen
fondsen van DSM, PTT en Rabobank de
zer dagen een haalbaarheidsonderzoek
hebben aangekondigd naar een vergaan
de vorm van samenwerking voor de be
leggingscategorie onroerend goed.
Het onderzoek moet leiden tot een
model waarbij enerzijds de maximale in
vloed van de drie fondsen op het beleid
gewaarborgd blijft en anderzijds door een
aanzienlijke schaalvergroting nog effi
ciënter en professioneler in de onroerend
goed-markt kan worden geopereerd. De
drie fondsen samen beleggen voor circa
f 1 miljard in (Nederlands) onroerend
goed. De bedoeling is het onderzoek
rond januari af te ronden, zodat bij een
positief resultaat het samenwerkingsver
band midden volgend jaar operationeel
kan worden. Niet uitgesloten is dat ande
re pensioenfondsen zich op den duur bij
de samenwerking zullen aansluiten.
De SPR is actief voor de totale Rabo
bankorganisatie. Doordat op grond van
het nieuwe pensioenreglement ook werk
nemers jonger dan 25 jaar tot de deelne-
mersgroep behoren, is het aantal deelne
mers het afgelopen jaar sterk uitgebreid,
namelijk tot bijna 35000. Daarnaast telt
het fonds meer dan 13500 oud-deelne
mers, waarvan ruim 3000 nu een pen
sioenuitkering ontvangen.
Bestuurders confereren over
hun rol in veranderende
Rabobank
Circa 1200 managers van plaatselijke
Rabobanken en Rabobank Nederland
namen dit voorjaar deel aan een confe
rentie. waarin het Rabobank bankieren in
de negentiger jaren diepgaand werd be
sproken. Maar in een coöperatieve orga
nisatie dienen niet alleen managers en
medewerkers goed voorbereid de toe
komst in te gaan. Om optimaal te kunnen
functioneren in een veranderende omge
ving. moeten ook de bestuurders zich be
raden op de toekomst. De themaconfe
renties die eind dit jaar plaatsvinden voor
leden van besturen en raden van toezicht
van de plaatselijke banken, vormen een
belangrijk hulpmiddel om het inzicht in re
levante ontwikkelingen te vergroten.
'De Raad van Beheer stelt zich voor
op die themaconferenties openhartig uit
een te zetten hoe ze de positie van de
aangesloten banken en Rabobank Ne
derland bij deze ontwikkelingen ziet', licht
mr. O.W.A. Baron van Verschuer, voorzit
ter van de Raad van Beheer van Rabo
bank Nederland, in de uitnodigingsbrief
toe. 'Vanzelfsprekend zal haar visie de
basis vormen van een discussie met de
leden van de beheerscolleges over de
zaken die de colleges moeten bezighou
den. Naar wij menen zal die discussie
moeten gaan over de rol en de taak van
de lokale banken in de zich veranderen
de omstandigheden.'
Tijdens de conferenties zullen in ieder
geval drie belangrijke thema's aan de
orde komen. Gesproken zal worden over
de gewenste omvang van plaatselijke
banken, in balansgrootte en in de be
grenzing van het werkgebied. Verder
staat op de agenda het sociaal beleid en
meer in het bijzonder de grenzen die het
personeelsontwikkelingsbeleid stelt aan
de beleidsruimte van de plaatselijke ban
ken. Een derde belangrijk gespreksthe
ma betreft de gevolgen die de toenemen
de professionaliteit van het management
hebben voor het functioneren van de be
heerscolleges.
Ruim 6000 bestuurders zijn uitgeno
digd voor de eendaagse conferentie, die
in november en december meer dan ne
gentig keer wordt gehouden. Leden van
de Raad van Beheer en de regiodirecteu
ren verzorgen inleidingen, terwijl er volop
ruimte is voor discussie. De eerste reac-
3 Rabobank 8/90