Toespraak minister van Financiën
Secretaris-generaal
Michiels van Kesse-
nich sprak de rede uit
van minister Kok.
o
o>
O
O
O
tempo beweegt de Gemeenschap zich
in de richting van een grote interne
markt zonder binnen-grenzen en ver
volgens de EMU, de Economische en
Mometaire Unie. Ook de voltooiing
daarvan wordt nog wel een kwestie
van lange adem, maar de vooruitgang
is zeker bemoedigend.
Het vrije kapitaalverkeer is voor u
van bijzondere betekenis; per 1 juli
aanstaande zal het kapitaalverkeer in
de meeste EG-landen volledig gelibe
raliseerd zijn. Het opheffen van belem
meringen op het vrije verkeer van per
sonen, goederen en diensten gaat
eveneens gestaag voort, ook al moet
er op dit terrein nog veel gebeuren.
Eén Europese munt
De interne markt is een noodzakelij
ke voorwaarde voor de tot stand te
brengen Economische en Monetaire
Unie, maar de reikwijdte van de EMU
gaat veel verder. De meest ingrijpende
veranderingen zullen optreden in de
monetaire sfeer. Onherroepelijk vaste
wisselkoersen en in de uiteindelijke
vorm, wat mij betreft, één enkele Euro
pese munt. En één enkel monetair be
leid, vastgesteld door één enkele Euro
pese Centrale Bank.
De nationale economieën van de
EG-landen zullen steeds meer met el
kaar vervlochten raken. Die ontwikke
ling heeft met name gevolgen voor het
budgettaire beleid van de lidstaten.
Uiteraard zal geen enkele lidstaat zo'n
losbandig budgettair beleid mogen voe
ren dat het geïntegreerde monetaire
beleid in de wielen wordt gereden.
Maar binnen grenzen zullen de lidsta
ten ook straks zelf moeten kunnen be
slissen over de inrichting van hun pu
blieke sector. Natuurlijk zal de hete
adem van de internationale concurren
tie de lidstaten wel degelijk uitdagen
om ook op het budgettaire vlak inventi
viteit en daadkracht aan de dag te leg
gen.'
Afrondend stelde minister Kok over
de ontwikkelingen in Oost- en West-
Europa: 'Het is interessant en bemoe
digend om te zien dat de vernieuwin
gen in Oost én in West, elk weliswaar
op verschillende gebieden, toch we
derzijds stimulerend blijken te werken.
Het meest duidelijk komt dit naar voren
in het proces op weg naar vereniging
van de beide Duitslanden. Het is
adembenemend wat we daar meema
ken. Zeven maanden geleden stond de
muur nog als scheiding tussen vrijheid
en onvrijheid midden tussen de beide
Duitslanden. Nu maken we de balans
op van aanpassingsproblemen en
nieuwe economische kansen die het
grote Duitsland ook aan ons in Neder
land biedt. Een balans die -daar ben ik
rotsvast van overtuigd- naar de positie
ve kant zal kunnen doorslaan. Mits we
ervoor zorgen dat we ons huis -onze
Nederlandse economie en de over
heidsfinanciën als onderdeel daarvan-
goed op orde brengen en houden.'
Dubbele uitdaging
Bij dat op orde brengen en houden
ziet de minister van Financiën zich
voor een dubbele uitdaging geplaatst.
'Enerzijds zie ik op verschillende be
langrijke terreinen de noodzaak van
nieuw beleid, bijvoorbeeld voor infra
structuur, onderwijs, gezondheidszorg,
arbeidsmarkt en milieubescherming.
Anderzijds is het hoog tijd dat het over
heidsbudget in minder onevenwichtige
banen belandt. Ik denk daarbij natuur
lijk vooral aan het nog steeds te hoge
financieringstekort.
Het budgettaire beeld is sinds no
vember vorig jaar per saldo verslech
terd door een aantal factoren, in het
bijzonder de bij de ramingen achterge
bleven belastinginkomsten, hogere
rente-uitgaven en hogere WIR-claims
door het bedrijfsleven. Voor een deel
werken deze door naar 1990 en vol
gende jaren. Desondanks lijkt het kabi
net erin te slagen de begroting voor
1990 te houden binnen de in het re
geerakkoord afgesproken grenzen. Het
tekort van het rijk zou in 1990 5,25%
van het nationaal inkomen mogen be
dragen en volgens de huidige inzichten
komt dit tekort uit op 5,0%.
Of we met de begroting voor 1991
ook goed zullen oogsten, is zo relatief
vroeg in het jaar nog niet te voorzien',
aldus de minister die constateerde dat
aan de begroting zware en uiteenlo
pende eisen worden gesteld. Het fi
nancieringstekort moet verder terug,
de collectieve lastendruk moet binnen
grenzen blijven en toch moet er ruimte
zijn voor nieuw beleid. 'Heroverweging,
herschikking en efficiency-bevordering
zullen dan ook onvermijdelijk een be
langrijke plaats in het begrotingsproces
moeten innemen. Een andere manier
om financiële ruimte te creëren is door
een uitgekiende strategie van investe
ringen de opbrengsten te verhogen en
de kosten te drukken. Voor de
overheid bestaat die investering onder
meer uit het voeren van een activerend
arbeidsmarktbeleid, gericht op het ver
hogen van de arbeidsdeelname in Ne
derland. Overheid en sociale partners
hebben hiervoor een gezamenlijke ver
antwoordelijkheid.'
Niet alleen het overleg met werkge
vers en werknemers, maar ook samen
werking met provincies en gemeenten
is voor dit kabinet een belangrijke
zaak, vindt de vice-premier. 'Zo zijn we
samen aan de gang. Samen met de
sociale partners. Samen met de lagere
overheden. Samen als overheid met
de bedrijven, zonder waterdichte
schotten tussen staat en markt. Samen
in Europa. In een zich versterkende
EG. Samen ook met de mannen en
vrouwen in Centraal- en Oost-Europa,
waar wij niet tegenover willen staan,
tot op de tanden gewapend, maar met
wie we vreedzaam één gezamenlijk
Europees huis willen bouwen en bewo
nen. Ik vind het een voorrecht aan dat
alles een bescheiden bijdrage te mo
gen leveren. En ik houd mij voor inspi
rerende bijdragen vanuit uw organisa
tie ten zeerste aanbevolen.'
14 Rabobank 6-7/90