Toerisme De Nederlandse at- tractiepunten moeten alert blijven nu in het nabije buitenland grootschalige parken in ontwikkeling zijn. name van de vakantieparticipatie zien. Ongeveer 1 op de 3 Nederlanders on derneemt minstens één vakantie in de winterperiode. Meer bungalowvakanties De bedrijfstakken die het meest be trokken zijn bij het toerisme naar en in Nederland, zijn logiesverstrekkende bedrijven (hotels, pensions, bungalow parken en campings) en bedrijven die dagrecreatie bieden (zoals bijvoor beeld attractieparken). De diverse sec toren vertonen een uiteenlopende ont wikkeling. In hotels en pensions vertonen de totale vakantie-uitgaven weinig schom melingen. Een flinke toename van de uitgaven aan korte vakanties in deze sector compenseert de vermindering van uitgaven aan lange vakanties. De uitgaven bij de bungalowsector vertonen een stijgende lijn. Ofschoon in deze sector een lichte toename van lange vakanties valt te constateren, komt de belangrijkste groei voort uit een grote stijging in het aantal korte vakanties. Deze groei is echter ongelijk verdeeld over de 5 categorieën bedrij ven die de Kampeerraad onderscheidt. De meest luxe categorie met een zeer hoog voorzieningenniveau, zoals Cen ter Parcs, behaalt een bezettingsgraad van 95%. Aan de andere kant van de schaal komen de kleine, verouderde zomerhuizen met een veelal slechte bezetting in het hoogseizoen door gaans niet boven een bezettingsgraad van 30%. De kampeersector vertoont al meer dere jaren een positieve, zij het be scheiden ontwikkeling. Dit komt met name door een stijging van het aantal korte vakanties. Uiteraard spelen de weersomstandigheden in deze sector een belangrijkere rol dan in bijvoor beeld de bungalowsector. Ook hier zijn het vooral de betere bedrijven die groei vertonen. Een aanzienlijk deel van de kleinere kampeerbedrijven met een op pervlakte van gemiddeld 1,75 hectare en ongeveer 55 jaarstandplaatsen gaat een moeilijke tijd tegemoet. Over het algemeen is het voorzieningenniveau op het bedrijf of de standplaats te laag. Het overgrote deel van de ongeveer 10.000 vaste standplaatshouders die nu op deze bedrijven vertoeven, be hoort tot de laagste inkomens- en ho gere leeftijdscategorieën. Het risico be staat dat deze doelgroep geleidelijk 'verdwijnt'. Langer in attractiepark Attractiepunten trekken samen jaar lijks circa 19 miljoen bezoekers, waar van 19% uit het buitenland. De attrac tiepunten worden gedomineerd door de zogenaamde 'Club van Elf'. De hierbij aangesloten grote dagrecreatie- bedrijven trokken in 1988 met hun at tractiepunten ongeveer 47% van het totale bezoek, ofwel 8,9 miljoen gas ten. Uit een onderzoek van het Neder lands Research Instituut voor Toerisme blijkt dat de attractieparken zich voor spoediger hebben ontwikkeld dan be gin jaren '80 werd verwacht. Het be zoekersaantal is slechts licht gestegen, maar de verblijfsduur van het publiek is met bijna 30% toegenomen. Dit kan in verband staan met de over het alge meen forse investeringen die men heeft gedaan. In 1987 bleek 58% van de onder vraagde bedrijven winstgevend te zijn, tegenover 30% in 1981Toch moeten de attractiepunten alert blijven, gezien de ontwikkelingen van nieuwe zeer grote attractiepunten in en vlakbij Ne derland. Men zal aandacht moeten blij ven besteden aan educatie en informa tie, gezinnen zonder kinderen, voorzie ningen voor elk weer en verblijfsrecre- atieve mogelijkheden. Kwaliteit voldoende Het initiatief van het Europese jaar van Toerisme komt voor de Nederland se toeristische sector zeker niet op een slecht moment. De kwaliteit van de voorzieningen wordt over het alge meen als voldoende beoordeeld, al blijft er natuurlijk altijd wel wat te ver beteren. Het is opvallend dat de pun ten waarop ons land als vakantieland minder sterk wordt ingeschat (het weer, de drukte en de afwisseling in het landschap), buiten de invloedsfeer van ondernemers en beleidsmakers liggen. De ontwikkelingen rond het inko mend toerisme tonen aan dat binnen de Europese Gemeenschap grote po tentiële doelgroepen leven, die in toe nemende mate belangstelling kunnen krijgen voor een toeristisch bezoek aan ons land. De verdere integratie en eco nomische ontwikkeling van de zuidelij ke lidstaten ontsluit een belangrijke consumentengroep voor onze toeristi sche sector. Maar het Europees jaar van Toeris me zal ook op indirecte wijze van grote betekenis zijn. Het eenwordingsproces van Europa kan niet alleen op afspra ken tussen overheden en bedrijven ge baseerd zijn. De werkelijke eenwording vindt tussen burgers plaats, die elkaar dankzij het toerisme hebben leren ken nen. Nieuwe nota toeristisch beleid Het Ministerie van Economische Zaken heeft dit voorjaar een nieuwe toe ristische nota opgesteld. Dit beleidsstuk zal ertoe moeten leiden dat het toeris me in en naar Nederland de komende vier jaar krachtig wordt gestimuleerd. Trefwoorden daarbij zijn: prioriteiten: de sterke punten in het toeristisch produkt benadrukken; professionaliteit: het op een kwalitatief hoogwaardige wijze voldoen aan de wensen van de kritische consument; samenwerking: zowel tussen overheid en bedrijfsleven als binnen het be drijfsleven zelf voor gezamenlijke promotie en produktontwikkeling; milieu: omdat milieu en toerisme elkaar van dienst kunnen zijn en het toe risme in de toekomst meer en meer een schoon milieu vraagt. 8 Rabobank 5/90

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1990 | | pagina 8