Wat ons bezighoudt In onze coöperatieve organi satie hebben bestuur en raad van toezicht van de plaatse lijke banken een wezenlijke rol. Formeel liggen hun taken op terreinen als bestuur en beheer van de bank danwel het toezicht daarop. Vanuit een meer informele benade ring kunnen de leden van de colleges ook worden gezien als zeer deskundige cliënten panels, die op grond van praktijkervaring kunnen advi seren over de dienstverlening door de bank. Het is mede daarom van be lang dat de colleges met name een goede afspiegeling vormen van de leden-onder- nemers, de eerste doelgroep van de kredietcoöperatie. Uit recente gegevens blijkt dat die afspiegeling bij de in stroom van nieuwe leden van besturen en raden van toe zicht zeker een feit is. Van de ruim 300 personen die het af gelopen jaar deelnamen aan de introductiedagen voor nieuwe bestuurders, was 38% werkzaam in het agrarisch bedrijfsleven en 41% in de sector handel, industrie en dienstverlening. Dit laatste cijfer illustreert ons toene mende marktaandeel in het midden- en kleinbedrijf. Nog een cijfer over de ont wikkeling in de samenstelling van de colleges: van de deel nemers aan de introductieda gen was 10% vrouw. In verge lijking met het verleden is dit een behoorlijke toename. Wellicht is de grote belang stelling voor het Rabobank- seminar voor vrouwelijke (mede)ondernemers een voor bode voor een verdere groei van het aantal vrouwen in onze colleges. Rente-effect Duitse monetaire unie kan beperkt blijven 'Die Sache ist entschieden' ofwel 'de kogel is door de kerk' was een van de veelgehoorde reacties na de recen te bekendmaking van de officiële Westduitse voorstellen voor de Duitse monetaire unie. De belangrijkste on derdelen waren het voorstel voor een omwisselkoers van 1 Ostmark voor 1 D-mark voor spaartegoeden tot 4000 Ostmark per inwoner en van 2 Ost mark voor 1 D-mark voor hogere be dragen. Lonen en pensioenen zullen eveneens met een koersverhouding van 1:1 worden omgezet. Schulden daarentegen zullen tegen 2:1 worden omgerekend. Dit alles met ingang van 2 juli, mits de plannen tijdens de lopen de onderhandelingen met de Oostduit- se autoriteiten grotendeels worden overgenomen. Met deze bekendma king werd de onzekerheid opgeheven die was ontstaan toen bondskanselier Kohl op 7 februari de spoedige mone taire eenwording van Oost- en West- Duitsland in het vooruitzicht had ge steld. De ene periode van onzekerheid maakt niettemin plaats voor de volgen de. Zo is er opnieuw sprake van naar buiten tredende meningsverschillen tussen de Westduitse regering en de Bundesbank. In tegenstelling tot de re geringsvoorstellen adviseerde de Duit se centrale bank slechts een 1:1 -koers voor spaartegoeden tot 2000 Ostmark. Voor de rest zou de koers 2:1 moeten worden gehanteerd. Dit was bedoeld om het Oostduitse bedrijfsleven, waar van de produktiviteit minder dan de helft van die in de Bondsrepubliek be draagt, voldoende concurrentiekracht te laten behouden. De voorstellen van de Bondsregering zouden volgens de Bundesbank de Oostduitse bedrijven op grote schaal in de problemen bren gen tegenover de internationale con currentie. Een omvangrijk beroep op financiële bijstand door de Bondsrepu bliek zou hiervan het gevolg zijn; dit zou volgens de centrale bank de Duit se rente verder omhoogdrukken. De regering daarentegen huldigt het standpunt dat haast is geboden om de Oostduitse economie met investerin gen van Westerse bedrijven op een nieuw spoor te zetten. Voorts acht zij het nodig dat de uittocht van Oostduit se werknemers tot stilstand wordt ge bracht. De regering meent bovendien dat het met een (verdere) renteverho ging wel zal meevallen. Het begro tingstekort zal namelijk niet veel be hoeven te stijgen, omdat de economi sche groei meevallende belastingin komsten oplevert en omdat de extra uitgaven deels door bezuinigingen el ders kunnen worden gecompenseerd. Of de Oostduitsers inderdaad massaal hun spaargeld zullen aanwenden voor de aankoop van consumptiegoederen, zal pas naderhand duidelijk worden. Bedacht moet echter worden dat hun inkomensvooruitzichten -mede door dreigende werkloosheid voor velen van hen- onzeker zijn. Naar onze mening is de verwach ting gerechtvaardigd dat de nu be kendgemaakte voorstellen van de Westduitse regering niet zullen leiden tot een forse renteverhoging. Immers, de financiële markten hebben voorzie ne effecten reeds in ruime mate in de rentestijging van de afgelopen maan den verdisconteerd. TechNet koppelt technologische behoeften bedrijven Rabobank Nederland zal de komen de twee jaar steun verlenen aan de Stichting TechNet. De stichting, waarin naast de bank de Technische Universi teit Eindhoven participeert, richt zich op de uitwisseling van technologische kennis en faciliteiten tussen bedrijven. Het gaat daarbij niet alleen om contac ten tussen Nederlandse ondernemin gen onderling, TechNet wil ook een netwerk opbouwen met buitenlandse partners. Er is vrijwel geen onderneming die niet te maken heeft met de snelle tech nologische ontwikkeling. Enerzijds zijn er bedrijven die een behoefte constate ren aan nieuwe technische toepassin gen, anderzijds zijn er plaatsen (bij voorbeeld ondernemingen en universi teiten) waar de gevraagde know-how en faciliteiten al voorhanden zijn. In de praktijk is gebleken dat het vaak niet gemakkelijk is -zeker voor kleine en middelgrote bedrijven- om vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Het vin den van de juiste partner is daarbij nog maar een deel van het probleem. Ook als het er naar uitziet dat twee partijen elkaar van dienst kunnen zijn, valt er nog veel te regelen. Het overdragen van technologische kennis en facilitei ten kent naast organisatorische name- 3 Rabobank 5/90

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1990 | | pagina 3