Hoofddirectiekolom
De laatste maanden zijn diverse
banken naar buiten moeten komen
met aanmerkelijke verliescijfers. Om
enkele voorbeelden te noemen:
-Drexel Burnham Lambert is in zo
danige moeilijkheden gekomen, dat
zelfs surséance van betaling noodza
kelijk was.
-De Duitse DG-Bank moet in ver
band met onduidelijke transacties met
Franse banken verliezen nemen, die
kunnen oplopen tot DM 560 miljoen.
-Enkele grote Amerikaanse banken
hebben verliezen geleden in het derde
kwartaal 1989. Meest sprekende voor
beelden daarvan zijn:
"Chase Manhattan met $1,1 miljard
"Morgan Guaranty met 1,5 miljard
Binnen Rabobankkringen leidt dit
vaak tot de vraag of ook het internatio
nale bedrijf van Rabobank Nederland
in een dergelijke situatie terecht kan
komen. Om een antwoord te geven op
deze vraag, is het noodzakelijk te kij
ken naar de oorzaken van deze ver
liescijfers. Vastgesteld kan worden dat
hiervoor veelal twee hoofdmotieven te
vinden zijn. De eerste is dat men zich
te sterk involveert in bepaalde markt
segmenten. Dit is duidelijk het geval
met Drexel Burnham door het innemen
van hoge posities in de junk bonds
markt. De tweede oorzaak is vaak dat
individuele transacties worden gedaan
voor zeer hoge bedragen, waarbij het
kredietrisico zo groot is, dat verliezen
op deze individuele posten een grote
claim leggen op de winstcapaciteit en
de solvabiliteitspositie van een bank.
Het zal duidelijk zijn dat een bank
als Rabobank Nederland vaak is en
wordt benaderd door andere grootban
ken om mee te doen met grote trans
acties op de internationale markten.
Hoewel Rabobank Nederland uiteraard
een belangrijke partij is geworden op
deze internationale markten, is hierbij
altijd een terughoudend en conserva
tief beleid gevoerd.
Weliswaar rechtvaardigt de totale
solvabiliteitspositie van de Rabobank-
organisatie - derhalve de totaliteit van
Rabobank Nederland, aangesloten
banken en gelieerde instellingen -
transacties van grote omvang. Het
Centrale Bankbedrijf van Rabobank
Nederland heeft zich echter altijd op
het standpunt gesteld dat de ruime sol-
vabiliteitsbasis, die voor het grootste
deel door de aangesloten banken
wordt geleverd, niet in de waagschaal
mag worden gesteld voor risicovolle
transacties, die geen rechtstreeks be
lang dienen van de Rabobankorgani-
satie en haar cliënten.
Dit betekent onder andere, dat het
Centrale Bankbedrijf het verdedigbaar
acht dat in een enkel geval een debi-
teurenverlies van grotere omvang ge
nomen zou kunnen worden, indien
daarmede een belang gediend was
geweest van de lokale banken of van
de primaire cliëntengroep. Grote debi-
teurenverliezen, voortvloeiende uit risi
covolle transacties die uitsluitend be
doeld zijn om het rendement op korte
termijn van Rabobank Nederland op te
voeren, zijn niet verdedigbaar en der
halve ook niet aanvaardbaar.
De doelstelling van het Centrale
Bankbedrijf is op een zodanig niveau
met internationaal bankieren mee te
doen, dat daarmede zowel de kennis
van als de toegang tot de internationa
le financiële markten voldoende is om
aan de wensen van de aangesloten
banken en de cliënten te voldoen.
Keer op keer blijkt dat dit beleid de eni
ge juiste weg is en daarmede een be
langrijk middel vormt grote verliezen te
voorkomen.
In mijn laatste HD-kolom voor mijn
vertrek bij de Rabobankorganisatie wil
ik de belangrijkheid van dit beleid nog
eens onderstrepen. Uiteraard is ook de
druk van professionele commerciële
bankiers op de Rabobankorganisatie
wel eens groot om ogenschijnlijk aan
trekkelijke transacties te doen. Ik ge
bruik hierbij zeer bewust het woord
ogenschijnlijk. Bij bankieren zijn hoge
marges alleen maar mogelijk bij het
hanteren van een hoog risicoprofiel.
Het fundament waarop het Centrale
Bankbedrijf van Rabobank Nederland
is gebaseerd, leidt tot een beleid met
een laag risicoprofiel. Dit profiel kan al
leen worden gerealiseerd door op
maat te bankieren. Daarbij wordt de
lengte van de meetlat niet bepaald
door de omvang van de financiële
markten, doch door de doelstellingen
van de Rabobankorganisatie.
Boons
5 Rabobank 4/90