Financieel- economische monitor (D Feiten en cijfers Statistische gegevens vormen een be langrijke indicator voor ontwikkelin gen in de economie en in de financiële wereld. Het blad Rabobank besteedt maandelijks aandacht aan een aantal van deze indicatoren. Een vaste plaats in deze rubriek vinden gegevens over geld- en kapitaalmarktrente, dollar koers, aandelenkoersen, kredietverle ning en toevertrouwde middelen. Het maandelijks wisselende thema gaat dit keer in op de loonkosten- en inflatie-ontwikkelingen in de EG- landen. Financiële markten 11 Ook in de eerste maand van 1990 hield de stijging van de geldmarktrente in ons land aan. Dat houdt verband met de hoge economische groei in de Europese industrielanden en met name met het in Renteontwikkeling in Nederland weekgemiddelden in Kapitaal marktrente Indices aandelenmarkten weekgemiddelden 2800 2600 linker schaal 2400 2000 CBS. Algemeen ultimo '83 100 rechter schaal 1989 1990 Koers van de dollar weekultimo's in guldens 2.30 2.30 2.25 2.25 2.20 - 2.20 2.15 2.15 2.10 2.10 2.05 2.05 2.00 2.00 1 .95 1 95 1 .90 1 90 1.85 I i i i i i i i i i i i i i i i 1989 1 85 1990 reactie hierop gevoerde anti-inflatiebeleid bij onze oosterburen. Het krappe mone taire beleid aldaar wordt door de Neder- landsche Bank stipt nagevolgd, gezien de wens om de koersverhouding tussen gulden en mark te allen tijde te stabilise ren. De doorzettende stijging van de ka pitaalmarktrente bleef wederom achter bij die van de geldmarktrente, zodat het ver schil tussen beide tarieven verder opliep en de omgekeerde rentestructuur onver minderd voortduurde. De dollar heeft ook na de jaarwisse ling de neerwaartse koersbeweging, die was ingezet in het laatste kwartaal van 1989, voortgezet. Dalende rentetarieven in de Verenigde Staten en stijgende ren tes in onze omgeving verminderden de relatieve aantrekkelijkheid van dollarbe leggingen. De omwentelingen in Oost- Europa, waarvan wordt verwacht dat deze op termijn een positieve invloed zul len hebben op de economie in de Bonds republiek, zorgden daarnaast voor een extra verschuiving van de vraag van dol lars naar marken. Wereldwijd kregen de aandelenbeur- zen de nodige schokken te verwerken. De rentestijgingen hebben een negatieve invloed op het beleggen in aandelen. Daar tegenover staat een groeiend ver trouwen van beleggers in de economi sche ontwikkeling. Eén en ander heeft geleid tot toenemende onzekerheid en grote koersfluctuaties. Rabobankorganisatie kredietverlening en middelen De groei van de spaarmiddelen beliep in de maand november bij de aangesloten banken f 264 miljoen, te vergelijken met een daling in no vember 1988 met f 5 miljoen. Het totaal aan toevertrouwde middelen nam met f 919 (590) miljoen toe tot f 95 265 miljoen. De kredietverlening steeg in de verslagmaand met f 239 (257) miljoen tot een totaal van f 83 628 miljoen. Mutaties in de kredietverlening (bedragen x f 1 miljoen) jan. t/m jan. t/m nov.1989 nov.1989 nov.1988 Rekeningen-courant - 468 - 673 159 Leningen en beleggingen 707 6 043 4 540 Totaal 239 5 370 4 699 Stand ultimo 83 628 Mutaties in de middelen Aangesloten banken (bedragen x f 1 miljoen) Spaarontwikkeling bij de verschillende instellingen (bedragen x f 1 miljoen) Spaarmiddelen nov.1989 264 jan. t/m nov.1989 2 096 jan. t/m nov.1988 406 Spaarverschil jan. t/m jan. t/m sep. 1989 sep. 1989 sep. 1988 Spaartegoed 30 sep. 1989 bedrag Betaalrekeningen 45 938 1 072 Rabobankorganisatie 219 1 785 263 64 192 39,3 Waardepapieren 22 - 141 71 Algemene spaarbanken - 49 95 - 356 25 857 15,8 Rekeningen-courant en Postbank - 152 633 701 26 977 16,5 deposito's (zakelijk) 632 2 362 2 241 Algemene banken 20 1 716 848 46 326 28,4 Totaal 919 5 255 3 636 Totaal 2 4 229 1 456 163 352 100,0 Stand ultimo 95 265 Bron: CBS 24 Rabobank 2/90

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1990 | | pagina 24