VERBODEN TOE®
ART.4E1.WETB.V.STRMP
27
Het Platform Computercriminaliteit
de overheid heeft bij de opsporing zijn
vastgelegd in de wet. Buiten die wette
lijke bevoegdheden mag de politie ei
genlijk niet treden. Zoals dit ook bij de
strafbare feiten tot problemen aanlei
ding gaf, zijn ook de vaak oude wets
bepalingen moeilijk toe te passen op
nieuwe ontwikkelingen. Zo geeft de
wet de mogelijkheid (in speciale geval
len) telefoon gesprekken af te luisteren.
Omdat het overdragen van gegevens
(bijvoorbeeld bij een telefaxbericht)
geen gesprek is, mag zo'n telefaxbe
richt dus niet worden 'afgeluisterd'.
Bij het zoeken naar bewijsstukken
komt de opsporingsambtenaar in de
problemen als hij een computer ziet
staan. Het liefst heeft hij de bewijsstuk
ken op papier, maar om alles uit te
kunnen draaien moet je weten hoe een
apparaat werkt. Vraag je het aan de
operator, dan bestaat het risico dat hij
met een druk op de knop alle gege
vens wist, en dan is er helemaal geen
Bij Rabobank Nederland aangesloten
banken kunnen incidenten op het ge
bied van computercriminaliteit op de
gebruikelijke wijze melden bij de afde
ling Crisismanagement en Fraudebe
strijding van de Centrale Eenheid Be
veiliging te Utrecht.
Bedrijven kunnen gebeurtenissen voor
onderzoek bij het Platform aanmelden.
Uit de aanmeldingen zullen de geval
len worden geselecteerd die zich lenen
voor nader onderzoek. Aanmelding
kan plaatsvinden bij mr. A. H. J. Kuus
van de Juridische en Fiscale Dienst
van Rabobank Nederland (030-
904169die namens de Nederlandse
Vereniging van Banken in het Platform
zitting heeft, of bij het secretariaat van
het Platform bij de RCO (070-497500).
bewijs meer. Inmiddels heeft justitie
een aantal mensen beschikbaar die
genoeg van automatisering weten om
dit soort problemen op te kunnen los
sen.
Over deze problematiek heeft de Com-
missie-Franken ook geadviseerd en de
genoemde Wet Computercriminaliteit
geeft justitie in het kader van de op
sporing van strafbare feiten de volgen
de mogelijkheden erbij:
- de mogelijkheid tot aftapping van
alle vormen van gegevensverkeer;
- de mogelijkheid iemand te bevelen
gegevens vast te leggen (op papier of
diskette), of justitie daartoe toegang te
verlenen;
- tijdens een huiszoeking kan in een
elders aanwezig systeem onderzoek
worden gedaan, mits het systeem van
af de plaats waar gezocht wordt toe
gankelijk is. Ook kan aan degene die
kennis heeft van de beveiliging worden
bevolen toegang te verschaffen tot een
systeem.
Een van de aanbevelingen van de
Commissie-Franken was het instellen
van een 'platform', waar aan de hand
van concrete gebeurtenissen overleg
plaats zou kunnen vinden tussen be
drijfsleven en justitie. De commissie
had namelijk geconstateerd, dat er op
dit gebied een grote kloof bestond tus
sen overheid en bedrijfsleven. Dit
bracht met zich mee, dat bedrijven te
kennen gaven bij ontdekking van com
putercriminaliteit daarvan geen aangif
te te zullen doen, omdat men de nade
len daarvan niet vond opwegen tegen
de voordelen.
In een platform zouden concrete ge
beurtenissen anoniem besproken kun
nen worden. Hierdoor zou een beter in
zicht kunnen ontstaan in de risico's en
kwetsbare punten van computersyste
men en de wijze waarop dit soort zaken
afgehandeld moeten worden. Zowel de
bedrijven als potentiële slachtoffers als
de politie kunnen daarvan profiteren.
De suggestie van een platform is over
genomen door de Raad van de Centra
le Ondernemingsorganisaties (RCO),
waarin belangrijke werkgeversorgani
saties samenwerken. Langdurig over
leg heeft er toe geleid dat het Platform
Computercriminaliteit is opgericht. Het
Platform is op 8 juli 1989 geïnstalleerd
door ondertekening van een samen
werkingsovereenkomst door de Minis
ter van Justitie, mr. F. Korthals Altes en
de voorzitter van de Raad van Centrale
Ondernemingsorganisaties (RCO), mr.
C. J. A. van Lede. Vanaf 1 oktober
1989 zal gedurende een periode van
één jaar onderzoek worden gedaan
naar aanleiding van concrete gebeurte
nissen. In het Platform hebben onder
meer vertegenwoordigers zitting van
politie en justitie, het Ministerie van
Economische Zaken, van de Neder
landse Vereniging van Banken, het Ver
bond van Verzekeraars, de PTT, het
NIvRA (accountants) en de VIFKA (de
branche-organisatie van leveranciers
van kantoorapparatuur).
Alle betrokken partijen hebben zich ver
bonden om bij te dragen in de capaci
teit en financiering van het Platform.
Even belangrijk is echter, dat zij hun
achterban zullen opwekken om gebeur
tenissen voor onderzoek aan te mel
den. Het welslagen van dit initiatief
staat of valt immers met dat onderzoek.
Het Platform is uitdrukkelijk geen nieu
we opsporingsinstantie. Een bedrijf dat
er de voorkeur aan geeft, dat de daders
wel worden vervolgd, kan steeds op de
Vervolg op pagina 31