De Nederlandse
aardappelverwerkende industrie
leeft van de fritesexport
Aardappelen met toegevoegde waarde
De hoeveelheid aardappelen die
in de Nederlandse aardappelver
werkende industrie wordt ver
werkt, vertoont al jaren een stij
gende lijn. Deze stijging is bijna
geheel toe te schrijven aan de
groei van de export. Behalve Ne
derland kennen ook België en
Frankrijk een stijgende produktie
van aardappelconsumptieproduk-
ten. De concurrentie op de Euro
pese markt neemt hierdoor toe.
De vraag doet zich dan ook voor,
hoe de kansen voor de Nederland
se aardappelverwerkende indus
trie in de toekomst liggen.
In dit artikel zullen de ontwikkelin
gen in de consumptie en produktie
van en de handel in aardappelpro-
dukten worden beschreven. Ver
volgens wordt ingegaan op de
kansen en bedreigingen voor de
sector. Hierbij zullen de aardap-
pelconsumptieprodukten centraal
staan. De produktie van de aard
appelzetmeelindustrie zal buiten
beschouwing gelaten worden.
Consumptie
In Nederland worden jaarlijks ongeveer
1,2 miljoen ton consumptieaardappe
len gegeten. Dit betekent dat de Ne
derlander gemiddeld 87,5 kg aardap
pelen per jaar eet. Ongeveer 26 kg
hiervan (basis vers) bestaat uit aardap-
pelprodukten. De consumptie van
aardappelprodukten is de laatste jaren
een steeds groter aandeel van de
aardappelconsumptie gaan uitmaken.
Er worden vooral meer patates frites
en aardappelchips gegeten.
16 De consument verkrijgt zijn aardappel
produkten via drie kanalen: horeca, in
stellingen en grootwinkelbedrijf. De
eerste twee verkopen voornamelijk ver
se produkten (frites). Het grootwinkel
bedrijf heeft een groot aandeel in de
verkoop van diepvriesprodukten.
Binnen Europa zijn naast Nederland,
het Verenigd Koninkrijk (32 kg per
hoofd per jaar) en Duitsland (25 kg)
grote consumenten. Ook in België en
Frankrijk worden veel aardappelpro
dukten gegeten. In deze landen wor
den echter veel aardappelen thuis tot
frites verwerkt, waardoor over de exac
te consumptie weinig bekend is. In de
Ir. S. Tienkamp
Bedrljfstakonderzoek