17 Mr. Klarenbeek gaf een heldere kijk op het buitenlandbeleid van de Rabobankorganisatie. Met zijn presentatie wist hij het spreekwoordelijke eigen publiek zeer te boeien. Veel vragen met betrekking tot het doel en het nut van de buitenlandse ves tigingen zullen weggenomen zijn. ment, samen met haar dochterinstellin gen, 27 vestigingen in het buitenland verdeeld over 15 landen. Dat zijn: bank kantoren, financieringsinstellingen en vertegenwoordigingen. Dat net is opge bouwd in 10 jaar tijds. Dat is hard ge gaan. Een niet geringe inspanning in personele zin. In al die vestigingen wil den wij op de leidende posities ervaren managers die vooral ook onze coöpera tieve organisatie en het bedrijf in Ne derland van binnen uit hebben leren kennen. En daar zijn we in geslaagd. Maar ook in financiële zin geen geringe inspanning. Bankieren in het buiten land, net als in Nederland, kun je alleen op basis van een toereikende eigen vermogenspositie ter plaatse, in dat buitenlandse kantoor. Dat eigen vermo gen heeft de Rabobankorganisatie van uit Nederland moeten verschaffen. Wel nu, in de eigen-vermogenspositie van al haar buitenlandse kantoren te zamen heeft de Rabobank op dit moment zo'n f 900 miljoen geïnvesteerd. Op basis van die investering wordt in het buitenland een bancaire activiteit ontplooid die al bij al neerslaat in een balanstelling van f 20 miljard, zo'n 12% van onze gehele geconsolideerde ba lans. Daarin zit onder meer voor f 9,5 miljard aan kredietverlening - rond 10% van de kredietverlening van onze gehe le organisatie. De middelen daarvoor zijn ook in het desbetreffende buiten land aangetrokken - bij cliënten daar en uit de markt ter plaatse. Al dat werk doen we met de inzet van ruim 600 mannen en vrouwen, van wie er meer dan 550 geen woord Neder lands spreken. Glashelder Dan de kosten en opbrengsten. En dan reken ik alleen de kosten en opbreng sten van onze buitenlandse kantoren - niet de cijfers die als gevolg van onze buitenlandse activiteiten neerslaan in de resultatenrekening van de aangeslo ten banken, bijvoorbeeld uit hoofde van betalings- of documentenverkeer, of omdat u dankzij ons buitenlandbedrijf een relatie hebt kunnen werven of be houden. De kosten en opbrengsten dus, van ons buitenlandse kantorennet. Het saldo daarvan is positief. In 1988 bereikten we een nettowinst van f 23 miljoen. Dat betekent een positieve, ook een stij gende, maar een nog ontoereikende rentabiliteit op het geïnvesteerde ver mogen. Dat mag geen verbazing wek ken. De meeste van onze buitenlandse kantoren zijn nog niet uit hun aanloop fase. Intussen wordt er nog steeds voortgebouwd aan dat netwerk om de dienstverlenende ondersteuning vanuit het buitenland op het vereiste peil te brengen. Maar de financiële doelstel ling van het buitenlandbedrijf is glashel der: het verwezenlijken van een vol wassen en zo hoog mogelijke bijdrage aan de rentabiliteit van de organisatie. Ook over dat deel van de doelstelling kan geen misverstand bestaan. Dat is waarmee het buitenlandbedrijf op dit moment bezig is. Op die manier probeert Rabobank Ne derland de voorwaarden te scheppen en aan de aangesloten bank de instru menten in handen te geven, om op haar cliëntenkring toe te stappen en daar met succes de boodschap te brengen: 'Alstublieft, cliënt, ik weet wat u beweegt en wat u wenst, ik kan u perfect van dienst zijn.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1989 | | pagina 17