Europese banken top twintig 15 (cijfers per ultimo '87,bedragen in miljarden dollars) Bank en hoofdkantoor Balans Kapitaal Winst voor Personeels totaal en reserves belasting omvang 1 - Crédit Agricole* 214,4 8,7 0,9 73 938 Parijs 1,0 54 579 2 - Deutsche Bank 168,9 6,9 Frankfurt 3 - Crédit Lyonnais 168,3 4,5 0,9 58 181 Parijs 100 000 4 - Barclays 164,3 12,7 0,6 Londen 5 - National Westminster Bank 162,9 9,1 1,3 102 000 Londen 6 - Société Général 145,0 4,1 0,7 45 381 Parijs 38 116 7 - Dresdner Bank 130,5 4,2 0,6 Frankfurt 8 - Commerzbank 101,2 3,2 0,5 26 640 Frankfurt 9 - Westdeutsche Landesbank Girozentrale 96,2 2,6 0,2 7 531 Dusseldorf 10 - Banca Nationale del Lavoro 96,1 2,9 0,2 28 602 Rome 11 - Bayerische Vereinsbank 94,5 2,2 0,4 14 270 München 12 - Midland Bank 90,7 4,8 -0,9 58 778 Londen 13 - ABN. 84,9 3,3 0,4 29 314 Amsterdam 14 - Lloyds Bank 84,1 4,5 -0,5 76 186 Londen 15 - Rabobank* 81,9 4,7 0,6 32 646 Utrecht/Eindhoven 16 - Amro Bank 81,0 2,9 0,4 23 709 Amsterdam 17 - D.G. Bank*° 80,1 1,7 0,3 4 717 Frankfurt 18 - Bayerische Hypotheken 0,4 13 171 Wechsel Bank 79,9 2,3 München 19 - Bayerische Landesbank 74,6 1,8 0,2 4 297 München 20 - Instituto Bancario San Paolo 73,5 3,2 0,8 18 234 Turijn Coöperatieve banken Bij consolidatie met de Landerbanken en de lokale banken ontstaat de grootste bank ter wereld, met een balanstotaal van ruim DM 560 miljard Bron: Banker, juli '88 recht reeds in het Verdrag van Rome geregeld, maar in de praktijk blijken er op dit punt thans nog omvangrijke ob stakels te bestaan. Om zich in elk van de lidstaten zelfstandig te kunnen vesti gen moet een bank namelijk twaalf keer een afzonderlijke vestigingsver gunning verkrijgen, aan twaalf gradueel verschillende toezichtsnormen voldoen en elf keer (behalve in het Verenigd Koninkrijk) een verschillend aanvangs- kapitaal bezitten, alsof het iedere keer een nieuwe bankinstelling betreft. Het zal duidelijk zijn dat een en ander de intra-gemeenschappelijke bancaire dienstverlening niet alleen bemoeilijkt, maar voor de gebruikers ook duurder maakt. Met behulp van diverse zogenaamde richtlijnen is in het verleden reeds ge tracht hierin verandering te brengen. Zo werd in 1977 de Eerste Richtlijn ter coördinatie van het bankrecht van kracht. Hierin werd gesproken over harmonisatie en over de wijze waarop verdere voortgang op dat gebied kon worden bereikt. Deze voornemens zijn echter nooit ten uitvoer gebracht. Hier voor is een aantal oorzaken aan te wij zen. In het bijzonder is dat de angst voor een te grote inbreuk op de soeve reiniteit van de afzonderlijke staten, wanneer een deel van toezichtbe- voegdheden zou moeten worden over gedragen aan supra-nationale instellin gen. Daarnaast is er het praktische probleem van de eis van unanimiteit in de besluitvorming, die tot de aanvaar ding van de Europese Akte in juni 1987 algemeen van kracht was. De nieuwe, meer pragmatische, bena dering die sindsdien bij de invoering van het Witboek (zoals beschreven in het eerste artikel uit deze reeks) wordt gehanteerd, biedt daarentegen een veel grotere kans van slagen. Overi-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1989 | | pagina 15