Fiscale voetangels en klemmen ingelicht. In andere lidstaten wordt er ook heel veel aan gedaan. In Frankrijk is het op het ogenblik echt een groot issue.' Europese landbouw deel van mondiaal belangenspel Een van de sectoren in Nederland waar - blijkens onderzoek - erg verschillend over de ontwikkelingen in een verenigd Europa wordt gedacht is de landbouw. Naast kansen worden ook bedreigingen voorzien. Met Andriessen - die in zijn vorige ambtsperiode de landbouw in zijn portefeuille had - bespraken we de perspectieven. 'De Europese landbouw neemt natuur lijk in mondiaal verband een uitzonder lijke positie in. Met een uniek systeem van produktieondersteuning, importbe scherming en exportbevordering. In het onderhandelingskader neemt de Ne derlandse landbouw heel dikwijls een nogal geïsoleerde plaats in. We hebben daar onze redenen voor in Europa - en die proberen we ook wel uit te leggen - maar in toenemende mate komt de Eu ropese landbouwpolitiek onder interna tionale druk. We hebben ons als Euro pa in het kader van de multilaterale handelsbesprekingen ook gecommi- teerd, verplicht om in de richting van wereldmarktprijzen te bewegen. Dat moeten we de komende anderhalf jaar uitonderhandelen in de GATT. Ik voor zie dat het geen gemakkelijke bespre kingen zullen worden. De internationale druk neemt sterk toe, we staan wat dat betreft in een vrij geïsoleerde positie. We moeten ons rekenschap geven van het feit dat het totaalbeeld van de we reldonderhandelingen over handel in belangrijke mate afhankelijk is van de vraag of er in de landbouwsfeer suc cessen kunnen worden bereikt. Voor een belangrijke handelsnatie als Neder land is dat van grote betekenis. Als we er niet in slagen op het terrein van het landbouwbeleid vorderingen te maken, slaat dat onherroepelijk op andere sec toren terug. Landbouw staat binnen de mondiale verhoudingen niet op zichzelf, zij heeft een directe relatie met dat hele gebied; dat moet Europa zich heel goed realiseren. Dat is de mondiale kant. Bekijken we de positie van Nederland in het Europese verband, dan consta teer ik dat we - in het algemeen ge sproken - relatief goed zitten. Een uit zondering vormt de akkerbouw, die mo menteel grote problemen ondervindt. Vergelijk ik de Nederlandse landbouw met die van Duitsland, dan is de positie relatief gunstig. De agrarische sector in Nederland is goed in staat de ontwikke ling van de produktiviteit op een hoog niveau te houden, dat correspondeert met andere sectoren in het bedrijfsle ven. Met onze harde valuta is dat van groot belang: de gevolgen van een (eventuele) revaluatie kan de Neder landse landbouw makkelijker dragen dan de Duitse landbouw, waar de pro duktiviteit lager ligt.' De fiscale harmonisatie is het laatste onderwerp, dat wij de EG-commissaris voorleggen. Een van de actuele topics is de BTW. Idealiter zou een gelijkscha keling van alle tarieven voor vaste ca tegorieën produkten tot stand moeten worden gebracht. Dat zou voor het be drijfsleven een aanzienlijke reductie van administratieve activiteit beteke nen. Dat zal nog wel even duren, zo houdt Andriessen ons voor. 'Laat ik in de eerste plaats stellen dat het naar mijn mening noodzakelijk is, dat we op het terrein van BTW en ac cijnzen vorderingen maken. Er moet een zekere harmonisatie komen. Het is bewezen dat te grote verschillen in ver bruiksbelasting een duidelijke verleg ging van de handelsstromen tot gevolg hebben. En dat past niet in de geïnte greerde markt. Ik zeg niet dat het pre cies dezelfde tarieven moeten worden, maar enige harmonisatie is noodzake lijk. Ik moet eerlijk zijn. Als ik kijk naar de discussies over dit onderwerp, dan denk ik dat het plan van de commissie te ambitieus is geweest. Op de korte termijn lijkt het in die vorm niet haal baar en zullen er dus wijzigingen in het voorstel moeten komen. Daar wordt momenteel op gestudeerd. Er zijn twee grote problemen. In de eerste plaats is er een aantal lidstaten die 'nul-tarieven' hanteren - dat past niet binnen ons plan - en aan de ande re kant zijn er landen die juist heel hoge tarieven kennen, dikwijls niet van wege budgettaire maar vanwege poli tieke redenen. Het is heel moeilijk voor die lidstaten om daarvan afstand te doen. Daarnaast hebben we te maken met het probleem dat de lidstaten hun overheidsuitgaven verschillend finan- High-tech ont wikkeling niet alleen van be lang voor de heel grote in dustrieën, maar ook voor het midden- en kleinbedrijf dat er in netwer ken mee ver bonden is. eieren. Bij de lidstaten loopt het aan deel dat de indirecte belasting uitmaakt van de centrale belastingopbrengsten behoorlijk uiteen. Daarom kunnen som mige landen zich om budgettaire rede nen niet permitteren om in hun BTW-ta- rieven al te ver terug te gaan. De uitga ven moeten tenslotte betaald worden. Ik denk dat we daar op de korte termijn niet uit zullen komen. We zullen een langere overgangstermijn nodig heb ben, dat kan wel een paar jaar duren.' Duidelijke rol voor midden- en kleinbedrijf Europa zal door de versterking van haar interne economische structuur een meer prominente plaats gaan inne men in het mondiale krachtenveld. Wat zijn de Europese strategische prioritei ten? 'Belangrijke issues zijn informatica en 'high tech'; interessant is in dat ver band wat er met 'high definition tele- vision' gaat gebeuren. Maar dat heeft niet alleen consequenties voor de heel grote industrieën; ook het midden- en kleinbedrijf, dat er in netwerken mee verbonden is, heeft ermee te maken. Veel kleine ondernemingen zullen zich specialiseren op onderdelen. Ik denk dat dat op zichzelf een heel gunstige ontwikkeling is.' PdMM I8> U.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1989 | | pagina 13