De wereldhandel in eetbare oliën en vetten l| IfI 1 |i II li 1 "1 1 9 Toenemend aandeel palmolie ten koste van soja ^/ÈÊÊk Ir. Mul Oliën en vetten, en Rabobank Rotterdam m 1976 1977 1978 1979 1980 1981 1982 1983 1984 1985 1986 1987 In de totale wereldvoedselexport neemt de handel in eetbare oliën en vetten een derde plaats in ach ter de handel in granen en vlees. De wereldhandel in oliën en vetten vertegenwoordigde in 1986 een waarde van bijna 25 miljard. Het transport van deze produkten vindt veelal plaats per schip, zodat de belangrijkste wereldhavens ook in deze handel een belangrijke rol spelen. Zo is Rotterdam een be langrijke invoer- en uitvoerhaven van eetbare oliën en vetten. In dit artikel zal worden ingegaan op de wereldproduktie en de we reldhandel van oliën en vetten. Bij zondere aandacht zal worden be steed aan palmolie en soja-olie, die samen iets minder dan de helft van de totale export voor hun re kening nemen. Voor de toekomst mag verwacht worden, dat het aandeel van palmolie in de totale export blijft toenemen ten koste van het aandeel van soja-olie. Ir. J .J. G. Geurts Bedrijfstakonderzoek W Bedrijfstakonderzoek e wereldgoederenhandel be stond de afgelopen jaren voor circa 14% uit agrarische grondstoffen. In 1987 verte genwoordigde de handel in agrarische grondstoffen een waarde van 340 miljard. Voedsel neemt hiervan met 250 miljard het belangrijkste deel voor zijn rekening. De handel in oliën en vet ten bekleedt in de wereldvoedselexport een derde plaats, achter de handel in granen en vlees. In 1986 vertegenwoor digde de handel in oliën en vetten een waarde van bijna 25 miljard en was daarmee goed voor circa 10% van de wereldvoedselexport (zie figuur 1). Produktie De wereldproduktie van dierlijke en plantaardige oliën en vetten bedroeg in 1987 74 miljoen ton; in 1976 was dat nog bijna 50 miljoen ton. Dit betekent dat de produktie in de tussenliggende tijd met bijna 50% is gegroeid, ofwel met ruim 3,5% per jaar. De samenstelling van de produktie van oliën en vetten is weergegeven in figuur 2. De produktie van soja bedroeg in de De eetbare oliën en vetten vormen een belangrijke categorie 'commodities die op de wereldmarkt verhandeld worden. Rotterdam speelt op dat terrein een be langrijke rol als plaats van verhande ling, aanvoer, overslag en ook doorvoer naar bijvoorbeeld Duitsland. Engeland en Scandinavië. Als internationale agri- businessbank ondersteunt Rabobank Nederland het handelsverkeer op deze markt met financiering, het verzorgen van het betalingsverkeer en met de do cumentenbehandeling. periode 1985-1987 jaarlijks gemiddeld bijna 15 miljoen ton en was daarmee goed voor 20% van de totale produktie van oliën en vetten. Palmolie nam met een produktie van ruim 8 miljoen ton (11%) een tweede plaats in. Andere be langrijke categorieën zijn zonnebloem olie, koolzaad en boter. In de periode 1971-1973 werd jaarlijks gemiddeld bijna 46 miljoen ton olie en Figuur 1 Wereldproduktie en -handel in oliën en vetten (miljoen ton) 801 wereld-export totale produktie 1 p 1 Bron: FAO

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1989 | | pagina 23