Enkele trends in de detailhandel
Totaal
39,8 mrd. 48,6 mrd. 55,8 mrd. 64,8 mrd. 95,6 mrd. 113,4 mrd.
49
39
52 48
22^^121
51
44
1980
45 ^^■26^H31
1988 1980 1988 1980 1988
11
onderscheiden factoren wordt gege
ven. Daar moeten ook de ontwikkelin
gen op de markt bij worden betrokken.
De detailhandel is de laatste schakel in
de distributie van goederen van produ
cent naar consument.
Het aantal verkoopplaatsen (inclusief
ambulante handel) is in Nederland fors
teruggelopen tot 158 000 in 1988. Ver
geleken met 1960 is er sprake van een
daling met 25%. Uitgedrukt in het aan
tal inwoners per verkoopplaats is de
daling nog drastischer. In 1988 waren
er 11 verkoopplaatsen per 1 000 inwo
ners tegen nog 18 in 1960. Dit is voor
namelijk het gevolg van ontwikkelingen
in de detailhandel in voedings- en ge
notmiddelen. In het beschouwde tijdvak
is het aantal verkoopplaatsen in deze
sector ruim gehalveerd.
De daling blijkt voorts geconcentreerd
te zijn bij de ondernemingen met één
vestigingsplaats. De filiaalbedrijven en
de ambulante handel namen in aantal
vestigingen toe.
In dit decennium blijkt het grootwinkel
bedrijf, dat slechts 0,2% van alle onder
nemingen in de detailhandel omvat, be
zig te zijn met een schijnbaar onstuit
bare opmars. Het marktaandeel is van
af 1980 met gemiddeld 1 procentpunt
per jaar toegenomen tot 37% in 1988.
In de voedings- en genotmiddelenbran
che is het marktaandeel van het groot
winkelbedrijf inmiddels opgelopen tot
45%. Vooral het kleinbedrijf heeft
Het vrijwillig filiaalbedrijf komt uitsluitend in de algemene levensmiddelendetail
handel voor. Het marktaandeel blijft de laatste jaren op peil en wordt behaald met
een licht dalende groep van ondernemers.
dientengevolge veel terrein op de markt
verloren. Het middenbedrijf heeft zijn
marktpositie redelijk weten vast te hou
den. Grafiek 1 geeft daarvan een beeld.
De bestedingen van de consument bij
de detailhandel vertonen over langere
tijd gezien nauwelijks groei. In de perio
de 1980-1988 was er in constante prij
zen gemeten zelfs sprake van een sta
bilisatie. De bestedingen aan voedings-
en genotmiddelen namen reëel wel toe,
maar die aan duurzame en overige
consumptiegoederen daalden in de
eerste helft van de jaren tachtig sterk
en hebben het peil van daarvoor nog
Grafiek 1 Marktaandelen detailhandel naar bed rijf sg rootte
Voedings- en
genotmiddelen
Duurzame en overige
consumptiegoederen
Omzet
bedrijven
0-< 10
werknemers
10-< 100
werknemers
100
werknemers
Bron: CBS/EIM
niet opnieuw bereikt. Een groeiend deel
van het inkomen van de consumenten
wordt buiten de detailhandel besteed,
bijvoorbeeld aan vakanties, gezond
heidsdiensten, wonen en dergelijke.
Naar verwachting zal ook in de komen
de jaren de totale omzet van de detail
handel slechts een matige groei ken
nen.
Het gedrag van de consument is voor
veel marketingdeskundigen een groot
vraagteken geworden. De consument
van dit moment is individualistisch, mo
biel en beter opgeleid en geïnformeerd
dan die van vroeger. Het verband tus
sen bestedingsgedrag en inkomen, so
ciale status of omgeving wordt steeds
losser. Aan de commerciële bedrijfs
voering worden daarom andere, zwaar
dere eisen gesteld dan in het verleden.
In de komende jaren staan de distribu
tiesector ingrijpende veranderingen te
wachten, namelijk de opheffing van de
binnengrenzen op de EG-markt en het
gebruik van telematica. De eenwording
van de communautaire markt zal tot
meer internationalisatie en schaalver
groting leiden. Telematica stimuleert
standaardisatie van transacties en goe
derenverkeer. In het algemeen is het
grootwinkelbedrijf beter geëquipeerd
om op deze veranderingen in te spelen
dan het midden- en kleinbedrijf. Dit
laatste ontbeert vaak de kennis en de
(financiële) middelen om van deze ver
anderingen te kunnen profiteren.
Samenwerking verschilt per bran
che
De ontwikkelingen in de detailhandel,
met name de snelle opkomst van het
grootwinkelbedrijf in een aantal bran-