Risico's
'Flexible freeze'
Tabel 2. Netto externe positie van de Verenigde Staten
(in miljarden dollars, ultimostanden)
invoervolume met bijna 70% en een
stagnatie van de toeneming van het uit-
voervolume. De aanhoudend hoge
groei van de consumptie en het herstel
van de uitvoerstijging sindsdien hielden
de economische groei op het relatief
hoge peil van 4%, maar dit tempo lijkt
niet houdbaar. Sinds 1986 is de bezet
tingsgraad van de produktiecapaciteit in
de industrie opgelopen tot bijna 85%.
Tevens leidde de stijging van de werk
gelegenheid met nog eens 7 miljoen
banen tot een daling van de werkloos
heid tot 5,5%. Ofschoon er geen abso
luut maximum in de economie bestaat
voor een bezettingsgraad noch een mi
nimum voor de werkloosheid, zal het
voor Amerikaanse bedrijven bij een
voortzetting van de hoge groei moeilijk
worden om voldoende investeringsgoe
deren en consumptiegoederen voor zo
wel binnenlandse als buitenlandse af
nemers te produceren. In dat geval zou
ook de relatief gematigde ontwikkeling
van lonen en prijzen worden bedreigd.
De noodzaak van hogere investeringen
ter uitbreiding en modernisering van de
produktiecapaciteit en van een voortge
zette uitvoergroei laat dus minder ruim
te over voor consumptie. In de huidige
omstandigheden zou er een heilzaam
effect op de economie uitgaan van een
vermindering van het begrotingstekort
van de federale overheid. Vergroting
van de overheidsontvangsten resp. ver
laging van de overheidsuitgaven zet de
stijging van de beschikbare inkomens
onder druk, waardoor de consumptie-
groei zal dalen. Ook zal het beslag van
Beleggingen
Directe investeringen
Totaal
de overheid op de particuliere besparin
gen afnemen, waardoor er meer ruimte
zal ontstaan voor binnenlandse finan
ciering van de investeringen. Tijdig han
delen lijkt geboden, aangezien de an
dere economische beleidsmaker, de
centrale bank, reeds onomwonden te
kennen heeft gegeven dat het huidige
groeitempo van 3 a 4% een bedreiging
vormt voor de prijsstabiliteit.
Het achterwege blijven van een vermin
dering van het begrotingstekort door de
federale overheid bergt het gevaar in
zich, dat de centrale bank gedwongen
zal worden om het monetaire beleid
nog verder te verkrappen. Dit zou een
verdere stijging van de rente beteke
nen, die riskant is voor gezinnen en be
drijven die zich zwaar in de schulden
hebben gestoken. Het lijkt erop dat met
name als gevolg van de fusie- en over
name-activiteiten het aantal bedrijven
dat met veel vreemd vermogen is gefi
nancierd, is toegenomen. In geval van
een abrupte terugval van de economi
sche groei als gevolg van een hoge
1979 1982 1987
-39 54 415
133 83 47
95 137 368
rente moet worden gevreesd, dat de
verwachte kasstroom uit de normale be
drijfsactiviteiten of uit de verkoop van
bedrijfsonderdelen niet gerealiseerd
wordt, zodat de rentebetalingen aan de
vermogensverschaffers in gevaar kan
komen. Dit zou het Amerikaanse bank
wezen, dat nog steeds omvangrijke du
bieuze vorderingen op de schuldenlan
den heeft uitstaan aanzienlijk kunnen
verzwakken. Bovendien zou een rente
stijging ook de rentelasten van deze lan
den verzwaren.
Een stringent monetair beleid zou verder
de al bestaande crisis in de spaarban
kensector kunnen verhevigen. Van de
ruim 3400 spaarbanken, de zogenaam
de 'savings and loan associations' ver
keren er 400 in de gevarenzone. Tot be
gin jaren tachtig was het hen alleen toe
gestaan om de aangetrokken spaargel
den uit te zetten in de hypotheekmarkt.
Sinds 1982 echter is het uitzettingenbe-
leid geliberaliseerd, aangezien de rente
verdiensten in de hypotheekmarkt van
wege de lange looptijd minder snel kon
den toenemen dan de rentebetalingen
op spaarmiddelen. Gegeven de be
staande federale verzekering van de
spaargelden tot een bedrag van 100 000
per rekening hoefden de bestuurders
van de spaarbanken echter geen reke
ning te houden met de consequenties
van een riskant uitzettingenbeleid in de
zakelijke sector voor de mogelijkheid om
spaarmiddelen aan te trekken. Deze on
bedoelde subsidie op onverantwoord
ondernemersgedrag heeft inmiddels ge
leid tot een situatie waarin de kosten
van sanering van de spaarbankensector
in de komende jaren kunnen oplopen tot
100 miljard, een bedrag dat de reser
ves van het betrokken semi-overheids-
fonds verre te boven gaat.
Een snelle verlaging van het federale
overheidstekort en een geleidelijke ver
mindering van de stijging van de con
sumptieve bestedingen zijn dus van
groot belang voor de handhaving van de
economische groei op lange termijn.
Hoe groot is echter de kans dat presi
dent Bush hierin slaagt?
De verwachte politieke strijd tussen de president en het Congres over de verdeling
van de bezuinigingen zou een geducht obstakel kunnen opleveren voor de ombui
ging van de uitgavengroei.