at ons bezighoudt...
Wfbib,
verwachting is, dat dank zij de nieuwe
borgstellingsregeling MKB-kredieten
veel ondernemers met goede plannen
op weg geholpen kunnen worden.
De regeling uit 1985 bleek in de praktijk
echter gepaard te gaan met een flinke
administratieve rompslomp. Nogal wat Op de foto v.l.n.r. de heer A. Heijn; prof. dr. ir. R. L .M. Pierik; de heer H. Brink-
koster moesten worden gemaakt om man jr.; de heer J. v. d. Bosch, voorzitter van de Stichting NTO; mevrouw en de
een beroep te kunnen doen op de over- heer Kooij.
Nieuwe Regeling borgstelling
MKB-kredieten van start
Op 1 januari jl. is de zogenaamde Re
geling borgstelling MKB-kredieten 1988
in werking getreden. Deze regeling
komt in de plaats van de uit 1985 date
rende Kredietregeling Midden- en Klein
bedrijf. Daarmee is een eind gekomen
aan ruim drie jaar touwtrekken tussen
de staatssecretaris van Economische
Zaken enerzijds en de banken ander
zijds. De regeling uit 1985 kenmerkte
zich namelijk door een aantal drempels,
die het gebruik in de praktijk belemmer
den.
Deze regeling borgstelling MKB-kredie
ten - of tot voor kort de kredietregeling
MKB - is van grote betekenis voor het
midden- en kleinbedrijf. Het totaal aan
gegarandeerde leningen en kredieten
betrof de laatste jaren meer dan f 1,7
miljard. De omvang van de totale kre
dietverlening van het bankwezen aan
het midden- en kleinbedrijf is niet exact
bekend, maar ligt naar schatting rond
de f 60 miljard. Bijna 3% hiervan is der
halve gedekt door staatsgarantie. Daar
bij moet nog worden bedacht, dat ge
middeld elke gulden bankkrediet onder
staatsgarantie zorgt voor een tweede
gulden financiering zonder staatsgaran
tie. Daarvan uitgaande kan men stellen,
j dat zo'n 6% van de bankfinancieringen
in het midden- en kleinbedrijf tot stand
komt dank zij overheidsgaranties.
Een andere benadering om het belang
van garantiekredieten aan te geven
loopt via de jaarlijkse nieuwe verstrek
kingen. De laatste jaren wordt voor cir-
j ca f 500 miljoen onder garantie ver-
strekt. De vermenigvuldigingsfactor
twee toepassend hangt daarmee dus
een totale financiering samen van on
geveer 1 miljard gulden. Dat is ruim 5%
van de totale investeringen in het mid
den- en kleinbedrijf. De overheidsga-
rantie is daarmee de meest effectieve
vorm van investeringsbevordering voor
het midden- en kleinbedrijf.
heidsgarantie. Een andere knellende
factor was, dat het bedrijf een eigen
vermogen moest hebben van 5% en
bedrijven die worden gedreven als
rechtspersoon (de BV) zelfs van 10%.
Ondernemingen met een goed per
spectief maar met weinig eigen vermo
gen moesten dan ook al gauw teleur
gesteld worden. Ondanks de grote be
tekenis van de regeling voldeed deze
slechts ten dele. De banken - en niet in
de laatste plaats de Rabobank - heb
ben daarom destijds al vrij snel aange
drongen op een herziening. De staats
secretaris bleek gevoelig voor de aan
gedragen argumenten, hetgeen heeft
geresulteerd in de op 1 januari jl. inge
gane nieuwe regelinq borgstelling
MKB-kredieten.
De overheid heeft haar verantwoorde
lijkheid ten aanzien van het bevorderen
van de investeringen in het midden- en
kleinbedrijf met deze herziening se
rieus genomen. Met een relatief gering
beslag op de overheidsmiddelen kan
een grote stroom aan investeringen op
gang worden gehouden. Investeringen
die voor de economische groei van ons
land van grote betekenis zijn. Onze
Nederlandse Tuinbouw Onderne
mersprijs 1989 uitgereikt
De prominente plaats die de Neder
landse tuinbouw mondiaal gezien in-
neemt, vormt een voortdurende uitda
ging aan de innovatieve kwaliteiten van
de ondernemers in deze bedrijfstak.
Daarom is de Nederlandse Tuinbouw-
vakbeurs, die van 31 januari tot en met
4 februari in Bleiswijk werd gehouden,
als informatie- en inspiratiebron van
groot belang. Alle bij de tuinbouw be
trokken ondernemingen - telers en toe
leveranciers - ontmoeten elkaar daar
om van de nieuwste ontwikkelingen
kennis te nemen. Deze jaarlijkse ge
beurtenis is dan ook het meest toepas
selijke decor voor de uitreiking van de
Nederlandse Tuinbouw Ondernemers-
prijs, waarmee de ondernemingen, in
stellingen of personen onderscheiden
worden, die een bijzondere bijdrage le
veren aan de economische vooruitgang
van de Nederlandse tuinbouw in de
meest ruime zin van het woord. Het is
bedoeld als een stimulans om onze po
sitie in de frontlinies van de ontwikkelin-
