Bedrijfsbarometer
Geen verdere daling faillissementen in midden- en kleinbedrijf
Faillissementen M K B
25
apparaten en bedrijfs- of home-termi
nals plaatsvinden.
Dat toekomstbeeld is overigens niet ver
weg; nu al worden de fundamenten
daarvoor gelegd:
Uitbreiding van het netwerk van Ra
bobank geldautomaten tot een aantal
van 800 in het begin van de jaren ne
gentig.
In het eerste halfjaar van 1989 wordt
het internationaal gastgebruik van geld
automaten gerealiseerd.
De infrastructuur om deel te nemen
in het netwerk van betaalautomaten is
gereed.
Telebankieren voor ondernemers
wordt in het voorjaar van 1989 geïntro
duceerd.
Experimenten met elektronisch
thuisbankieren door particulieren gaan
in 1989 van start.
Het aantal kantoren, met name de
kleinere met een (te) beperkt diensten
pakket, neemt af. Er zijn in de afgelo
pen jaren enkele tientallen kantoren per
jaar opgeheven. Het laat zich aanzien,
dat deze trend nog enige jaren zal
voortduren.
Door de (her-)inrichting van de
bankhal krijgt het Rabobankkantoor
naast de mogelijkheden tot zelfbedie
ning meer en meer het karakter van fi
nancieel adviescentrum.
In de komende jaren staan ons - kij
kend naar de technologische mogelijk
heden die op ons afkomen - nog veel
veranderingen te wachten op het ge
bied van distributie.
De Rabobankorganisatie zal voorop
blijven lopen om de voordelen van
nieuwe technologieën, gericht op ge
mak, snelheid, privacy, serviceverho
ging en kostenverlaging te benutten.
In 1988 is de daling van het aantal faillissementen in het mid
den- en kleinbedrijf vermoedelijk tot staan gekomen. Daar
mee kwam een einde aan een periode van 5 jaar, waarin van
een scherpe daling van het aantal faillissementen sprake
was. Deze daling volgde op een even zo scherpe stijging in
de periode 1978/83 (zie figuur 1). Het aantal uitgesproken
faillissementen in 1988 bedraagt circa 3200, aanmerkelijk
minder dan de 7200 waarvan in het topjaar 1983 sprake was.
De periode 1978/88 was hiermee een uitzondering op de lange-termijnontwikkeling in het
aantal faillissementen.
Indien het aantal bedrijfsfaillissementen in het midden- en kleinbedrijf over een langere perio
de wordt beschouwd, blijkt een geleidelijk stijgende lijn. Jaren van een kleine opleving (1967,
1971 en 1976) werden steevast gevolgd door een lichte teruggang. Overduidelijk is echter
dat de ontwikkeling van het aantal faillissementen in de periode 1965-1988 een trendmatig
stijgende lijn vertoont. Het doortrekken van de lijn in de toekomst zou voor de komende jaren
een weer licht stijgend aantal faillissementen in het midden- en kleinbedrijf betekenen.
Naar bedrijfstakken bezien komen de meeste faillissementen voor in de handel, horeca- en
de reparatiebedrijven. In deze bedrijfstakken bevinden zich echter ook de meeste bedrijven.
In figuur 2 wordt daarom het aantal faillissementen gegeven per 1000 ondernemingen voor
1983 en 1987. Uit deze figuur valt duidelijk af te lezen, dat in de sector bouwnijverheid en in
stallatiebedrijven het faillissementsrisico het hoogst is, gevolgd door de industrie.
8
7
6
5
4
3
2
1
0
Het feit dat de daling van het aantal faillissementen tot staan is gebracht, is op het eerste ge
zicht opmerkelijk, gezien de toch overwegend positieve ontwikkelingen in het midden- en
kleinbedrijf. Veel indicatoren wijzen er immers op, dat het winstherstel zich ook in 1988 heeft
voortgezet (zie ook het artikel over de ERBO-enquete elders in dit blad).
De vraag doet zich dan ook voor of het faillissementsbeeld van 1988 slechts een tijdelijke
verstoring van een dalende tendens is, of dat er van een omslagpunt sprake is. Waarschijnlijk
is, dat de licht golvende beweging van voor 1978 weer wordt opgepakt. Het hogere niveau
waarop de lijn met het aantal faillissementen zich nu bevindt, is waarschijnlijk het gevolg van
enerzijds grotere bedrijfsrisico's (technologische vooruitgang, sociale veranderingen) en an
derzijds een toename van het aantal bedrijven.
Faillissementsrisico M K B
(faillissementen per 1000 ondernemingen)
Bouw/Installatie mssss (no,
n 111 f983 V: 1987
Industrie
Handel, horeca
Transport, opslag
i
Zakelijke d. Overige d.
Bron: CBS. bewerkmq Rabobank Nederland
(Bedrijfstakonderzoek)