ADCA over op internationale
koers Rabobank
Roer om bij Duitse dochterbank
De Westduitse ADCA-bank - dochter van Rabobank Nederland - heeft
de steven gewend. Op haar nieuwe koers schaart zij zich dichter bij de
Rabo-vloot die de internationale wateren steeds intensiever doorkruist. De
ADCA-verrekijkers zijnevenals de onzegericht op een nieuwe horizon:
Europa 1992. Haar missie bestaat in het bevechten van een stevig brug-
gehoofd in die grote Duitse marktter bevestiging van de Rabobank als
internationale agri-business-bank en bancaire begeleider van internatio
nale handelsstromende Nederlands-Duitse voorop.
Met deze koerswijziging waait op het hoofdkantoor in Frankfurt een ande
re wind. Krachtig ventilator is onze landgenoot drs. J. I. van der Velde. Tot
voor kort directeur van de ADC A-vestiging te Düsseldorf, nu lid van de
'Vorstand', de hoofddirectie. Van hem kregen we de coördinaten van de
nieuwe koers.
a de overname van de
ADCA-bank in 1984 werd
gekozen voor een pad van
geleidelijkheid. Voor deze
door en door Duitse bank
betekende de overname in
eerste aanleg geen al te
scherpe breuk met het ver
leden. Slechts een gering aantal Neder
landers deed zijn intrede in de ADCA-
kantoren. Het beleid was erop gericht
de Duitse dochter, zoals ze al meer dan
125 jaar had gedaan, zoveel mogelijk
de eigen bancaire boontjes te laten
doppen. Natuurlijk werden de mogelijk
heden benut om de ADCA-vestigingen
ten behoeve van de Rabobankorgani-
satie optimaal in te schakelen bij het
Nederlands-Duitse handels- en beta
lingsverkeer. En ook overigens werd op
tal van terreinen een nauwe samenwer
king ontwikkeld. Maar de Duitse doch
ter bleef onder eigen vlag haar Duitse
markt bewerken. Als een bank voor het
bedrijfsleven en de meer welgestelde
particulieren.
Dat is in grote lijnen het beeld van de
afgelopen vier jaar. Een periode waarin
Rabobank en ADCA-bank goed aan el
kaar gewend zijn geraakt en de moge
lijkheden van de nieuwe situatie verder
werden afgetast. Bovenal bood de peri
ode echter de gelegenheid om de kat
uit de boom van de internationale ont
wikkelingen te kijken. Tegen het midden
van de jaren tachtig werd immers al
duidelijker dat het bankwezen te maken
zou krijgen met een vloedgolf van inter
nationalisering. Een positiebepaling van
de Rabobankorganisatie, alsmede van
de ADCA-bank, in deze internationale
ontwikkelingen moest zich nog duidelij
ker gaan aftekenen. Het overnemen
van een kleine Duitse bank in 1984
dient mede in dit licht beoordeeld te
worden.
Internationaal bankieren
Inmiddels is die duidelijkheid er voor
een groot deel gekomen. Internationaal
gezien is het hek in de bancaire wereld
van de dam. Bankinstellingen, die van
ouds uitsluitend nationaal bezig waren,
gaan in toenemende mate werken van
uit een internationaal perspectief. Zij
bewegen zich op geliberaliseerde fi
nanciële markten en streven ernaar het
bedrijfsleven wereldwijd van dienst te
zijn. Dat betekent: in tal van landen
partij zijn op het financiële front.
Samenwerkingsverbanden, overnemin
gen en fusies zijn inmiddels aan de
orde van de dag.
In deze internationale concurrentiever
houdingen bewandelt de Rabobankor
ganisatie twee hoofdsporen: het eigen
huis op orde hebben en een goede
koppeling met het buitengebeuren tot
stand brengen door middel van eigen
buitenlandse vestigingen. Het buiten-
landbedrijf moet in die visie het binnen-
landbedrijf dienen en in het verlengde
daarvan de positie van de Rabobank
als internationale agri-bank uitbouwen.
In de tweede helft van de jaren tachtig
is de Rabobankorganisatie op beide
sporen voortvarend te werk gegaan.
Het binnenlandbedrijf is volop in bewe
ging en heeft aan slagkracht gewon-
Duitse agri-business: er ligt nog een enorm potentieel.