Enkele cijfers en
beschouwingen over de
landbouwbegroting
Naast de cijfers die betrekking hebben op uitga
ven voor landbouwbeleidsmaatregelen biedt de
Memorie van Toelichting op de Landbouwbegro
ting inzicht in de beleidsontwikkeling. Dit jaar
besteedde minister Braks van Landbouw met
name aandacht aan het spanningsveld van het
marktgericht produceren.
Ir. J. H. Egberink
In de rijksbegroting wordt f 2,9 mld. via het Ministerie
van Landbouw uitgegeven. Dit geld wordt besteed
aan salarissen en uitrusting van diverse overheids
diensten, landbouwonderwijs en -onderzoek, voorlich
ting, landinrichting en stimuleringsmaatregelen voor
land- en tuinbouw. Het landbouwonderwijs, van lage
re agrarische scholen tot en met de kostbare Land
bouwuniversiteit, vormt de grootste post met f 810
min. De verwachting bestaat overigens dat door de
daling van het aantal leerlingen dit bedrag in de toe
komst lager zal gaan worden. Voor onderzoek staat
f 353 min. op de begroting. Voor landinrichting, ruil
verkaveling en alles wat samenhangt met het beheer
van de groene ruimte en de bossen in totaal f 579
min.
De Landbouwbegroting bevat weinig verrassingen.
Dit voorjaar werd in het zogenaamde Paaspakket de
compensatie voor de landbouw vastgesteld voor het
wegvallen van de WIR en de aanpassing van de
BTW. Er wordt f 100 min. per jaar toegevoegd aan de
Landbouwbegroting die daardoor per saldo ongeveer
gelijk is aan die van vorig jaar. De besteding hiervan
zal plaatsvinden in overleg met het landbouwbedrijfs
leven. Daarbij wordt gedacht aan onder meer vernieu
wing en versterking van de akkerbouw, investeringen
tegen de verzuring en versnelling van uitvoering van
ruilverkavelingen. Maatregelen die de concurrentie
kracht en continuïteit van de landbouw versterken.
Daarmee is het wegvallen van de WIR overigens niet
gecompenseerd. Doordat de land- en tuinbouwbedrij
ven nogal actief investeren, zou er jaarlijks ca. f 400
min. via de WIR naar de land- en tuinbouw zijn geko
men. Om de landbouw wat tegemoet te komen ligt er
nog een Kameruitspraak om de Kleinschaligheidstoe
slag in de WIR ten gunste van de landbouw aan te
passen. Daar is nog niets van gekomen. Daarnaast
houdt de compensatie van f 100 min verband met de
aanpassingen in de BTW. Het hoge tarief is verlaagd
van 20 naar 18,5%. Voor degenen die gebruik maken
van de BTW-landbouwregeling levert dit lagere BTW-
percentage voordeel op. Voor agrarische onderne
mers bestaat namelijk de mogelijkheid om af te zien
van deelname aan de normale BTW-ondernemersre-
geling. Voor hen wordt bij de verkoop van eindproduk-
ten aan de volgende schakel in de afzetketen, bijvoor
beeld een zuivelfabriek, een toeslag op de prijs gege
ven, waarin de BTW die betaald is voor aangekochte
machines, veevoer enzovoort, is verrekend. Deze
toeslag wordt het landbouwforfait genoemd. Deze
methode geeft overigens gemiddeld eenzelfde belas
ting als de normale ondernemers-BTW-regeling, al-