i
J E II S MM
I 5
De grote Europese markt
De Europese Raad recentelijk (11 februari 1988) bijeen onder voorzitterschap van
de Duitse bondskanselier Kohl. Bij die gelegenheid werden belangrijke stappen
gezet in het terugdringen van het EG-begrotingstekort om daarmee tevens
middelen vrij te maken voor nieuwe terreinen van beleid.
zijdse erkenning van elkanders bepalin
gen en voorschriften. De Commissie
stelde zich op het standpunt, mede op
basis van arresten van het Europese
Hof te Luxemburg, dat goederen en
diensten geproduceerd en verkocht in
één lidstaat, ook vrij mogen worden
aangeboden in de gehele Gemeen
schap. Dit principe lijkt steeds meer te
worden gehonoreerd door de Raden
van Ministers, waardoor het tempo
waarin de Witboekdossiers worden af
gehandeld allengs toeneemt. Dit gold
vooral tijdens de eerste zes maanden
van dit jaar onder het EG-voorzitter-
schap van de Bondsrepubliek. In deze
periode werden bijna 30 dossiers defi
nitief en 13 dossiers voorlopig goedge
keurd, waardoor het totaal aantal afge
werkte dossiers uitkwam op 95 en in
clusief de voorlopig goedgekeurde op
108.
Hoewel hierdoor de eerder opgelopen
achterstand ten opzichte van het Wit
boektijdschema enigszins werd terug
gebracht, moeten de verschillende Ra
den van Ministers alle zeilen bijzetten
om in de komende vier en een half jaar
nog bijna twee derde van het totaal
aantal dossiers goed te keuren. Hieron
der bevindt zich het merendeel van de
gevoelige vraagstukken, zoals die van
de fiscale harmonisatie en de grens
controle op het personenverkeer. Deze
zullen immers met unanimiteit moeten
worden goedgekeurd.
Toch zijn ook in de afgelopen maanden
18 reeds verschillende moeilijke knopen
doorgehakt. Hierbij valt allereerst te
denken aan een belangrijke gebeurte
nis buiten het Witboekscenario. Tijdens
de extra Europese Top te Brussel in fe
bruari van dit jaar slaagde men er na
melijk in om na vergeefse jarenlange dis
cussies een belangrijk akkoord te berei
ken over de aanpassing van het ge
meenschappelijk landbouwbeleid. Te
vens kwam er een overeenkomst tot
stand over een verhoging van de eigen
middelen van de EG en over een ver
dubbeling van de omvang van de struc
tuurfondsen. Deze voorspoedige resul
taten stelden de bewindslieden en de
Commissie vervolgens in staat om rui-
Jacques Delors (1925)
...voortrekker van de Europese
integratie...
mere aandacht te besteden aan de za
ken rond de interne markt. Dit vond uit
eindelijk zijn weerslag in de snelle af
wikkeling van belangrijke dossiers,
waaronder de wederzijdse erkenning
van diploma's, de liberalisatie van het
wegvervoer, de vrijmaking van het kapi
taalverkeer en het verzekeringswezen,
alsook de verdere openstelling van de
inschrijving op overheidsopdrachten.
'Laat niemand de dynamiek van het
nieuwe Europa onderschatten', zei re
centelijk de Westduitse minister van
Buitenlandse Zaken, Dietrich Genscher.
Te zamen met de inmiddels veel ge
hoorde uitspraak van 'er is geen weg
meer terug' moeten deze woorden drei
gend overkomen voor degenen die een
verscherping van de concurrentie vre
zen. Voor vele anderen klinken ze
evenwel als een zegen. Te denken valt
bijvoorbeeld aan de exporteur die bin
nen Europa gemiddeld ruim f 100,- per
zending moet besteden aan de uitkla-
ring van zijn goederen. Over vijf jaar zal
hij deze kosten kunnen besparen. Ook
de aannemer uit Assen, die na 1992
plotseling een interessante opdracht
van de Duitse gemeente Münster krijgt,
zal te zijner tijd zeer te spreken zijn
over het nieuwe Europa. Het zijn maar
een paar simpele voorbeelden van ge
volgen, die de interne markt zal bieden.
Per saldo zal het nieuwe Europese elan
echter, evenals in de jaren zestig, moe
ten resulteren in een algemene verdere
economische en sociale vooruitgang in
de Europese Gemeenschap.
De Commissie, die evenals zovelen be
hoefte had om in cijfers te zien wat de
gehele operatie 1992 wellicht zal ople
veren, gaf hiertoe opdracht aan een
werkgroep van economische deskundi
gen onder leiding van Paolo Cecchini.
Het mondde uit in een zeer grondige
studie van bijna 7000 pagina's met
veelbelovende uitkomsten. Volgens de
berekeningen van de werkgroep kost 1
de onvrije markt de Gemeenschap jaar
lijks f 450 miljard. Dit betekent per
hoofd van de bevolking in de EG een J
bedrag van bijna f 1 400,- per jaar. Al
leen reeds het opheffen van de in het
Witboek vermelde belemmeringen zou
jaarlijks gemiddeld f 165 miljard aan be- J
sparingen opleveren. Zou het bedrijfsle
ven daarnaast de kansen tot verdere
schaalvergroting benutten, dan voegt
zich hierbij nog een bedrag van f 140
miljard per jaar. Tenslotte kan de toege
nomen concurrentie en het openstellen
van de openbare bestedingen ander
maal tot een jaarlijkse besparing van