37
Raffinage
Lijmsoorten op basis van caseïne worden o.a. toegepast bij het etiketteren op koud, warm en nat glaswerk in
de dranken- en voedingsmiddelenindustrie.
zijn voor produkten waarbij de landbouw speciale
kenmerken toevoegt, zoals wol ten opzichte van syn
thetisch textiel. Er zitten in landbouwprodukten chemi
sche verbindingen die zeer moeilijk uit olie zijn te ma
ken. Raapzaad bevat specifieke koolstofketens. Hen
nep is zeer geschikt voor bepaalde soorten papier.
Voor de geneesmiddelenindustrie zijn bepaalde plant
aardige verbindingen zeer kostbaar. Er is duidelijk
meer onder de zon dan brood, kaas en suiker. Het
probleem is hoe de ongebruikte mogelijkheden van
landbouwprodukten op een rendabele wijze te exploi
teren zijn.
In Denemarken en Zweden experimenteert men met
agro-raffinaderijen. Daarbij wordt een landbouwpro-
dukt fabrieksmatig uiteengerafeld in zijn chemische
componenten en basisstoffen. Zoals uit de suikerbiet
suiker wordt gewonnen, maar dan van de totale plant.
De in zijn geheel geoogste graanplant wordt in dit toe
komstbeeld in de fabriek gesplitst in componenten
zetmeel en eiwit voor menselijke en dierlijke voeding,
vezels uit de stengels voor hardboard en kaf als ener
giegrondstof. Hiervoor worden nieuwe oogst- en ver
werkingsmachines ontwikkeld. Zo'n nieuw licht op de
agrarische produktie en verwerking kan wel eens ver
helderend werken. De realisatie ervan is een ander
hoofdstuk.
ÉCLAIR
In Europees verband worden dergelijke nieuwe ont
wikkelingen gestimuleerd. Er is een Europees onder
zoeksprogramma met de naam ÉCLAIR, gericht op
verwerking van landbouwprodukten voor industriële
doeleinden. De steun worden gegeven aan initiatie
ven waarbij meerdere landen zijn betrokken en de
agrarische industrieën samenwerken. In Nederland is
de NEHEM (Nederlandse Herstructurerings Maat
schappij, een organisatie gesteund door het Ministe
rie van Economische Zaken) de mogelijkheden van
nieuwe vormen van verwerking aan het inventarise
ren.
De Nationale Raad voor het Landbouwkundig Onder
zoek heeft een initiatiefgroep 'Agrificatie' ingesteld on
der leiding van directeur-generaal ir. A. de Zeeuw van
het Ministerie van Landbouw, waaraan naast technici,
Landbouwschap en Produktschappen, mogelijke af
nemers van agrarische grondstoffen deelnemen. Ook
de agrarische onderzoekleiders van 12 EG-landen,
die eind mei in Den Haag bijeen waren, menen dat op
Europees niveau vanuit de landbouw veel meer mo
gelijk is op dit punt. Doel is om door onderzoek een
zet in de goede richting te geven. De naam van de
groep duidt op het ambitieuze doel de landbouw
(weer) meer betekenis te geven in de industriële
grondstoffen- en eindproduktenmarkt. Wie weet leidt
dit pad tot onverwachte vergezichten.
