3 uit 3000
Opkomen voor het belang van de
debet-bedrijfsrelatie
Voorzitter
M. ter Veer uit Norg
Continuïteit en vernieuwing
lokale banken waar de kwaliteit van
onze internationale dienstverlening van
zelfsprekend gelijke tred moet houden
met de groeiende vraag van onze leden
en cliënten. Zodoende wordt inhoud ge
geven aan de beleidsopvatting dat bui
tenland binnenland dient en dat buiten
land bij binnenland, bij de aangesloten
banken, begint.
De kwaliteit van onze mensen en van
de middelen waarmee zij werken is in
de huidige concurrerende en turbulente
marktomstandigheden allesbepalend
voor het realiseren van onze bedrijfs
doelstellingen. Continuïteit en vernieu
wing, waarover ik in het voorgaande
heb gesproken, zijn alleen mogelijk als
we daarvoor de juiste mensen met de
juiste bekwaamheden op de juiste
plaats hebben of kunnen krijgen. Dat is
geen statisch, maar vooral een dyna
misch ontwikkelingsproces, omdat om
standigheden en markten steeds vaker
en steeds sneller aan verandering on
derhevig zijn. Binnen Rabobank Neder
land hebben we daarom in de afgelo
pen periode veel energie gestoken in
de ontwikkeling van een daarbij pas
send personeelsbeleid. In de komende
tijd zal dat ook bij de aangesloten ban
ken aan de orde komen. Onze mede
werksters zijn meer dan ooit van stra
tegisch belang en verdienen een dien
overeenkomstige aandacht van het
management.
U en zij hebben er met elkaar voor ge
zorgd dat we met tevredenheid mogen
terugzien op de ontwikkelingen bij onze
organisatie in 1987 en voorshands ook
in 1988. Onze dienstverleningsdoelstel
ling maken we, gelet op de mate waarin
van onze diensten wordt gebruik ge
maakt, zeker waar. Te zamen met de
gematigde kostenstijging, het grote
aantal vernieuwingen en de bedrijfsre
sultaten rechtvaardigt die constatering
de conclusie dat onze bancaire ontwik
keling de coöperatieve toets kan door
staan. Ook met het oog op de toekomst
heb ik wat dat betreft alle vertrouwen,
zeker wanneer we er naast een structu
rele beheersing van onze kosten in sla
gen de voortdurende uitholling van
onze traditionele middelenbronnen te
stoppen en risico's, in het bijzonder die
van de kredietverlening, te blijven be
heersen. Continuïteit en vernieuwing
blijven daarbij ook in de komende on
getwijfeld turbulente jaren onvermin
derd sleutelbegrippen in onze bank. We
zullen onszelf voortdurend moeten ver
nieuwen, maar tegelijkertijd in essentie
steeds diezelfde degelijke en concurre
rende coöperatieve organisatie blijven
als is bedoeld door degenen die ons
hebben opgericht.
Wie ergens in den lande gaat praten
over het besturen van een Rabo
bank, wordt maar al te vaak gecon
fronteerd met algemeenheden in de
zin van 'we zijn er voor de mensen',
'we staan achter ze', 'we doen het
voor de gemeenschap', 'we zijn co-
operatief en dat maakt ons zo an
ders, sterker, vooral als het gaat om
onze agrarische ervaring, onze his
torische kracht.
richt dat een beleidsplan van een aan
gesloten bank het bedrijfsleven, de
motor voor een gezonde economie,
als uitgangspunt moet hebben. De
heer Ter Veer: 'belangrijk daarbij is dat
die algemene doelstelling bovendien
een coöperatieve is, die we kunnen
bereiken met behulp van commerciële
middelen. Niet andersom'.
Dat de doelgroep in en rondom Norg
in Noord-Drente zich toespitst op de
Het is goeddeels waar, maar wie er
écht iets mee wil doen in de markt
van vandaag en morgen moet tot
kernachtiger uitspraken zien te ko
men. Die moet iets durven zeggen
dat meer hout snijdt voor de toe
komst van zijn of haar bank en voor
de gehele organisatie. Bestuurders-
taal dus. Dierenarts M. ter Veer,
voorzitter van het bestuur van de
bank Norg is zo'n man: onomwon
den, rechtuit, eigen mening: 'we
hebben eén heel belangrijke hoofd
doelstelling en dat is het dienen van
de belangen van de debet-bedrijfs
relatie, punt uit.
Die uitgesproken punt mag niet doen
vermoeden dat er geen ruimte zou zijn
voor andere zaken. Ter Veer wil er zijn
visie mee aanscherpen, die erop is ge-
agrarische sector ligt voor de hand.
Het is alweer zeventien jaar geleden
dat de dierenarts Ter Veer zich vestig
de in het schilderachtige plaatsje
Norg. Ter Veer: 'En er is in die betrek
kelijk korte periode toch heel veel ver
anderd. Zakelijk gezien bijvoorbeeld is
de terughoudendheid bij de bedrijfs-
cliënt veranderd in plezierige open
heid. De mensen die ik in mijn dage
lijkse praktijk tegenkom praten graag
ook over de toekomst van hun bedrijf.
Je komt als dierenarts voor de kwaal
tjes van de beesten maar je raakt be
trokken bij het gezond houden van de
hele onderneming.
Ook in Norg weet men zich bij de advi
sering en begeleiding van de agrari
sche relaties gesteund door een grote
mate van deskundigheid en ervaring,