Voorwaarden vooreen
economische rendabele
alternatieve landbouw: modern,
kennisintensief en zeker ook
niet te kleinschalig.
Agrificatie: onbekendterecht
onbemind?
Ethische overwegingen vormen een factor van toenemend belang in het koopge
drag van de consument. Aan de producenten de taak hierop adequaat in te spe
len.
kelijk tot enige houtaanplant over te
gaan. Een combinatie van de braakleg
gingsregeling en de snelgroeiend hout
regeling biedt daartoe stellig interes
sante perspectieven. Ik denk dan aan
bosbouw als agrarische activiteit. Dus
houtteelt zonder herplantplicht.
Met het in stand houden of het ontwik
kelen van andere functies dan de agra
rische - zoals bijvoorbeeld natuur - zijn
over het algemeen echter veel financië
le middelen gemoeid. Vooral de hoge
benodigde startinvesteringen drukken
te lang op de exploitatierekening om
een rendabele exploitatie mogelijk te
maken.
De conclusie moet zijn, dat veruit het
grootste gedeelte van de groene ruimte
bestemd blijft voor de produktie van
land- en tuinbouwprodukten. Dat bete
kent echter niet, dat er geen grote ver
anderingen zullen optreden of - nog
sterker - zullen moeten optreden. De
gegroeide en nog groeiende overcapa
citeit aan produktiemogelijkheden zal
een uitweg zoeken.
Meer voederwinning in eigen land
In de EG wordt thans een hoeveelheid
veevoedergrondstof geïmporteerd, die
correspondeert met een teeltareaal van
ongeveer 10 miljoen hectare. Het
meest logische is te veronderstellen,
dat een deel van dit thans geïmporteer
de veevoer zal worden vervangen door
in de EG geteeld voer. Door de beper
kingen in de melkveehouderij is dat pro
ces nu al aan de gang en de ontwikke
lingen in de akkerbouw zullen dat pro
ces alleen maar versterken. De produk-
tiestijging per dier en de stagnatie van
de afzet houden de omvang van de
veestapel onder druk. Daardoor is het
mogelijk op basis van een marginale
calculatie de eigen veevoederproduktie
op te voeren. Voorwaarde is wel, dat de
eigenlijke activiteit, namelijk de melk-
produktie, voldoende inkomen blijft
opleveren. Op den duur leidt dit proces
tevens tot daling van de grondprijs, al
zal dit niet onmiddellijk zichtbaar wor
den. Immers, de koppeling van grond
aan melk- en mestrechten leidt tot een
opwaartse druk op de grondprijzen.
Een sterker accent op de eigen vee
voederwinning hoeft overigens niet au
tomatisch te betekenen, dat het areaal
snijmais verder toeneemt. We zien nu
al, dat een aantal oude gewassen -
weliswaar in en nieuwe verschijnings
vorm - weer in ere hersteld wordt. Ik
noem in dit verband bijvoorbeeld de
erwten en veldbonen.
Het lijkt mij goed, dat in het onderzoek
en dan vooral bij de rasveredeling de
nodige aandacht besteed wordt aan de
trend van meer voederwinnng in eigen
land. Overigens heeft de verschuiving
naar meer veevoederprodukten de no
dige gevolgen. De negatieve voor de
Nederlandse havens zijn daarvan zeker
niet de minst belangrijke.
Daarnaast zal een grotere voederwin
ning in de gehele EG onze veehouderij
dwingen tot een sterkere oriëntatie op
de buurlanden voor de aanvoer van
grondstoffen. Een grotere voederwin
ning in eigen land heeft daarentegen
als onmiskenbaar positief effect, dat de
mestproblematiek er enigzins door ver
licht wordt. Niet zozeer vanwege een
verkleining van de omvang van de
mestproduktie, maar vooral omdat de
zogenaamde mineralenbalans meer in
evenwicht komt.
Een verlichting van de mestproblema
tiek is overigens ook te voorzien als de
melkveestapel inkrimpt als gevolg van
een aanhoudende stagnatie van de
vraag en een te verwachten stijging van
de produktie per koe. Sommige schat
tingen komen uit op een vermindering
van de melkveestapel van maar liefst
25 procent.
Na dit belangrijke zijspoor kom ik terug
op de perspectieven voor de toekomst.
Tijdens discussies en gedachtenwisse-
lingen over het toekomstig agrarisch
grondgebruik duiken ook altijd de pers
pectieven van de zogenaamde agrifica
tie op, het gebruik van agrarische
grondstoffen voor industriële doelein
den. Terecht naar mijn mening, al moe
ten de verwachtingen op dit punt niet te
hoog gespannen zijn. De reden voor
mijn terughoudendheid is, dat het prijs
verschil met concurrende grondstoffen
een niet tot moeilijk te slechten barrière
zal blijven.
Ook de kennis, die nodig is om agrari
sche grondstoffen te verwerken tot in
dustriële eindprodukten staat nog in de
kinderschoenen.
Onbekend maakt onbemind. De indus
trie zal niet zo eenvoudig te bewegen
zijn risicovolle investeringen te doen
ten behoeve van agro-technologische
ontwikkelingen, waarvan het commer
cieel perspectief nog nauwelijks zicht
baar is.
Een en ander neemt niet weg, dat de
landbouw zich niet kan permitteren om
zelfs maar de geringste mogelijkheden,
die zich op dit terrein kunnen voordoen
te laten liggen. Ik denk daarbij met
name ook aan de kansen, die de bio
technologie ons wellicht nog zal bie
den. Mijn pleidooien voor een meer
marktgericht prijsbeleid in de be
schermde sectoren moeten mede ge
zien worden in het licht van eventuele
perspectieven op deze terreinen.
Een ontwikkeling, die hier niet onge
noemd mag blijven is het extensiverings
proces in de melkveehouderij.
Voorts is in deze sector sprake van eni
ge reallocatie van produktierechten van
gebieden met veel oudere onderne
mers zonder opvolger, naar gebieden
waar de opvolgingsdruk erg groot is.
Toegevoegde waarde prioriteit
Ik concludeerde reeds, dat ongeveer
dezelfde omvang van de groene ruimte
bestemd zal blijven voor de voortbren
ging van agrarische produkten. Daar
mee is niet gezegd, dat het ook om de-
zélfde produkten zal gaan.
Meer dan ooit zullen de vorm en de
kwaliteit waarin het eindprodukt wordt
aangeboden bepalend zijn voor het
perspectief van zowel de agrarische