Eigen applicaties voor aangesloten banken Korte-termijnoplossing Registreren alleen is niet voldoende; het gaat er ook om de gegevens te hanteren ten behoeve van de be drijfsvoering van de bank en voor een selectieve, cliëntgerichte benadering. Administreren wordt informatiseren. Er komen nieuwe dimensies bij. Informatieplanningsproces: spoor boekje voor reis naar toekomst Met die ontwikkelingen in het verschiet werd in 1985 een automatiserings beleid geformuleerd, dat richtinggevend zou zijn voor de opbouw en inrichting van een nieuwe informatiseringsstruc tuur. 'Een belangrijke stap daarbij was het vaststellen van het Informatieplannings proces', licht de heer J. J. Verhaegen, hoofd Systeemontwikkeling toe. 'In dat plan hebben we een groot aantal zaken beschreven: allereerst de informatie- wensen en -behoeften van aangesloten banken, gebaseerd op de huidige en voorzienbaar toekomstige situatie. Daarbij is de richting van de auto matisering aangegeven en zijn er voorts kwaliteitseisen in vastgelegd: tij digheid, actualiteit, snelheid van over dracht. Rekening houdend met wat de technologie binnen afzienbare tijd mo gelijk maakt, wordt een systeemarchi tectuur ontwikkeld, een globale schets van de toepassingen en de database - de 'gegevensbanken' - structuur. Zijn de contouren daarvoor vastgesteld, dan kijken we naar de huidige systemen en wordt bestudeerd, hoe we met behoud van de goede elementen tot de nieuwe situatie kunnen komen. We bewande len - in systeemjargon - het migratie pad. Daaruit vloeit het automatiserings plan voort: een verzameling van globa le probleemdefinities, die om een op lossing vragen. Zowel het proces als het eindprodukt beheersbaar houden, is daarbij de grote uitdaging.' Het Informatieplanningsproces is inmid dels een eind gevorderd. Momenteel staat het toekomstige beeld van de toepassingen en de database-architec tuur helder voor de geest. We verkeren nu in een fase, waarin de organisatie in brede kring betrokken moet worden bij de ontwikkelingsrichting. De heer Dor- restein stelt het zo: 'Vergelijk het met een bouwput: we zijn tot dusver bezig geweest met de fundamenten en raken momenteel op maaiveldhoogte. Nu wordt het tijd om over de verdere in richting te praten. We gaan de banken informeren over de stand van zaken; ze in ruime kring betrekken bij het beleid en de uitwerking ervan. Daar is ook van onze kant behoefte aan. Je merkt dat het leeft: dat is een goede basis voor de nieuw gekozen oplossingsrichting van de architectuur, waarbij de plaat selijke banken een zeer actieve rol krij gen door een duidelijke decentralisatie van delen van de informatisering: op de werkplek krijgt ieder er direct mee te maken. Logisch, dat ze als gebruiker dus een heel zware stem in het vorm- gevingsproces moeten krijgen.' Inmiddels is het apparatuuronderzoek gestart. Daartoe werden acht leve ranciers uitgenodigd een offerte te doen op basis van een lijvig rapport van eisen en wensen, dat in samenwerking en in overleg met plaatselijke banken werd opgesteld. Eind '88 zal een keuze worden gemaakt. Nieuwe grondslagen Het migratiepad zal met behoed zaamheid afgelegd worden. 'De huidige systemen zijn bedrijfseconomisch van absolute klasse, beheersbaar en effi ciënt', stelt Verhaegen met nadruk. 'Dat moet behouden blijven.' De organisatie staat daarbij voor een ingrijpende verandering. Verhaegen daarover: 'De administratieve automa tisering van vandaag komt in feite rechtstreeks voort uit de oude handad ministratie van weleer. Naast elkaar heb je separate produktsystemen voor de spaarbank, de rekening courant, leningen, enzovoort. Elk van die syste men omvat functies én gegevens; in die opzet was efficiency binnen de produkt- kolom het uitgangspunt. Maar als je bijvoorbeeld gegevens van een bepaal de cliënt of van een cliëntengroep wilt hebben, moet je bij wijze van spreken alle systemen stilleggen om daarbinnen te kunnen zoeken naar de gevraagde data.' 'Stel je hogere eisen aan je commer ciële en managementinformatie, dan zal je naar nieuwe structuren moeten zoeken', merkt Dorrestein op. 'Dat be tekent in de praktijk een andere opzet. Produktfuncties en cliëntengegevens worden van elkaar gescheiden om een betrouwbaar en beheersbaar produk- tieproces mogelijk te maken en tegelijk een efficiënte ingang te vinden naar de cliëntengegevens.' Verhaegen: 'In de nieuwe structuur hebben we de bancaire gegevens van het cliëntenbestand opgenomen in een geïntegreerde database, die zich ofwel op de plaatselijke bank bevindt of an ders direct bereikbaar is. De program matuur voor de produktfuncties staat in feite buiten de databank. Vanaf die plaats bewerken zij het bestand van cliëntengegevens. Door hun modulaire opbouw - het rekening courantsysteem zou bijvoorbeeld wel uit zo'n 25 sub programma's kunnen bestaan - is het mogelijk ze indien nodig relatief een voudig aan te passen en uit te breiden. In vergelijking met de vroegere opzet betekent dat een fundamenteel nieuwe structuur.' De aangesloten bank krijgt in de nieuwe opzet meer mogelijkheden om eigen applicaties te ontwikkelen voor commerciële en bestuurlijke doelein den. Dorrestein: 'De banken hebben in veel gevallen daarvoor de kennis in huis. Als wij zorgen dat ze de hulpmid delen krijgen - systemen, apparatuur en infrastructuur - kunnen ze verder aan de slag. Ten behoeve van manage ment- en commerciële doelen zijn er veel nuttige toepassingen voor gebruik op de plaatselijke bank te verwachten. Met het bieden van deze faciliteiten maken we op verantwoorde wijze ge bruik van de kennis en kunde die over de hele Rabobankorganisatie verspreid is.' De nieuwe systemen zullen in het begin van de jaren negentig operationeel moeten zijn. Dat vraagt nog een lange tijd van intensief ontwikkelwerk. Ter overbrugging is een korte-termijn oplossing (KTO) ontwikkeld, waarmee een aantal extra faciliteiten zal worden geboden. Met name de wensen op het terrein van commerciële en bestuurlijke informatie worden er in redelijke mate mee gedekt. Bij drie banken - Apeldoorn, Haas trecht en Tilburg - zijn onlangs proeven genomen om de apparatuur te testen en de organisatorische consequenties te doorgronden. In de loop van het tweede halfjaar zullen de eerste van een aantal grotere banken ermee uit gerust kunnen worden. Voorlichtingsbijeenkomsten Automatiseren - of liever informati seren - is een abstracte materie. De ontwikkelingen die zich op dit terrein voltrekken, gaan echter de hele Rabo bankorganisatie aan. Daarom is gekozen voor een open communicatie met de banken, die als gebruiker nauw bij de ontwikkelingen betrokken zijn, om uiteindelijk een toekomstvast systeem te verkrijgen, dat met recht het infor matieve hart van de Rabobankorgani satie kan zijn. PdMM

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1988 | | pagina 11