De economische context in een notedop Kerngegevens Nederland 1987 1988 (niveau) - werkloosheid (in 1000 personen) 685 685 - saldo lopende rekening betalingsbalans (in miljard f) 8 5 verandering) - volume bruto nationaal produkt 1,75 1 - volume particuliere consumptie 3 2 - volume bruto bedrijfsinvesteringen (exclusief woningen) 3 0 - volume goedereninvoer 7 3 - volume goederenuitvoer 5 3 - prijspeil gezinsconsumptie - 0,5 0,5 van de gemiddelde groothandelsonder neming is de laatste jaren verbeterd. Een tweetal factoren heeft een grote in vloed op de gang van zaken in de groothandel: de vraag naar goederen in het algemeen en de mate waarin daar bij van de diensten van de groothandel gebruik wordt gemaakt. Deze factoren hebben een positieve in vloed op de groothandel. Meer con sumptie (groothandel leverend aan de tailhandel) en een toename van de ex port vergroten het afzetperspectief van de groothandel. Veel sectoren binnen de groothandel opereren in toenemen de mate op internationale markten. Dat betekent dat een opleving van de we reldhandel ook de groothandel ten goe de zal komen. Ondanks enige onzekere factoren ($-koers, wereldconjunctuur/ handel) mag verwacht worden, dat de exportmogelijkheden voor de groothan del de komende jaren nog verder zullen toenemen. De herwaardering van de groothandel komt tot uiting in het feit, dat de groot handel steeds vaker wordt ingescha keld bij de opslag en distributie van goederen. Daarmee leggen de produ cent en de afnemer ook het voorraad- en opslagrisico bij de groothandel. De ze ontwikkeling dwingt de groothandel tot ingrijpende organisatie- en automati seringsmaatregelen. Als gevolg daar van wordt deze sector steeds kapitaal intensiever en zal de groei van de groothandelsinvesteringen in de jaren tot 1992 vermoedelijk die van de om zetten overtreffen. Voor dit jaar zal ook de groothandel te maken krijgen met de lagere groeivoet van de vraag naar goederen, zodat de volume-afzet met niet meer dan 2% zal toenemen tegen 3,5% in 1987. Detailhandel Voor de detailhandel is primair de koop krachtontwikkeling van de consument van belang. De afgelopen twee jaren heeft deze koopkracht zich in een op gaande lijn bewogen. Het volume van de particuliere consumptie kon zo in 1987 met 3% toenemen. Het prijspeil van de particuliere consumptie daalde voor het eerst sinds vele jaren met 0,5%. Vooral de bestedingen aan duurzame Toelevering 37 39 Consumptie 33 18 Investeringen 14 6 Export 16 37 Totaal 100 100 Bron: EIM/Rabobank Gedurende het jaar 1987 ontstond eni ge vertraging in het economisch her stel. Het bruto nationale produkt groei de gemiddeld met bijna 2% (na correc tie voor prijsbewegingen). De bedrijfs investeringen moesten een forse veer laten. De groei van 3% was aanmerke lijk lager dan de 12% uit 1986. Inmid dels is het aandeel van de bedrijfsin vesteringen in het nationale produkt gestegen tot 13%, wat niet slecht af steekt tegen de prestaties in andere Westerse economieën. De consump- tiegroei profiteerde van een voortge zette koopkrachtstijging. In- en uitvoer ontwikkelden zich boven verwachting goed. De uitvoergroei werd overigens vertekend door met name de verkoop van koelhuisboter. Bij de invoer is sprake van een sterker geworden in- voerpenetratie. De prijsdaling van een half procent is te herleiden op de lage re energieprijzen, de gematigde ar beidskostenontwikkeling en de door werking van de lagere invoerprijzen, mede dank zij de goedkopere dollar. De vooruitzichten voor 1988 wijzen op consumptiegoederen zijn sterk afhan kelijk van de inkomensontwikkeling. De omzet van de winkeliers in deze bran che steeg het afgelopen jaar dan ook met 4%. De bestedingen aan voedings- en genotmiddelen zijn op korte termijn meer afhankelijk van demografische factoren dan van de inkomensontwikke ling. Deze omzetten zijn in 1987 nomi naal gelijk gebleven. Doordat echter de prijzen licht daalden was in volume toch sprake van een kleine omzetstijging. 32 3 62 33 96 8 13 PM 1 22 1 29 100 100 100 vertraging in de economische groei. De gedaalde waarde van de dollar ver oorzaakt een verdere aantasting van de concurrentiepositie. De gebeurte nissen op financiële markten hebben ook aanleiding gegeven tot een neer waartse bijstelling van de verwachte wereldhandelsgroei. Dat leidt weer tot minder gunstige afzetvooruitzichten. Ook de winstmarges van het exporte rende bedrijfsleven komen verder on der druk. De gevolgen van de dollar koersdaling doen zich vermoedelijk sterker voelen dan de gevolgen van de val van de aandelenkoersen. De groei vertraging doet zich in macro- econo mische termen over de hele linie voor. De inflatie zal. mede door de goedko pe dollar, maar weinig aantrekken, wat de ontwikkeling van de consumptie ten goede komt. Bezien naar bestedings categorieën kan de stilstand in de groei van de bedrijfsinvesteringen met enige teleurstelling worden bezien, of schoon het bereikte investeringspeil wel een dergelijke ontwikkeling toelaat. Binnen de detailhandel doet zich een structurele verschuiving van marktaan delen voor. Het midden- en kleinbedrijf verliest al een aantal jaren terrein op het grootwinkelbedrijf. Vooral in de le vensmiddelensector is dit geval. Boven dien is in deze laatste branche ook sprake van een verschuiving van speci aalzaken naar supermarkten met een breed assortiment. In 1988 zal vermoedelijk het niveau van de bestedingen aan voedings- en ge notmiddelen in volume vrijwel gelijk blij ven. Doordat het grootwinkelbedrijf weer terrein wint, zal het midden- en kleinbedrijf waarschijnlijk een geringe daling moeten accepteren. De speciaal zaken (brood, vlees e.d.) zullen daarbij de zwaarste concurrentie ondervinden. De bestedingen aan duurzame con sumptiegoederen, exclusief auto's, stij gen in 1988 nog behoorlijk. De semi- duurzame consumptiegoederen (kle ding, schoeisel) zullen wel een halve ring van de groei ondergaan. Voor de overige consumptiegoederen zullen de bestedingen naar verwachting niet veel Betekenis afzetcategorieën midden- en kleinbedrijf (in MKB-totaal Industrie Groothandel Detailhandel Vervoer

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1988 | | pagina 9