Noodgreep niet uitgesloten
Ethanol uit graan nog
geen haalbare kaart.
len. Die lopen uiteen van steun voor het braakleggen
van gronden en steun voor natuurbeheer en bebos
sing tot steun voor uittredende boeren, alsmede steun
voor achtergebleven regio's. Zo'n uitgebalanceerd
pakket van maatregelen is nodig om het landbouw
beleid in Europa zijn gemeenschappelijkheid te doen
behouden. Grote stappen in de porseleinkast leveren
breuk op. Sterke industrielanden, zoals West-Duits-
land en in toenemende mate Engeland, kunnen zich
best een eigen nationaal landbouwbeleid veroorloven,
met bijvoorbeeld meer ruimte voor toeslagen.
Exportafhankelijke landbouwnaties als Nederland en
Frankrijk zijn op dit punt kwetsbaar en zijn dus
voorzichtig met het bepleiten van een rigoureus op
het eigen belang afgestemd hard marktgericht beleid.
Daarom ook kon een superheffing bij melk ontstaan,
met nationale produktiequota. Het alternatief van een
sterke verlaging van de prijzen zou mogelijk evenzeer
tot een uiteenvallen van de markt hebben geleid, met
wellicht zelfs het opdelen van de consumentenmarkt
incluis. Dat zou ook voor de Nederlandse land- en
tuinbouw nog verdergaande gevolgen hebben gehad;
denk aan de tuinbouwexport. Ondanks dat blijft de
quotering per land voor Nederland een doorn in het
oog.
Het is nu, eind 1987, moeilijk te zeggen of het hoofd
stuk van quotumregelingen is afgesloten. In de prak
tijk wordt er verschillend tegen aangekeken. Een re
delijk inkomen, de mogelijkheid om het quotum voor
goed geld over te dragen en de uiterlijke rust in de
veehouderijsector worden jaloers gadegeslagen van
uit andere agrarische produktietakken die onder druk
staan. De sociale rust van een quotaregeling is on
miskenbaar althans op korte termijn. Intussen ver
schijnen ook de eerste tekenen van de quotaziekte.
Verlies van exportmarkten, sanering in de verwer
kende industrie, zoals de Friese zuivel, hoge over
namekosten voor jongere ondernemers. Verder wil de
fiscus meedelen. Vervangingsprodukten, zoals kaas, J
verschijnen op de markt met ook andere dan melk-
grondstoffen.
Ondanks de genoemde nadelen mag verdergaande
quotering niet worden uitgesloten. Het hangt af van
de druk die op de landbouw wordt gelegd. Wordt die
te groot, bijvoorbeeld door de dalende dollar, dan is
nogmaals een noodgreep naar één of andere vorm
van quotering niet uitgesloten. Energieproduktie uit
graan, aardappelen of suiker zouden die druk hebben j
kunnen verlichten. Nu daarvan is afgezien worden de
beleidskeuzes wel erg smal. Braaklegging en produk-
tieregulering liggen dichtbij. Wanneer de Nederlandse
land- en tuinbouw die weg niet verder wil op gaan
zullen snel andere instrumenten aangereikt moeten
worden om binnen Europa de gevolgen van een hard
landbouwmarktbeleid sociaal verteerbaar te maken.
De landbouworganisaties en de beleidsmakers in
Brussel en Den Haag zullen daaraan in 1988 zeker
de nodige energie gaan besteden.