rende drie dagen door de deelnemers,
directeuren van Rabobanken en mana
gers van Rabobank Nederland, intensief
gedoken is in de zaken, waar wij in deze
tijd voor komen te staan. Inmiddels is
mede op basis van de reacties van de
deelnemers aan die Managementconfe
renties en aangevuld met beleidsvisies
een 'Discussienota over het voorgeno
men beleid op hoofdpunten van de aan
gesloten banken' opgesteld. Deze nota
wordt thans besproken op bijzondere
Beheerdersconferenties/kringvergade
ringen met de Besturen en Raden van
Toezicht van alle Rabobanken. De dis
cussie aldaar zal nog dit jaar moeten uit
lopen op een concept Beleidsplan
1988-1991 van de Rabobanken, dat na
advies van de Centrale Kringvergade
ring formeel door de Raad van Beheer
van Rabobank Nederland kan worden
vastgesteld.
Ziedaar een indruk van onze huidige
'majeure beslissingsperiode'. Aan een
indruk van wat er besloten gaat wor
den, komen we hier natuurlijk niet toe.
Resultaten zullen heus niet als een don
derslag bij heldere hemel komen. Zij zul
len geleidelijk aan de dag treden omdat
het beleidsombuigingen zijn die door
een vierjarig beleidsplan gestalte moe
ten krijgen. Maar om die ombuigingen
te krijgen, moet nu al het roer welover
wogen in de richting van de nieuwe
koers worden gewend.
De uitwendige omstandigheden
zijn, daar wezen we al in het kort
op, bepalend voor ons bestaan.
Dus alleen maar denken van 'buiten
naar binnen'? Of ook van 'binnen naar
buiten'? Dat is één van de dilemma's uit
de voorspellingskunst die Schipper
Klaas Compaen op zijn eigen zee
mansmanier behandelt in zijn pas ver
schenen 'Uit het Tweede dagboek van
Simon den Danser'. Want ze hebben er
aan boord van die schoener over ge
praat! Sommige ondernemingen kijken
alleen maar naar wat er buiten hun on
derneming gebeurt: ze laten hun nor
men en waarden geheel door de maat-
Een bundeltje logboekaantekeningen Iniet
in de handei), tussen 1985 en 1987 gepubli
ceerd in de tijdschriften Management Totaal
en Elan. Schipper C. G. (Klaas) Compaen is
in werkelijkheid dr. J. Th. Adolfse, Treasurer
van Rabobank Nederland. Zijn eerste log
boeken van de schoener Simon den Ouden
verschenen in het maandblad Rabobank en
werden in 1981 als een afzonderlijke bundel
uitgegeven door Deutschmann en Roelants
BV te Rotterdam.
schappij bepalen; daaraan pas je je be
drijf dus maar aan. In de huidige tijd
komt er echter weer veel meer oog voor
de identiteit, die 'eigenheid' van de on
derneming. De neiging komt dan zelfs
op om helemaal van 'binnen naar bui
ten' te gaan redeneren. Dan wordt de ei
gen onderneming als het ware het cen
trum van de hele kosmos en wordt ver
wacht dat de maatschappij zich maar
aanpast aan het eigen bedrijf. Klaas
Compaen ziet de grondzeeën die beide
denkwijzen bedreigen. In het eerste ge
val kun je je eigen flexibiliteit, aanpas
singsvermogen overschatten, omdat je
je 'eigenheid' niet onderkent. In het
tweede geval dreigt een navelstaarderij,
die je het goede zicht op de buitenwe
reld ontneemt.
Wijze woorden. Ook wij willen bij ons
nadenken over de toekomst de valkuilen
aan beide zijden vermijden. Wij moeten
ons bewust zijn waar we voor staan (de
komende veranderingen) en tegelijk
waar we voorstaan. Dat laatste is een
zaak van 'eigenheid', van identiteit, van
doelstelling. Zou die doelstelling niet
'toekomstvast' zijn, geen levenskansen
meer hebben, dan zou zij door andere
vervangen moeten worden. Een wezen
lijk belangrijk punt, waar we toch graag
al een tip van ons beraad over oplichten.
Rabobanken zijn coöperatieve
banken. Hun doel ligt statutair
vast: het behartigen van de belan
gen van hun leden. En dat gebeurt vol
gens die statuten met name door het
verstrekken van geldleningen en kredie
ten aan de leden, in het bijzonder ten
behoeve van de bedrijfs- of beroepsuit
oefening van de leden. In ons zelfonder
zoek kunnen wij niet anders dan erken
nen, dat onze primaire taak vooral in dat
laatste ligt: het ondersteunen van de be
drijven of beroepen van onze leden door
middel van het verstrekken van leningen
en kredieten.
Heeft die kern-eigenheid levenskansen
voor onze toekomstDe hamvraag!
Voor het antwoord dienen eerst een
paar overwegingen die uit ons zijn van
kredietcoöperatie voortvloeien. Wij re
kenen het resultaat aan het lid toe, door
bij financiering van dit lid zo laag moge
lijke tarieven in rekening te brengen.
Ook hulp en begrip voor de continuïteit
van het bedrijf van het lid - zolang be
drijfseconomisch verantwoord - is we
zenlijk voor het resultaat van de krediet
coöperatie. De leden onkwetsbaar ma
ken voor uitbuiting, dat is de ontstaans
grond van onze banken. Modern ge
zegd, de ondernemers onafhankelijk
maken van hun financiers. Dat is de lijn,
die wij ook nu en voor de toekomst als
de zwaartelijn voor onze taak als kre
dietcoöperatie in het oog houden! Ove
rigens zullen we onze andere beleidslij
nen daarbij natuurlijk allerminst ver
waarlozen.
Ondernemers zo onafhankelijk mogelijk
maken. Is zo'n 'eigenheid' niet puur ei
gentijds? Inderdaad, wij hoeven in onze
doelstelling geen titel of jota te verande
ren. Marktgericht werken, inspelen op
de behoeften van de klant, een relatie
opbouwen? Wij zeggen daar 'ja' tegen.
Maar bij ons is dat reeds in onze
doelstelling begrepen. Ons bedrijfscon-
cept met zijn coöperatieve organisatie
vorm past geheel bij de moderne inzich
ten, maar het is tevens verdiept tot onze
eigenlijke, wezenlijke doelstelling. Daar
door stijgt het uit boven het niveau van
de 'gewone' commerciële marketing
instrumenten.
Een tipje is opgelicht. We hopen
T de grondlijn van ons bezig zijn met
de toekomst duidelijk aangegeven
te hebben. Zij begint bij onze doelstel
ling, die als kern bevat: het verlenen van
financiële diensten aan onze leden, op
dat de belangen van hun bedrijven- en
beroepen zodanig behartigd worden,
dat zij onafhankelijk zijn. Die grondlijn
moet dan ook zo duidelijk mogelijk in
ons gedrag tot uiting komen. Zij moet
verwerkelijkt worden in ons beleid, dat
onder invloed van de omstandigheden
'van buiten' telkens weer 'aangepast'
moet worden. Daar ligt nu het wijde ter
rein van ons beraad, dat straks de
bouwstenen voor ons komende 4-jarige
beleidsplan moet opleveren.
Wij ervaren zo'n periode van bezinning
niet als iets krampachtigs. Integendeel,
wij geloven dat dit bezig zijn met de toe
komst op allen uit onze kring een welda
dig effect heeft. Vermoedelijk verschilt
de Rabobankorganisatie in dit opzicht
niet wezenlijk van welke andere onder
neming dan ook. Want elk bedrijf, dat
op een gegeven ogenblik besluit bewust
en serieus met zichzelf over zijn toe
komst te rade te gaan, zal snel de ver
jongende kracht beleven van de
perspectieven, die worden ontdekt of
herontdekt. Zo'n besluit kan moed ver
eisen, maar die moed wordt beloond.
Men raakt ermee aan de top van zijn
ondernemers-kunst.
'Ik ga altijd onder bruggen door en over
leef. Staande op de brugDat
schreef Klaas Compaen in zijn logboek
over het vinden van de weg naar de
toekomst.
JRH