Bezeilen van de toekomst In Rome is alles te koop, luidde een gezegde in het Romeinse kei- I zerrijk. Zo is in ondernemersland tegenwoordig ook alles te krijgen. Zelfs advies. Omdat hij daar niet buiten kan, haalt iedere ondernemer op zijn tijd ad vies binnen. Een thema, dat in ons blad van deze maand centraal staat, is dan ook be langrijk: de ondernemer en zijn adviseur. Maar we vergeten ondertussen niet, dat ook de beste en meest betrokken advi seur altijd een buitenstaander blijft. Want uiteindelijk komt het steeds op de ondernemer zelf aan. Hij moet de beslis sing nemen. Elke keer staat hij voor een 'Tua res agitur-situatie: het gaat om jouw zaaki Dat gebeurt strijk en zet. Soms, in ta melijk zeldzame gevallen, lijkt zo''n situa tie zich in bijzondere zwaarte voor te doen. Dan dienen zich majeure beslis singen aan met zeer verstrekkende en soms nauwelijks overzienbare gevolgen. Met name zullen die onvermijdelijk zijn, als de ondernemers gaan onderkennen, dat heden en toekomst andere eisen stellen, dan waar hij zich tot dusverre op placht in te stellen. Zulks vereist ingrij pende maatregelen, die zeer zorgvuldig met grondig overleg en voorbereiding getroffen moeten worden. Zelfs kan dan aan de orde moeten komen of en hoe de onderneming een blijvend bestaans recht kan houden. Gelukkig de onderne mer die - al dan niet met de hulp van zijn adviseur - zo'n zelfonderzoek doorstaat en ervan profiteert! De Rabobanken zijn ook ondernemers. Zij weten van beslissingen. Dat hoort bij het bankbedrijf. Voor een ondernemen de ondernemer, die zelf de uitdagende veranderingen van deze tijd op zich voelt afkomen, zal het intussen interes sant zijn te weten, dat die Rabobanken zich momenteel binnenshuis in een peri ode van overleg over 'majeure beslissin gen' bevinden. Binnenshuis, dat bete kent voor ons vertrouwelijk beraad en omdat wij een op samenwerking geba seerde organisatie zijn, vooral intensief beraad. Ogenschijnlijk dus pure interne Rabo-zaken, maar omdat ons bedrijf zo sterk op het bedrijfsleven is gericht, be langwekkend genoeg om iets over de achtergronden en het hoe van ons hui dige bezig zijn te vertellen. Het gaat ons om de toekomst van ons bankbedrijf. Natuurlijk, zal men zeggen. Maar dat is geen ge ringe zaak, al lijkt hij vanzelfsprekend. Nodig is een scherpe, zo betrouwbaar mogelijke kijk op wat er zich afspeelt en gaat afspelen in de maatschappij. Want wij ontwaren terdege hoe sterk de be drijfsactiviteiten van onze cliënten aan het veranderen zijn. We merken ook, dat de particuliere cliënt niet meer dezelfde is van tien a twintig jaar geleden. De mensen hebben andere wensen en be hoeften gekregen, kijken anders dan vroeger de wereld in. En vergeet vooral niet de enorme invloed van de huidige technologie. Daar heb je één van de allerbelangrijkste veranderingsfactoren van onze en van de toekomstige tijd. Geen wonder dat we met deze vragen bezig zijn. Wat de techniek betreft zal ook niemand anders hebben verwacht, want reeds nu komen we technische hulpmiddelen, van computers tot auto maten, tegen a/s schakels tussen een bank en cliënt. Bedenk echter, dat vergt van de bankmensen telkens andere werkmethoden, andere kennis, kunde en vaardigheden. Te meer, omdat onze cliënten ook zelf andere wensen krijgen en andere methoden gaan toepassen. Wat bij het bedrijfsleven gebeurt, raakt vrijwel meteen je eigen bankbedrijf. Genoeg om te begrijpen, dat wij als Rabobankorganisatie ons voor de vraag hebben gesteld hoe we op tijd de juiste antwoorden op al dergelijke ontwikke lingen krijgen. Nog beter gezegd: we zijn er mee bezig ons er op te bezinnen op welke veranderingen in de omgeving we ons eigenlijk wel en op welke we niet moeten inspelen. En zo ja, hoe dan? Menigeen zal benieuwd zijn hoe zo'n grote organisatie als de onze dat aan pakt. Welaan, daar is een idee van te ge ven. De zaak is natuurlijk niet uit de lucht komen vallen, maar in de breedte was er dit voorjaar de eerste aanzet. Toen hebben we een flink aantal Mana gementconferenties belegd, waar gedu-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1987 | | pagina 4