Als starter moet je veel leren Bemelmans Rademakers Binnen enkele weken zat Marcel Rademakers (28) afgestudeerd zijn. De lopende studie (meet- en regeltechniek binnen de faculteit elektrotechniek) heeft hem niet verhinderd samen met studiegenoot Leon Bemelmans het ingenieursbureau Bemelmans Rademakers op te richten. In oktober 1985 ging de onderneming officieus van start; in mei 1986 werd het bureau - officieel - bij de Kamer van Koophandel ingeschreven. Het gaat goed met Bemelmans Rademakers: er zijn volop medewerkers in dienst nemen. Maar ja, een bedrijfsvloeroppervlakte van 12,5 m2 stelt nu eenmaal zijn grenzen bij gevestigde adviseurs of instellingen, wijzen wij de weg. De praktijk leert, dat ongeveer de helft van de projecten kan worden doorverwezen. Zo doen wij de bestaande adviesorganisaties en raad gevende bureaus geen concurrentie aan en kunnen wij de adviesvragers boven dien proven technology in het vooruit zicht stellen. Want als wij echt onder zoek moeten instellen - wat we overi gens wel erg graag doen - dan is de uitkomst daarvan immers per definitie onzeker.' 'Dat bemiddelen is eigenlijk het leukste van ons werk. Dan blijkt steeds weer, dat er in de regio al zoveel innovatieve krachten aanwezig zijn, die elkaar nau welijks kennen. Als vraag en aanbod be ter gesystematiseerd in kaart te brengen zou zijn, had je een gouden instrument in handen', zegt Schoofs met overtui ging. 'Bovendien help je de gespeciali seerde bedrijven aan de aanbodzijde, die vaak moeite hebben om hun diensten en produkten aan de man te brengen. Zo snijdt het mes aan twee kanten.' 'De vragen, die niet worden doorverwe zen, nemen wij zelf in behandeling. Meestal wordt in overleg met de betrok ken vakgroep bepaald, op welke wijze we het probleem oppakken. Dat kan als een verkennend onderzoek in de vorm van een afstudeeropdracht of een stage van een student. Maar soms zijn er ook meer uitgebreide onderzoeken nodig, waar een grotere wetenschappelijke staf bij betrokken wordt. Deze aanpak - contractresearch - is de bread-and- butterline van het Transferbureau. De ondernemer heeft dan het grote voordeel, dat hij zaken doet met een ad viseur met een eigen technologische kennisbron. Daarmee voldoen we on miskenbaar aan een duidelijke behoefte. Kort na de creatie van het Transferbu reau kwamen vooral vragen naar ons toe in de sfeer van trouble-shooting. opdrachten en de jonge ondernemers zouden graag enkele 'Een van onze klanten is een bierbrou werij. Aan de afnemers in de horeca- sector stelt hij koelers ter beschikking, die - geplaatst tussen het vat en de tap - ervoor moeten zorgen dat een lekker fris pilsje getapt wordt met een tempe ratuur van 4°C. Omdat die koelers maar een beperkte levensduur hebben, heeft de klant ons gevraagd een testbank te ontwikkelen, waarmee o.a. het koelend vermogen van de apparaten kan worden gemeten. Een andere klant - in de foodsector - heeft een verpakkingsmachine, die er een nogal nonchalante taakopvatting op na houdt: 10% van alle dozen gaat bij het verpakkingsproces kapot. Wij zijn gevraagd daar eens te gaan kijken en het hele besturingssysteem door te lichten.' Zo maar een greep uit de opdrachten die de heren Bemelmans en Radema kers op hun bord kregen. Aanvankelijk was het moeilijk van de grond te komen, erkent hij. Het Transfer bureau heeft zich toen erg ingespannen om opdrachten te verwerven en door te leiden. Maar gaandeweg ontwikkelde zich de bekendheid van de onderneming en daarmee het aantal opdrachten. De studie dreigt naar de late avonduren ver drongen te worden. De steun van het Transferbureau heeft voor de high-tech-ondernemers veel voordelen gehad. 'Ze hebben ons weg wijs gemaakt op het terrein van het on dernemerschap, de prijsstelling, leve ringsvoorwaarden en zo. Als starter moet je in dat opzicht nog heel veel le ren. Door erover te lezen en te praten. Daarom is zo'n gemeenschappelijke huisvesting ideaal. Wat ik bijvoorbeeld ook heb moeten leren, is het overdragen van kennis en inzichten aan de vaak niet-technische gesprekspartner. Je bent tenslotte niet alleen met techniek bezig; communicatieve vaardigheden blijken dan ook tot je vak te horen.' 'De toekomst zie ik echt optimistisch tegemoet. Ik geloof in dit bedrijf: er is voor ons werk genoeg als ik naar de stroom opdrachten kijk. Over twee jaar zitten we volgens mij op zo'n vijf man, en/of vrouw natuurlijk.' Voldoende om van te leven? 'Dit jaar is het nog wat krap, maar volgend jaar moet dat zeker lukken.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1987 | | pagina 27