I111111111
1980 1981 1982 1983 1984 1985 1986 1987 1988 1989 1990 1991
Gevaren
Eerste fase
EXTERNE POSITIE ONTWIKKELINGSLANDEN
(in uitvoer goederen en diensten)
Buitenlandse schuld
Schuldendienst (rente en aflossing)
Betalingsbalanstekort (lopende rekening)
ze terug te dringen. Aldus werd de ver
eiste aanpassing van hun nationale eco
nomie aan de verslechterende situatie
van de wereldeconomie alsmaar uit
gesteld, terwijl hun buitenlandse schuld
intussen voortdurend toenam en ten
slotte zelfs een onhoudbaar niveau be
reikte.
Naast de omvang van de betalingsba
lanstekorten heeft echter ook de finan
cieringswijze daarvan het schuldpro
bleem verergerd. Naarmate officiële in
komensoverdrachten (ontwikkelings
hulp) en particuliere investeringen uit
het buitenland steeds meer vervangen
werden door rentedragende leningen,
stegen immers eveneens de buitenland
se schuldverplichtingen van de debi-
teurlanden. De hieruit voortvloeiende
kwetsbaarheid van deze landen voor de
ontwikkelingen op de internationale fi
nanciële markten werd nog vergroot,
voorzover de buitenlandse schuld meer
de vorm aannam van commerciële
bankkredieten met een variabele rente
en een korte looptijd.
De combinatie van al deze factoren leid
de in het begin van de jaren tachtig tot
een onrustbarende stijging van de bui
tenlandse schuldenlast van de ontwik
kelingslanden, met name ook in verhou
ding tot hun sterk teruglopende uitvoer-
opbrengsten. Een en ander ging boven
dien gepaard met een aantasting van
het vertrouwen bij de crediteuren, het
geen een verminderde toestroming van
financieringsmiddelen naar de betrok
ken debiteurlanden tot gevolg had. De
problematiek werd nog verzwaard door
de toenemende kapitaalvlucht uit die
landen, waar de meer gefortuneerde in
gezetenen ook steeds minder vertrou
wen kregen in de nationale economie
en hun middelen bij voorkeur naar het
buitenland gingen overhevelen.
Dit dreigende schuldprobleem hing
destijds als een zware onweersbui bo
ven het internationale financiële bestel.
Het risico bestond immers, dat de be
trokken debiteurlanden klem zouden ko
men te zitten tussen enerzijds de nood
zaak om aan hun steeds zwaarder wor
dende buitenlandse schuldverplichtin
gen te voldoen en anderzijds het verlan-
Ontwikkeling van nationale economieën in Derde Wereld niet gediend met
schuldprobleem. Handel - hier in Peru - blijft op karakteristieke wijze bepalend
voor het straatbeeld.
gen om het ontwikkelingsproces van
hun nationale economie te bevorderen.
Indien deze landen hun rente- en aflos
singsverplichtingen niet meer zouden
nakomen, zou zeer waarschijnlijk een
aantal buitenlandse banken in ernstige
moeilijkheden belanden. Als gevolg van
de sterke onderlinge vervlechting van
het internationale bankwezen zou dit
ongetwijfeld zijn weerslag hebben op
het hele financiële bestel. Het was dus
een algemeen belang ervoor te zorgen,
dat de schuldlanden niet in gebreke zou
den blijven.
Zonder hulp van de internationale finan
ciële gemeenschap zouden die landen
echter slechts aan hun buitenlandse
schuldverplichtingen kunnen voldoen
door de groei en ontwikkeling van hun
nationale economie op onaanvaardbare
wijze te vertragen. Hiermee zouden zij
evenwel hun mogelijkheid tot terugbeta
ling op langere termijn aantasten, het
geen uiteraard evenmin in het belang
van het internationale bankwezen zou
zijn. Bovendien zou in dat geval ook de
economische groei in de industrielan
den worden geschaad vanwege de
daardoor aangetaste uitvoermogelijkhe-
den naar die ontwikkelingslanden.
Zo hadden dus alle partijen belang bij
de vermijding van een internationale
schuldcrisis.
Onmiddellijk na de uitbarsting van het
Mexicaanse liquiditeitsprobleem werd
dan ook een grootscheepse reddings
operatie op touw gezet. In nauwe sa
menwerking van alle betrokken partijen
- debiteurland en buitenlandse schuld
eisers, nationale overheid en particuliere
banken, internationale instellingen en
centrale banken - werd in korte tijd, op
basis van een IMF-bijstandskrediet met
een bijbehorend aanpassingsprogram
ma, een zeer omvangrijk (her)financie-
ringspakket tot stand gebracht.
Ditzelfde patroon heeft zich ook ont
vouwd bij tientallen andere ontwikke
lingslanden die sindsdien in schuldpro
blemen terecht zijn gekomen. Daarmee
werd het liquiditeitsprobleem voors
hands bedwongen. Aldus werd de eer
ste fase van de internationale schuld
crisis succesvol afgerond, althans wat
de financiering betreft.
Daarnaast resteerde echter nog de reali
sering van het aanpassingsproces als
tweede element in de oplossing van de
schuldcrisis. De betrokken ontwikke
lingslanden moesten immers hun natio
nale economie aanpassen aan het ge
wijzigde klimaat van de wereldecono
mie en aan de verminderde beschik
baarheid van internationale bankkredie
ten. Talrijke schuldlanden zijn erin
geslaagd met behulp of onder druk van
het IMF een dergelijk aanpassingspro
gramma te verwezenlijken. Daarmee
wisten zij het tekort op de lopende reke
ning van hun betalingsbalans aanzienlijk
te beperken.
Aldus is ook het proces van aanpassing
in de betrokken ontwikkelingslanden
aanvankelijk doorgaans gunstig verlo-