Naar een agrarische visie op het milieuvraagstuk t De Nederlandse land- en tuinbouw is er nog niet in geslaagd een goed antwoord te ge ven op de milieuproblemen waarmee ze ge confronteerd wordt. Door het ontbreken van een eigen beleidsfilosofie op dit terrein lijkt de sector een speelbal te zijn geworden in de publieke opinie en daalt de ene na de an dere overheidsmaatregel op de sector neer. Ir. J. H. Egberink Bij andere maatschappelijke veranderingen heeft het agrarisch bedrijfsleven in het verleden wel een eigen beleidsfilosofie ontwikkeld. Denk bijvoorbeeld aan het ingrijpende sociaal-economisch vraagstuk, waarbij cir ca 100 jaar geleden de keuze voor een marktgericht beleid werd gemaakt. Of de technologie, waarvoor de land- en tuinbouw een geheel eigen instrumentarium met onderzoek, voorlichting en onderwijs heeft op gebouwd. Interessant is daarom de poging van het Landbouw schap om ook voor het milieuvraagstuk een meer al gemene visie te ontwikkelen vanuit de landbouw zelf. Daarvoor is een discussienota opgesteld 'Uitgangs punten Milieuvraagstukken'. Deze wordt momenteel in de landbouworganisaties besproken. In het najaar zal er een beleidsdiscussie over plaatsvinden in het Bestuur van het Landbouwschap. Het lijkt rijkelijk laat voor een visie vanuit de landbouw op milieuvraagstukken. Er bestaat immers al een keten van milieuwetten: de wet ter bescherming van de bo dem, regels ten aanzien van bemesting, lozingsregels voor afvalwater, voorschriften ten aanzien van het ge bruik van bestrijdingsmiddelen enzovoort. De meeste van deze wetten moeten echter nog worden ingevuld. Bijvoorbeeld de normen die gehanteerd gaan worden en het tempo waarin verbeteringen moeten worden aangebracht. Daarbij vindt een afweging plaats van economische en milieuhygiënische belangen. Ook de uitvoerbaarheid van het beleid naar de praktijk speelt een rol. In de politiek telt milieubeleid zwaar. De indruk bestaat dat de politiek sneller voortgang wil maken met het beleid dan de overheid kan bijbenen. Ongetwijfeld speelt mee dat steeds meer veront rustende gegevens over de stand van het milieu via studies en de media op het publiek afkomen. De land- en tuinbouw heeft zich tot nu in deze discus sies veelal verdedigend opgesteld. In de discussienota van het Landbouwschap wordt gepleit voor een meer actieve benadering vanuit de landbouw. Daarbij wordt gedacht aan een meer preventief beleid, zodat problemen voorkomen worden, en aan regels die in acht genomen worden bij de bedrijfsontwik keling. Het oplossen van milieuproblemen achteraf is vaak erg moeilijk. Zo is in het verleden bij de bouw van stallen te weinig rekening gehouden met de wijze van mestopslag en uitstoot van ammoniak in de lucht. Een ander voorbeeld: in de glastuinbouw is de afgelopen jaren op grote schaal overgeschakeld naar de teelt op steenwol. Nu zijn er problemen met de verwerking van de gebruikte steenwol en daarin achterblijvende mest en sproeistoffen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1987 | | pagina 28