vroeger wel een beetje paternalistisch.
ganisatiecultuur. De eerste drie kun je
als je wilt precies omschreven vinden in
onze officiële stukken. Over onze coö
peratieve structuur hoor je vaak dat die
erg ingewikkeld is. Het zij zo, maar het
is een heel logisch geheel, dat je ieder
een uit kunt leggen. Met de doelom
schrijving/beginselverklaring is het nog
gemakkelijker. Veel moeilijker wordt het
met de organisatiecultuur. Dan spreken
we over de wijze waarop we in onze or
ganisatie - een intern huishoudwoord
onder ons - met elkaar omgaan. Dat is
typisch het reilen en zeilen van ons coö
peratief samenwerkingsverband zoals
zich dat op basis van officiële regels in
praktijk en gewoonte afspeelt. Of nog
beter: hoort af te spelen. Er zit nl. in elke
cultuur iets normatiefs: zo horen we nu
eenmaal met elkaar om te gaan.
Dat proef ik in onze organisatiecultuur,
maar zeker ook in de Rabo-cultuur. Deze
omvat nog veel meer dan de kenmer
ken, die wij aan statuten, doelomschrij
ving, beginselen of onze organisatiecul
tuur ontlenen, al vinden we die kenmer
ken er als het goed is zeer duidelijk in
terug.
Rabo-cultuur is de resultante van een
ongrijpbare hoeveelheid grote en kleine
dingen. Een cultuur krijg je niet zo maar:
ze komt er geleidelijk, vaak ongemerkt.
Ze is altijd de neerslag van jarenlange
ervaring en praktijk. Je kunt haar ook
nooit met een pennestreek afschaffen
of abrupt wezenlijk veranderen. Ze ont
wikkelt zich met het 'korpus' en is daar
om ook nooit stationair, maar steeds
onderhevig aan kleine verschuivingen.
Ze kan bloeien, verdorren of ziek wor
den. Pas als het korpus sterft, sterft ook
de cultuur ervan. Zo'n luguber einde lag
wel heel ver van mij, toen ik in mei be
weerde, dat de managementconferen
ties weer eens bewijzen hoezeer de
'Rabo-corporate-culture' springlevend is.
En dat klopt ook nog! Want intensief
overleg, openlijk praten met elkaar over
belangrijke zaken, aftasten van menin
gen voor een beleidsbesluit wordt geno
men, is al bijna 90 jaar lang Rabo-
cultuur. We komen dat op ons erf overal
tegen: bij de plaatselijke banken, in de
Kring- en Centrale Kringvergadering, in
alle mogelijke commissies. We hollen
nooit pardoes over het ijs, maar testen
eerst of het sterk genoeg is. Dat duurt
wat langer, maar zo krijgen onze beslui
ten een heel goed fundament. A/s het
moet, kunnen we heel vlug zijn: de Cen
trale Kringvergadering heeft daarvoor
zelfs een spoedcommissie. Dat 'Rabo-
parlement' is ook zo'n typisch stukje
Rabo-cultuur: het beslist niets, het 'ad
viseert' alleen. Maar in onze cultuur telt
zo'n advies heel zwaar: je wijkt er niet
van af als het met een behoorlijke meer
derheid is genomen. En dan onze lande
lijke Algemene Vergadering! Waar ko
men elders ieder jaar zo'n 3000 mensen
bij elkaar: 'uit alle windstreken een
spiegel van de maatschappij', aldus
voorzitter Van VerschuerWaar elders
brengt een man als Wijffels zo open en
begrijpelijk een verslag uit over wat er
gebeurd is en over de zaken waar we
mee bezig zijn? Niets bijzonders voor
ons, want dat is onze cultuur. Zelfs een
spreker als de president van de Neder -
landsche Bank past er bij zo'n gelegen
heid helemaal bij.
Uiterlijkheden, zegt misschien ie
mand. Welnu, er is ook volop uit
andere vaatjes te tappen. Over
doei/opzet van de Rabobanken is de
laatste jaren veel gediscussieerd, zelfs
theoretisch, maar ons omgaan met on
ze cliënten is er vooral een van Rabo-
cultuur. Het 'behartigen van de belan
gen' Izie de beginselverklaring), het
'dienstverlenende' is geen nieuwlichte
rij, maar is diep in onze cultuur gewor
teld. Dat is zelfs rechtstreeks met onze
ontstaansgeschiedenis verweven en on
losmakelijk met die cultuur verbonden.
Alle Rabobanken waren oorspronkelijk
dorpsbanken, dicht bij de mensen. Dat
trekje vinden we heden ten dage nog.
De verschijningsvorm is in de moderne
tijd wel anders geworden, maar het zit
er muurvast in. Ook het democratische,
ook het onderlinge respect voor eikaars
zelfstandigheid en verantwoordelijk
heid, horen tot ons 'cultuur-bezit'. Dat
bepaalt mee onze houding tegenover
anderen: ondernemers en particulieren.
Als zulke dingen incidenteel eens in de
verdrukking mochten komen, weten we
allemaal: dat hoort zo niet, dat doé je als
Rabobank niet. Voelt u het normatieve
in zo'n cultuur
De Boerenleenbank van heel vroeger is
allang uitgegroeid tot de moderne Rabo
bank voor het hele bedrijfsleven, met
onveranderd een bijzonder plekje voor
het agrarische. Maar het is nog altijd on
ze 'boerenwijsheid', die ons de eis van
een goede soliditeit zeer serieus doet
nemen. Reservevorming en zo laag mo
gelijke kosten - zuinig beheer - horen
bij onze cultuur. Die kosten kun je he
laas niet altijd in de hand houden en dat
vinden we dan eigenlijk een cultuur-
vijandige ervaring. Wilde avonturen lig
gen ons niet, maar omdat onze cultuur
helemaal gericht is op de behoeften van
onze leden en cliënten, staat de kwali
teit van onze diensten voorop. In één
adem daarbij, beweer ik dat er op dit
terrein altijd opmerkelijk veel durf en ini
tiatief getoond is: in de jaren zestig heb
ben we de landbouwkredietmogelijkhe
den opzienbarend verruimd en - om
maar iets recents te noemen - een
paar jaar geleden kwamen we welover
wogen, maar toch verrassend met de
inmiddels bekende stimuleringsleningen
gedekt door een apart Garantiefonds.
Nog een cultuurtrekje: groot en (dus)
machtig lijkt die Rabobankorganisatie,
maar het is een gespreide, democra
tisch gecontroleerde macht en een
grootte die door vele kleinen gemaakt
wordt. Al zulke zaken vind ik helemaal
typerend voor de Rabo-cultuur. Ons ta-
rifer/ngsbeleid zou ik er ook best bij kun
nen halen en zeer sprekend, de wijze
waarop de Stichting Steun Rabobanken
nu al jarenlang, zonder veel aan de weg
te timmeren, belangeloos met name in
onderontwikkelde gebieden bezig is.
Ik wil echter nog even laten zien, dat
zo'n cultuur ook bij ons altijd iets in be
weging is en zich ongemerkt verder ont
wikkelt. Het eerste voorbeeld ontleen ik
aan de verhouding tot het personeel.
Onze organisatie is in zijn arbeidsvoor
waarden altijd 'goed' voor haar perso
neel geweest, maar haar houding was
Dat is nu wel anders geworden. Vooral
door de Ondernemingsraden en de
CAAR, een eigen COR-variant van de
Rabobankorganisatie, is er hier allengs
duidelijk een andere cultuur ontstaan.
Het personeelslid is veel meer mede
werker, co-operator geworden. Elders
zie je ook zo'n ontwikkeling, maar bij
ons is er toch op dit punt iets dat op een
specifieke Rabo-cultuur duidt. Het kan
zelfs zijn dat de Rabo-cultuur hier nog
niet zijn volle ontwikkeling bereikt heeft.
Dat laatste is vrijwel zeker het geval met
ons buitenlandse bedrijf. Dat is er een
voudig nog te jong voor, want acht jaar
geleden was er geen enkel personeelslid
buiten de grenzen werkzaam. Maar wie
zijn oren te luisteren legt, merkt dat in
dit opzicht een eigen Rabo-cultuur hard
in wording is. We profileren ons over de
grenzen met een eigen gezicht. Dat is
ook in andere culturen al meer her
kenbaar.
Zulke voorbeelden zijn gevaarlijk, want
ze wekken de indruk dat je een onderne
mingscultuur in stukjes kunt knippen.
Dat kan juist niet. Zo'n Rabo-cultuur is
één geheel, ondeelbaar. Door hem te
gaan analyseren, maak je er een kapot,
verbrokkeld plaatje van. Ook als wij ons
in het buitenland vestigen, nemen we
onvermijdelijk onze cultuur mee. Maar
tegelijk zal ongemerkt zo'n vestiging al
lengs ook die cultuur gaan beïnvloeden:
de Rabo-cultuur, waarin ieder van ons
leeft.
Aan een beoordeling, een weging van
pro of contra in die cultuur ben ik niet
toegekomen. Eigenaardig: ik heb er nau
welijks behoefte aan. Ik lééf erin, ik be
sef zelfs dat dit stukje alleen geschre
ven kon worden omdat die Rabo-
cultuur, 'wat die ook precies moge zijn',
er is. En daarin verschil ik in niets van
degene die op dit zelfde ogenblik op zijn
of haar bank een klant helpt: op de ma
nier van onze Rabo-cultuur. Zelfs als we
ergens kritiek op hebben, iets veranderd
willen zien, dan nog is dat Rabo-cultuur.
Deze kan er zich ongemerkt zelfs aan
gaan aanpassen.
JRH