3 uit 3000 K. van der Ploeg: Toezien met de handen uit de mouwen Spaarmiddelen grondstof voor coöperatief financieren Wij kunnen het denk ik met de opstel Iers van de notitie eens zijn dat deze ontwikkelingen de waargenomen bewe gingen mede verklaren. Maar evenzeer is naar mijn mening waar dat fiscale motieven daarbij een grote rol hebben gespeeld. Voor sommige genoemde oorzaken behoeft dat geen nadere toe lichting; voor andere mogelijk wel. Er is inderdaad sprake van een toegenomen rentebewustzijn, maar dan wel in de zin van netto-rendementsbewustheid. Het rendement na belastingen is steeds va ker de maatstaf die wordt gehanteerd. Niet alleen ten opzichte van contractue le spaarvormen, maar ook vergeleken met andere beleggingen bevindt het banksparen zich fiscaal in een ongunsti ge positie. Dat geldt ook voor beleggingen in effec ten waar vermogenswinsten onbelast blijven en ten aanzien van de dividend vrijstelling geen saneringsregeling geldt. We missen overigens in de notitie node een systematische vergelijkende analyse van de fiscale behandeling van de verschillende soorten spaar- en be leggingsvormen. Deze analyse zou voor een juiste voorlichting van de Tweede Kamer alsnog moeten worden gemaakt. Daaruit zou zonneklaar blijken dat de fiscale positie van bankbesparingen in het hele veld van alternatieven relatief ongunstig is. Bij een groeiende fiscale bewustheid van het publiek gaat dat steeds meer klemmen. Dat is te meer het geval nu de banken gedwongen lij ken te worden tot informatieverschaf fing aan de fiscus over rente-inkomsten van belastingplichtigen. Zonder begelei dende maatregelen dreigt de relatieve positie van bankbesparingen daardoor nog verder te verslechteren. Iets wat ook al gaande is door de in gang gezette geleidelijke afschaffing van de spaar bankvrijstelling voor de Vennootschaps belasting, die onder meer van toepas sing is op onze plaatselijke banken. De geschetste fiscale positie van bank besparingen en de daaruit voortvloeien de ontwikkelingen raken de doelstellin gen van het coöperatief bankieren in het hart. Het kernbedrijf van de plaatselijke banken is immers het in eigen werkge bied bijeen brengen van middelen, pri mair ten behoeve van de financiering van de leden-bedrijven en tevens voor het eigen woningbezit. Wij spannen ons daarbij in de spaarders een aantrekkelijke en marktconforme vergoeding te bieden en tegelijkertijd onze financieringsrol te vervullen tegen de voor de leden best bereikbare voor waarden. Tegen die achtergrond wordt in de nota van Financiën onverantwoord Vervolg op pagina 24 ledereen is het er wel over eens: de Al gemene Ledenvergadering van Rabo bank Nederland in Utrecht is en blijft een spectaculair gebeuren. Voor ruim drieduizend coöperatief denkende Ne derlanders een drukke dag, die vroeger begint naarmate men verder van Utrecht af woont. Wie met de auto gaat, werkt hoogstwaarschijnlijk mee aan de inmiddels traditionele spits- files, wie het openbaar vervoer lief heeft, pakt de trein. De overvolle im mense parkeerterreinen bij de Jaar beurshallen in Utrecht maken al snel duidelijk dat Rabobankbestuurders graag zelf de koers bepalen. De heer Van der Ploeg 145) is in het dagelijks leven middenstander, woning inrichter. De maandag voor de Algeme ne Vergadering ontving hij ons in zijn gezellige zaak in het charmante hart van Surhuisterveen in Friesland. Naast zijn functie voor de bank is hij voorzitter van de plaatselijke middenstandsvereniging en secretaris bij de provinciale afdeling van de NCOV, tevens afgevaardigde naar de NCOV-Noord, waarin de drie noordelijke afdelingen bijeenkomen. Een druk bezet man derhalve. Niet té druk, vindt hijzelf: 'Je moet als middenstander wel, alleen begin je weinig tegenwoor- dig en daar komt bij dat ik het plezierig De heer Klaas van der Ploeg, secretaris van de Raad van Toezicht van de Rabo bank gevestigd te Surhuisterveen, ge meente Achtkarspelen, is met zijn direc teur en de voorzitter van het Bestuur kaarsrecht door de Flevopolder op zijn doel voor die dag afgereden: rij 7 in vak A, links vooraan. Een perfecte positie voor een bestuurder, die belast is met een toezichthoudende taak. Hoe ruim hij die opdracht ziet, blijkt als we hem aan het eind van de dag in de leeglopen de hal ontmoeten om nog even na te praten. vind om op een aantal fronten tegelijk aan de gang te zijn. Dat houdt je fris. Je moet regelmatig je voelhorens elders uitsteken en proberen de opgedane ken nis in je eigen omgeving in de praktijk te brengen. Dat gaat net zo goed op voor de bank als voor mijn eigen zaak. Als we niet up-to-date blijven, wordt de toe komst moeilijk.' Hij doelt daarmee vooral op kennis bij zowel de bestuurscolleges als bij de di rectie en de medewerkers van de bank. En daarbij gaat het zeker niet om louter financiële zaken.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1987 | | pagina 23