Adviesraad biotechnologie Rabobank en industrie Onderlinge concentratie op de toekomst Vervolg van pagina 3 Rabobank Nederland is vanaf het eerste uur actief op deze nieuwe markt. Op 13 februari van het vorig jaar kondigden wij reeds een programma aan van f 400 miljoen. En met groot succes. De uitste kende verhandelbaarheid van door Rabobank Nederland uitgegeven CD's speelt daarbij een grote rol. Voor de Rabobankorganisatie, die immers als eerste klas debiteur te boek staat, een bijzonder gunstige ontwikkeling. De handel in CD's heeft in een kort tijds bestek een sterk opgaande lijn laten zien, terwijl de markt nog dagelijks aan activiteit wint. Dit werkt met name uit ten goede van onze fundingmogelijkhe- den op de korte termijn. De ervaring heeft reeds geleerd dat de interesse voor het papier vooral gezocht moet worden bij de hoofdkantoren van de diverse bankinstellingen - als een substituut voor het interbancaire depo sito - en bij de grotere beleggers. Bij cliënten van aangesloten banken is deze belangstelling in veel mindere mate te constateren. De totale vraag blijkt ech ter dermate groot dat het uitstaande programma van f 400 miljoen regelma tig vol staat. Dit succesvolle verloop heeft ertoe geleid dat Rabobank Neder land heeft besloten haar CD-programma per 1 mei te verhogen tot f 1 miljard. Onze bank heeft het belang en de mo gelijke effecten van de nieuwe ontwik kelingen op het gebied van de biotech nologie reeds drie jaar geleden onder kend en tot deel van haar beleid ge maakt. De oprichting van het Rabobank Nederland Biotech Venture Fund eind vorig jaar is één van de resultaten van dit beleid. Met dit fonds voor risicodra gend vermogen beoogt de Rabobank een bijdrage te leveren aan de ontwikke ling en commercialisatie van de biotech nologie. De bancaire financiering van bedrijfsac tiviteiten vindt over het algemeen op de klassieke wijze plaats, dat wil zeggen ri sicomijdend. De commercialisatie van nieuwe vindingen, zoals in de biotech nologie, wordt echter gekenmerkt door risicovolle investeringen. Meestal ont breken hier de zekerheden voor een klassieke financiering, terwijl de produk- ten veelal voor een deel nog in de onderzoeks- en ontwikkelingsfase ver keren. Kortom: er is in de startfase van de biotechnologie behoefte aan risico dragend kapitaal, waarin de Rabobank vooralsnog bereid is voor f 30 miljoen te voorzien. Om de risico's van dergelijke participa ties zoveel mogelijk te kunnen overzien, is ook hooggekwalificeerde kennis on ontbeerlijk. Een financiële organisatie als de Rabobank is hiervoor zeker ook op externe deskundigen aangewezen. De Hoofddirectie van Rabobank Neder land heeft derhalve besloten tot het vor men van een adviesraad van negen vooraanstaande wetenschappers en praktijkmensen op het gebied van de biotechnologie. Deze Adviesraad werd op 11 mei j.l. geïnstalleerd. De individue le leden zullen desgevraagd adviezen uitbrengen over afzonderlijke participa- tievoorstellen, terwijl de Adviesraad als geheel een taak krijgt in de evaluatie van de algemene ontwikkelingen in de biotechnologie. De Adviesraad is als volgt samen gesteld: Ir. R J. Lardinois - voorzitter; dr. W. Y. Aalbersberg - algemeen direc teur Nationaal Instituut Zuivel Onder zoek (NIZO); prof. dr. H. P. J. Bloemers - hoogleraar Biochemie Katholieke Universiteit Nijmegen; prof. A. Brand - hoogleraar Dierge neeskunde Rijksuniversiteit Utrecht; prof. B. de Groot - bijzonder hoogleraar in de moderne plantveredelings- en ver meerderingstechnieken Landbouwuni versiteit Wageningen; dr. K. Koerts - directeur Research Suiker-Unie; prof. H. C. van der Plas - hoogleraar Organische Scheikunde Landbouwuni versiteit Wageningen; ir. J. A. Roels - adjunct-directeur Re search Development Gist-Brocades; prof. R. A. Schilperoort - hoogleraar Biochemie Rijksuniversiteit Leiden; prof. B. Witholt - hoogleraar Biochemie Rijksuniversiteit Groningen; ir. A. R. Sjauw-Koen-Fa - secretaris. Steeds meer industriële ondernemers voelen zich thuis bij de Rabobank. Die conclusie laat zich trekken na het lezen van het artikel 'Financiering bedrijfsacti viteiten nagenoeg probleemloos' in het blad 'Marktoverzicht' van maart jl. Daarin wordt verslag gedaan van een onderzoek dat het blad door de Econo mische Faculteit van de Rijksuniversiteit Groningen heeft laten uitvoeren. 386 in dustriële bedrijven werden daarbij geën quêteerd. Zoals de titel van het artikel weergeeft, blijkt de overgrote meerderheid van de industriële bedrijven nagenoeg pro bleemloos aan hun financiële verplich tingen op korte termijn te kunnen vol doen. Voor zover bedrijven toch proble men ondervinden, schrijven zij dat voor al toe aan de te late betaling van hun de biteuren. Een probleem dat door de Rabobank is onderkend. De laatste jaren heeft onze organisatie zich sterk ingespannen om instrumenten te ontwikkelen die oplos singen bieden in de betalingsproblema tiek. Naast de dienst factoring - ver zorgd door dochtermaatschappij De Lage Landen - en automatische incas so in het Jaetalingsverkeer, zijn Quick Cheque Service-trajecten opgezet voor de Verenigde Staten, de Westduitse en de Britse markt en werd onlangs de Ex portrekening Frankrijk geïntroduceerd. Dat de Rabobank het mede met deze gespecialiseerde en probleem-oplossen de dienstverlening ook uitstekend doet bij het onderzochte deel van onder nemend Nederland, komt naar voren uit de onderzoeksresultaten. Er hebben zich verschuivingen voorgedaan in de marktposities van de banken. In vergelij king met 1985 is de marktpenetratie van de Rabobank in de industriële sec tor toegenomen van 27% tot 37%: de coöperatieve voorsprong in cijfers weerspiegeld. Van de ons bevriende verzekerings maatschappij Avéro (vorig jaar ontstaan uit een fusie tussen OBF-CVF en OTOS) ontvingen wij het bericht dat besloten is tot een verdergaande concentratie van het onderlinge verzekeringsbedrijf in Leeuwarden: het samengaan van FBTO en Avéro. Wij herhalen graag wat wij reeds eerder in deze kolommen te ken nen gaven: wij achten elke vorm van sa menwerking tussen coöperatief geo riënteerde verzekeraars een goede zaak. Voor onze organisatie is het van belang op de verzekeringsmarkt te kunnen op treden in een goede relatie met onder linge verzekeraars, die een krachtige po sitie op die markt innemen. De nieuwe combinatie heeft in een inte ressante brochure een aantal aspecten van het samengaan belicht. De aanlei ding tot de samenwerking, die volgens de uitspraken van Avéro-FBTO zelf op het eerste gezicht niet zo voor de hand liggend lijkt, is een bezinning op een aantal criteria volgens welke de verze keringsmarkt in Nederland kan worden ingedeeld: - naar afnemer: particulieren, be drijven; - naar soort produkt: leven, schade, pensioen; - naar verkoopmethode: afzet via tus senpersonen, directe verkoop.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1987 | | pagina 6