Nieuwe voren trekken! Deze maand brengen we nogal I wat te 'ezen over de landbouw. Niet zozeer omdat er weer een nieuw jaar begonnen Is en zelfs niet om dat de EG-landbouwministers hun tradi tionele marathonronde nog juist voor de Kerst weer eens uitgereden hebben. Dat was trouwens de meikronde en er zul len ook nog wel een vlees-, graan- of suikerronde verreden moeten worden. Al zulke maatregelen, al afgekondigd of nog af te kondigen, zijn eigenlijk symp tomen van dezelfde zaak. En wie zich op zo'n symptoom blindstaart - de su perheffing, de meststoffenwet, de graan- of boterbergen, melkplassen of mesthopen en denkt 'het zal vanzelf wel weer overwaaien', vergeet dat er iets veel belangrijkers aan de hand is. Want duidelijk en onafwendbaar komt de landbouw voor een beslissende keu ze te staan. Gevolg van een ontwikke ling, die zonder overdrijving revolutio nair mag worden genoemd. Niet alleen hier, maar ook elders in de wereld. Er is moed voor nodig om dat als boer onder ogen te zien en je er op de juiste wijze op in te stellen. Maar het is ook een uit daging. Waard om op te pakken. Zeker voor de Nederlandse boer! De boer hij ploegde voort. Dat zal wel. Zo'n dichtregel wijst op de oerkracht, die in de boer schuilt: de wil om zijn grond te bewerken en te produceren. Maar ook de voor, die zo'n ploegende boer trekt gaat haperingen vertonen ais onbekende obstakels opdoemen. En ze ker ais de boer ingrijpende veranderin gen bemerkt in het hete klimaat om hem heen. Dan moet zijn hele planning op de helling, misschien zelfs de planning waaraan zijn soort van ouder op ouder gewend is. Zo'n aanpassing wordt nu en in de komende tijd aan de hele land bouw als zodanig 'gedecreteerd' doordat deze met zijn belangrijkste pro- dukten zienderogen in een uitgesproken overschotsituatie is terechtgekomen. Wat een verschil met vroeger. Niet zo lang geleden produceerden onze boeren en tuinders nog voor een groeiende Europese- en wereldmarkt. Daar vonden ze altijd kopers, want er was stijgende behoefte aan voedsel en er was stijgen de koopkracht. Die verkopersmarkt is inmiddels duidelijk omgeslagen in een kopersmarkt. Tegenwoordig bepaalt de koper wat en hoeveel en tegen welke prijs hij wit kopen. Keuze genoeg tussen vele aanbieders. Ondertussen produ ceert de boer door, weliswaar tegen la gere kosten omdat energieveevoeder en rentekosten aanzienlijk zijn gedaald, maar uiteindelijk ook tegen veel lagere marktprijzen. Men kent de gevolgen: de 'bergen en plassen' zijn te hoog en te diep geworden, niet meer te verwerken, zeg maar te betalen en de markten zijn verzadigd. De tijd is aangebroken, dat we op een andere toekomst overscha kelen, want zo zeggen de deskundigen, de huidige situatie is niet incidenteel, maar structureel onwerkbaar geworden. Zorg dan dat het anders wordt, zal iedereen zeggen. Best. Maar hoeVoor de markt produceren? Ja, maar dat be tekent wel minder of anders produce ren, lagere prijzen ontvangen en wel licht inkomstendaling voor veel boeren. Toch maar doorgaan met garanties voor afname en prijssteun in bepaalde geval len? Welke gevallen? Er zijn zoveel ver schillen tussen landbouwbedrijven, hier en elders. Of moet je bepaalde produk ten concentreren in bepaalde landen of streken? Je gaan toeleggen op heel nieuwe produkten, produktiemethoden en -technieken? Denk ook aan de al klemmender eis van het zuiver houden, juister: weer zuiver maken van het mi lieu. Kun je op een milieuzuivere wijze de kosten van de voortbrenging druk ken? Zijn er, mee daardoor, nieuwe markten te ontsluiten? Dit soort dilemma's bespeur je achter de huidige landbouwproblematiek. De landbouw zit in een overgangssituatie. Macro-economisch is dat koel en bere deneerd aan te tonen. Maar wat op dat vlak gebeurt, raakt altijd de toekomst, het inkomen van de individuele agrari sche ondernemer.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1987 | | pagina 4