Bloembollenexporteurs en de
keuze van nieuwe afzetkanalen
Het gaat goed met de
Nederlandse
bloembollenexport. De laatste
jaren wordt een volumegroei
van zo'n 5% per seizoen
gerealiseerd. Deze groei komt
tot stand door een grotere
afzet op zowel bestaande
markten als op nieuwe
markten. Het ontwikkelen van
de nieuwe markten is meestal
niet eenvoudig, omdat er vele
factoren zijn, die hier
belemmerend op kunnen
werken. Door het doen van
onderzoek heeft de activiteit
Bedrijfstakonderzoek van Rabo
bank Nederland getracht
inzicht te krijgen in de
structuur van de buitenlandse
afzetkanalen voor bloembollen
en de factoren die een rol
spelen bij de keuze van nieuwe
afzetmarkten.
W /JSi
ederland is verreweg de be
langrijkste bloembollenpro
ducent en -exporteur ter we
reld. Het Nederlands areaal
bloembollen omvat bijvoor
beeld ruim 15 000 ha, terwijl
het Verenigd Koninkrijk, de
op één na belangrijkste pro
ducent, beschikt over 4000 ha.
De Nederlandse bloembollenexport is
de laatste jaren voortdurend gegroeid.
De uitvoer naar het buitenland is daarbij
gericht op twee deelmarkten: de afzet
aan professionele bloemkwekers (broei-
erijverkoop) en de afzet aan consumen
ten (droogverkoop). Voor de totale ex
port geldt een verdeling van 52%
droogverkoop en 48% broeierijverkoop.
De exporteur speelt een belangrijke rol
bij de afzet van bloembollen. Hij draagt
zorg voor het prepareren (voorbehande
ling van de bollen zodat ze op het juiste
moment in bloei komen), het verpakken
voor de droogverkoop, het overbrengen
van vakkennis, het bevorderen van de
afzet en ten slotte het operationeel mo
gelijk maken van de export.
Grotere bloembollenexportbedrijven
kunnen gebruik maken van schaalvoor
delen die optreden bij de uitoefening
van bovenstaande taken. Er is daarom
een schaalvergroting waar te nemen in
deze bedrijven (zie tabel 1). Nauwelijks
Mej. J. M. W. van Dijk
Landbou wuniversiteit
Wageningen
Ir. H. M. J. Keulen
Bedrijfstakonderzoek