Naar een evenwichtiger graanmarkt
Internationaal Graanforum
ral amsterdam
Van 10 tot en met 12 november jl. werd te Amsterdam het eerste
Internationale Graanforum gehouden. Prominenten uit bijna alle
hoeken van de graanwereld lieten hun licht schijnen over de proble
men, waarmee de wereldgraanmarkt in de jaren '80 te kampen
heeft. De Rabobank was ook op dit internationale forum vertegen
woordigd, onder meer door ir. P. J. Lardinois, die de functie van alge
meen voorzitter van het forum bekleedde en dr. G. J. M. Vlak, die
een inleiding hield over de financiering van de internationale graan
handel. Ook gaf de Rabobank ter gelegenheid van dit graanevene-
ment een brochure uit over de wereldhandel in granen en veevoeder
grondstoffen. De financiering van de internationale handel in agrari
sche produkten is namelijk een markt die de Rabobank sinds de in
ternationalisatie van haar bankactiviteiten doeltreffender bestrijkt.
Oplopende handelsconflicten
Ir. A. R. Sjauw-Koen-Fa
Bedrijfstakonderzoek
Dr. C. J. M. Vlak: grenzen van financieringsmogelijkheden in zicht.
n het kort kan de actuele graan
marktsituatie met de volgende
trefwoorden worden gekarakteri
seerd: enerzijds een sterk terugge
lopen handelsvolume, met oplo
pende voorraden, lage prijzen en
verhoogde concurrentie en ander
zijds een grote behoefte aan voed
sel (graan) in grote delen van de wereld.
Twee hoofdthema's liepen als een rode
draad door het forum:
0 De noodzaak tot herstel van het
evenwicht in de graanmarkt.
0 De invloed van de technologische
ontwikkeling op de graanmarkt.
De groeiende graanvoorraden oefenen
een neerwaartse druk uit op de prijzen
en zijn een voedingsbodem voor inter
nationale handelspolitieke geschillen.
Onder de grote graanexporteurs zijn drie
kampen te onderscheiden, te weten de
Verenigde Staten, de EG en een aantal
landen die een kongsi hebben gevormd,
te weten Canada, Australië en Argenti
nië. Deze laatste groep van landen be
schuldigt de Verenigde Staten en de EG
van oneerlijke concurrentie vanwege
hun exportsubsidiepraktijken.
De EG beroept zich wat dit punt betreft
op de Gatt-ronde van Tokio in 1979,
waarbij het principe van exportsubsidie
als een middel om de export te stimule
ren internationaal werd aanvaard, mits
daarmee niet meer dan een billijk markt
aandeel wordt verworven. Daaraan
heeft de EG zich gehouden, zo is het
standpunt. Een grote vraag is echter
wat algemeen als een billijk marktaan
deel in de Gatt wordt aanvaard. De Ver
enigde Staten geven daarentegen de
schuld van hun sterk - dit jaar met
16% ten opzichte van 1985 - terug
lopende agrarische export aan de EG,
die met behulp van exportsubsidies de
VS van de wereldmarkt zou hebben ver
drongen. De Verenigde Staten zijn ech
ter sinds het begin van dit jaar gericht
bezig hun landbouw weer concurrerend
te maken op de wereldmarkt. Daartoe
hebben zij de steunprijzen van de be
langrijkste landbouwprodukten waar
van zij marktleiders zijn (zoals granen en
oliezaden) drastisch verlaagd. Dit zal lei
den tot een sterke daling van de Ameri
kaanse exportprijzen, afgezien nog van
de sterk gedaalde dollarkoers. Daar
naast hebben zij een exportsubsidiepot
gevormd om hun agrarische uitvoer te
ondersteunen onder het motief van het
terugwinnen van 'verloren' markten.
EG-landbouwcommissaris Andriessen
verklaarde in de openingstoespraak tot
het forum dat, als de Verenigde Staten
doorgaan met hun agressieve politiek
van graanexportsubsidies, de EG zich
zal blijven verdedigen met evenredige
verhoging van haar exportrestituties. Hij
geeft echter de voorkeur aan een geza
menlijke beleidsombuiging en -afstem
ming tussen de graanexporterende lan
den om de produktie beter te beheersen
en herstel van het marktevenwicht te
