f. i hi .TrmnTïïJim Managemen tconferen ties Coöperatieve blik over de horizon Elke manager heeft in zijn dagelijks functioneren een veelheid van rollen te vervullen en taken te verrichten. Hij is voorman, ondernemer, onderhandelaar, probleemoplosser, om maar een paar kwaliteiten op te noemen. De manager staat ervoor keuzen te ma ken, beslissingen te nemen hoe hij de middelen, die hem ter beschikking staan, moet inzetten om zijn organisatie tot verdere ontwikkeling te brengen. Hij opereert daarbij op het raakvlak van de interne organisatie en de externe omge ving. Neemt waar, welke ontwikkelin gen zich in de markt en de samenleving voltrekken en leidt daaruit af, welke kan sen daarmee ontstaan voor zijn onder neming. Evenzeer is hij zich ervan bewust, dat hij op de drempel tussen het heden en de toekomst staat. Ontwaart hij trends, ziet hij lijnen naar de toekomst, maar staat hij tegelijk open voor de gedachte dat sommige ontwikkelingen soms sneller en anders verlopen, dan je naar je gevoel zou kunnnen veronderstellen. Ziedaar het spanningsveld, waarin de manager zich bevindt; het terrein waar binnen hij strategische keuzen moet maken. Dat geldt voor iedere manager en zeker voor de directeuren van de plaatselijke Rabobanken. Niet alleen hebben zij een lange- termijnvisie nodig om samen met het bestuur het beleid voor hun bedrijfsvoe ring te bepalen, maar evenzeer zullen zij de vaardigheid moeten bezitten om de strategische keuzen van hun cliënten naar waarde te schatten. Zicht op de toekomst ontstaat door het onderken nen en inschatten van essentiële, ma- jeure bewegingen in de samenleving, die vaak al hun schaduwen vooruit wer pen. Om die goed in het vizier te krijgen is geregeld tijd voor bezinning nodig - een schaars fenomeen in het drukke bestaan van een Rabobankdirecteur - en een klankbord voor toetsing en meer diepgang. Juist op dit ogenblik, nu het bankbedrijf een voorhoedepositie gaat innemen in de informatiemaatschappij, is dat zicht op de toekomst meer dan al leen maar wenselijk. Om daaraan tegemoet te komen zal in het komend voorjaar - in de maanden maart en april - een reeks Manage mentconferenties worden belegd, waar voor alle directeuren van de plaatselijke Rabobanken en een aantal leidingge vende functionarissen van Rabobank Nederland zullen worden uitgenodigd. Een veelzijdige oriëntatie op de toe komst, uitwisseling van visies en de be paling van de plaats en functie van de Vervolg op pagina 6 In de 'Europese Raad voor het Betalingsverkeer' zijn de voornaamste banken en bankgroeperingen van Europa en de daarmee verbonden - deels concurrerende - betaalsystemen zoals Eurocheque, Eurocard en Visa, vertegenwoordigd. Deze Raad kwam dit najaar tot de aanbeveling dat zal moeten worden gewerkt aan wederkeri ge aansluiting van de verschillende systemen, waardoor onder meer de mogelijkheid wordt geopend eikaars betaalmiddelen in eikaars automaten te gebruiken. Hiermee zijn de belangen gediend van zowel consumenten, reta/lers als banken. Niet alleen worden onnodige investeringen voorkomen, maar ook zullen door noodzake Hjke standaardisatie besparingen kunnen worden bereikt die alle betrokken partijen - maar vooral de consument - ten goede komen. In dezelfde vergadering werd het streven naar verdergaande samenwerking tussen Eurocard en Eurocheque ondersteund. De eerste vorm van samenwerking kan het gezamenlijk gebruik zijn van het voor en door Eurocard ontwikkelde datacommuni catienetwerk. In een internationale vergelijking werd dit netwerk als geavanceerd, efficiënt en goedkoop, kortom als één van de beste, gekenschetst. Voor Eurocheque behoeft dus het wiel niet opnieuw te worden uitgevonden. Dat datanetwerk is onder meer van belang voor het afwikkelen van het internationa Ie gastgebruik bij geldautomaten en - in een iets later stadium - betaalautomaten. Samenwerking op dit traject van het particuliere betalingsverkeer staat open voor alle Europese banken, die de volgende vijf uitgangspunten onderschrijven: - Vrijheid voor ieder land om zijn eigen betaalsysteem te kiezen en dus zijn eigen betalingsverkeer te regelen, zodanig dat overigens iedere bank zijn eigen commer ciële identiteit zal kunnen handhaven. - Het wederzijds accepteren van de verschillende - door individuele banken uit gegeven - betaalprodukten. - Het bereiken van overeenstemming op het gebied van gemeenschappelijke stan daards, systemen en infrastructuur, ten einde tot zo laag mogelijke kosten te komen. - Het bereiken van overeenstemming over een redelijke tariefstelling als vergoe ding van de geleverde diensten. - Het gebruik van een gemeenschappelijk Europees logo, ten einde de wederzijdse dienstverlening herkenbaar te maken. Het is verheugend dat in de recente Algemene Vergadering van Eurocheque Interna tional besluiten zijn genomen, die het samenwerkingsproces kunnen versnellen. De vergadering ging akkoord met de voorgenomen coöperatie met Eurocard op het ge bied van het datacommunicatienetwerk. Ook lag een zeer praktische aanpak op ta fel voor een 'over-de-grens' gebruik van gelduitgifte- en betaalautomaten. Boven dien kan in 1987 - op grond van een door externe deskundigen uitgevoerde objec tieve analyse van de kosten van de diverse betaaldiensten - worden besloten over voorstellen voor kostenvergoedingen in het internationale verkeer. In Europa is dus veel in beweging. Volledige harmonisatie en standaardisatie zal wel een proces zijn dat nog een aantal jaren in beslag zal nemen. Wanneer echter een aantal praktisch realiseerbare stappen binnen deze raamafspraak worden gezet - en daar ziet het naar uit - dan zullen op vrij korte termijn de gevolgen daarvan merkbaar zijn. In toenemende mate worden dan in het buitenland geld- en betaal automaten toegankelijk voor reizende bankcliënten. Wij verwachten dat er voor Eurocheque- en Eurocardhouders bij het begin van de jaren negentig alleen al in de Eurochequelanden 25 000 van die automaten klaar zullen staan; op basis van reciprociteit zullen deze t.z.t. ook voor visakaarthouders kunnen worden opengesteld. In het licht van deze ontwikkelingen steekt de tot dusver moeizaam lopende samen werking in Nederland tussen banken en Postbank wat mager af. Ook in Nederland zullen wij op grond van onze maatschappelijke verantwoordelijkheid moeten beslui ten tot het formuleren van gemeenschappelijke standaards. Dat is nodig om onder ling gastgebruik te kunnen toestaan, maar ook om aansluiting te krijgen op de Euro pese - en dus internationale - ontwikkelingen. Het is daarbij verstandig ons in eerste instantie te blijven richten op Eurocheque/Eurocard. Niet alleen gezien de keuzes die in het verleden zijn gemaakt, maar ook gezien de structureel sterke posi tie van deze systemen in Europa. De Rabobank streeft met kracht interbancaire sa menwerking na op het punt van de technische infrastructuur met als doel een effi ciënt nationaal betalingsverkeer met wederkerig gastgebruik en internationale aan sluiting. Daartoe is binnen Nederland nodig dat partijen in openheid tot gemeenschappelijke standaards komen en een ontwikkelpad afspreken dat moet leiden tot een optimale toekomstige structuur, die is afgeleid van, respectievelijk aansluit op internationale ontwikkelingen. Dit betekent echter ook dat afgezien wordt van het nastreven van korte-termijnsuccessen, waarmee niemand is gediend en waarvan uiteindelijk de consument de dupe wordt. Wij hopen en verwachten dat alle betrokken partijen hun maatschappelijke verantwoordelijkheid zwaar zullen laten wegen. Van Eldik

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1986 | | pagina 3