Belang en
belemmeringen
Exporteren in de Nederlandse economie
Het midden- en kleinbedrijf
(MKB) neemt in de
Nederlandse economie een
vooraanstaande positie in. Niet
alleen is 43% van de
beroepsbevolking hierin
werkzaam, maar tevens wordt
een derde deel van ons
nationaal inkomen in het MKB
verdiend. Van de bedrijven die
tot het MKB worden gerekend
behoren er circa 250 000 tot
de mogelijke exporteurs. Dit
zijn industrieën, de groothandel
en bedrijven met zakelijke
dienstverlening. Van deze
250 000 exporteren er slechts
45 000 of wel zo'n 18%. Er
zijn velerlei redenen waarom
de overige bedrijven niet
exporteren. In dit artikel wordt
nader op deze redenen
ingegaan, nadat is aangegeven
welk belang export heeft in de
nationale economie en welke
rol de verschillende
bedrijfstakken daarin spelen.
e Nederlandse economie is
bij uitstek een open econo
mie. Dit geeft aan dat ener
zijds een groot deel van de
produktie in het buitenland
wordt afgezet en anderzijds
een groot deel van de con
sumptiegoederen uit het bui
tenland afkomstig is. De ontwikkeling
van de internationale handel is dan ook
van grote betekenis voor onze econo
mie. Mede dank zij een gematigde loon
kostenontwikkeling kon ons land snel
inhaken op de verbetering van de we
reldeconomie in 1983/84. In tegenstel
ling tot veel andere Europese landen
heeft Nederland een gevarieerd export-
pakket. Uit oogpunt van risicospreiding
is dit natuurlijk gunstig. Wanneer de
vraag naar een deel van dit exportpak
ket mocht wegvallen, heeft dat niet di
rect verstrekkende gevolgen. Daartegen
over staat dat wanneer de vraag naar
een bepaald soort goed sterk stijgt, daar
ook maar ten dele van wordt geprofi
teerd. Momenteel is er bijvoorbeeld
sprake van een sterke stijging van de
vraag naar investeringsgoederen. Deze
zijn echter in het Nederlandse pakket in
vergelijking met bijvoorbeeld België
en West-Duitsland ondervertegenwoor
digd. Daartegenover zijn energie en
energieprodukten in onze export sterk
oververtegenwoordigd. De energieprijs
daling pakt dan ook voor ons land nade
lig uit.
In 1985 werd er door Nederlandse be
drijven voor ruim f 225 miljard aan goe
deren uitgevoerd. Bijna twee derde deel
hiervan kwam voor rekening van drie
produktgroepen, te weten:
- agrarische produkten (inclusief leven
de dieren) voor ruim f 49 miljard;
- energie- en chemische produkten (in
clusief aardgas) voor circa f 64 miljard;
- metaal(waren) en machines voor bij
na f 44 miljard.
Naast de uitvoer van goederen leverde
het dienstenverkeer nog een bijdrage
van f 37 miljard aan onze betalingsba
lans. In onderstaande tabel is van een
aantal produkten de uitvoerwaarde aan
gegeven. Alle genoemde produkten
hebben een exportwaarde van meer dan
f 5 miljard. Tevens is aangegeven welk
deel hiervan naar EG-landen wordt uit
gevoerd.
Drs. P. C. C. den
Dubbelden
Bedrijfstakonderzoek
Produkten Totale uitvoer Waarvan naar
fin min f) EG-landen
(in
Vlees en vleesprodukten 7 827 93
Zuivelprodukten en eieren 7 980 61
Groenten en fruit 7 027 87
Ruwe aardolie en
aardolieprodukten 34 187 80
Aardgas en industriegas 17 338 100
Organische chemische produkten 12 263 65
Kunstmatige plastische stoffen,
cellulose, kunsthars 10 511 72
Garens en weefsels 6 177 69
IJzer en staal 5 845 62
Kantoor- en informatieverwerkende machines 7 495 64
Elektrische apparaten 8 688 59
Overige goederen** 100 230 67
Totaal 225 568 73
Exclusief Spanje en Portugal
Elk minder dan f 5 miljard
Bron: CBS