hebben maar een fractie van dat aantal
en de spaarbanken enkele tientallen. Ik
merk bij ons ook een sterke toename
van de belangstelling voor en kennis
van automatiseringsvraagstukken. De
aangesloten banken worden terecht als
eindgebruikers al meer betrokken bij de
ontwikkeling van automatiseringspro
jecten. Zij zijn het die beslissen of ze de
nieuwe distributievormen toepassen en
het vestigingennet geleidelijk beperken.'
Een kritische kanttekening moet Wijf
fels van het hart.
'De nu beschikbare nieuwe instrumen
ten worden nog niet altijd ten volle ge
zien en gebruikt als middelen om tot ef
ficiëntere bedrijfsvoering te komen. Het
is natuurlijk prima om bestaande vor
men van cliëntenbediening tot nieuwe
vormen uit te breiden of om te werken,
maar we moeten evenzeer de efficiency
voor ogen houden. Onze kostenontwik
keling is de schaduwzijde van het huidi
ge plaatje. Die kosten zijn te hoog ge
worden, zeker nu we concurrenten ont
moeten die met lage kosten wervend
bezig zijn. Daarom: grote aandacht ge
ven aan kostenverlagende technieken.
Dat is een heel belangrijk thema voor de
komende jaren!'
De verhouding binnen onze organisa
tie, met name tussen de centrale bank,
Rabobank Nederland, en de aangeslo
ten banken, is door de jaren heen die
van een dynamisch evenwicht. Ze
raakt nooit uit de balans, maar enige
schommeling rond het exacte even
wichtspunt is er altijd. Dat geeft ons
een ingebouwde soepelheid. Daarom
de vraag: zal de centrale bank in de ko
mende tijd wat meer het voortouw
moeten nemen
'Kijk, ik kan op deze organisatie maar
één visie hebben: Rabobank Nederland
en de aangesloten banken vormen een
organisch geheel, waarbij de eerstge
noemde wel in een dubbelrol moet ope
reren. Enerzijds als ondersteuner. De
centrale bank zit met 4500 mede-
werk(st)ers op tal van plaatsen. Voor
een groot deel zijn dat ondersteuners, in
Eindhoven en de regio's, maar ook in
Utrecht en Zeist. Anderzijds heeft de
centrale bank typisch leidende taken.
Niet alleen wat de organisatorische ver
enigingskant betreft, maar evenzeer als
beleidsontwikkelaar en niet te vergeten
als bancaire speerpunt. Op dat tweede
terrein liggen wat spanningsvelden, om
dat wij vanuit de totaliteit de beleidslij
nen ontwikkelen, terwijl de banken kij
ken of een en ander strookt met hun in
dividuele positie. Voorbeeld: de intro
ductie van de vereveningsregelingen is
een voortreffelijk iets geweest voor de
totaliteit, maar voor sommige banken
kan dat anders liggen. Zoiets geeft dan
een levendige discussie en dat is waar
devol, omdat het zorgvuldige toetsing
garandeert. Zonder voldoende draag
vlak in de hele organisatie zou je met
zulke dingen in de problemen komen.'
'De verhouding lokaal en centraal laat
zich ook aardig illustreren aan onze
marktpositie in de bedrijvensector. Die
is sterk in het kleine bedrijf (lokale ban
ken) en uitgebreid in het grote bedrijf
(centrale bank). In de tussengroep, het
grotere middenbedrijf, hebben onze
banken de gewenste positie nog niet
helemaal kunnen waarmaken. Maar
daar zijn we dan ook bezig met de meta-
financiering: in het veld werken mensen
van de centrale bank samen met die van
de aangesloten banken om die markt te
bewerken.'
'Ik voorzie echter, dat de kwaliteit en
expertise op lokaal niveau verder zullen
groeien, want de markt vraagt daarom.
Het is ook niet meer zo, dat bepaalde
groepen vanzelf naar de Rabobank ko
men op grond van 'historische bindin
gen'. Onze cliënten kiezen bewust,
oriënteren zich op de markt. Dat brengt
onvermijdelijk hoge kwaliteitsstandaar
den mee voor ons bankpersoneel, zeker
voor de bediening van het grotere mid
denbedrijf. Welnu, als er ergens een
kloof in de marktbediening bestaat,
moet Rabobank Nederland die helpen
dichten. Wat Rabobank Nederland be
treft, zie ik ook taken in de sfeer van de
vermogensvoorziening aan bedrijven. Ik
denk aan beurs- en aan investment
banking activiteiten.'
Even komen we hier te praten over de
landbouw en onze buitenland activi
teiten. Wijffels is tenslotte een boeren
zoon en in zijn huidige functie een
'Tripte-A-directeur.
'Wij stammen uit de landbouw. Dat zal
altijd merkbaar blijven. Maar wij werken
produktie en opbrengsten, maar ook
door opkomende nieuwe technieken.
Door overproduktie en veranderingen in
het beleid krijgt de boer in het algemeen
minder zekerheid. Wij zullen echter onze
naam als belangrijkste financier van de
landbouw onverminderd hoog houden.'
'Onze buitenlandontwikkeling is nog
niet ten einde. Die moet doorgaan. De
Nederlandse economie is, met een afzet
over de grenzen van twee derde van
haar produkten, sterk geïnternationali
seerd en het is eenvoudig logisch dat de
Rabobank ook verder gaat met interna
tionaliseren. Dat doen wij dan als Ne
derlandse bankinstelling, in het verleng
de van de belangen die we in eigen land
te dienen hebben. Over onze waardevol
le en benijdenswaardige AAA-positie op
de internationale waarderingsschaal zeg
ik: houden zo. Handhaven is noodzaak
en dat levert in de komende tijd heel
wat uitdagingen op voor onze rentabili
teit en de vermogensvorming binnen de
organisatie.'
Het is duidelijk, dat de rentabiliteit
Wijffels hoog zit. De kosten moeten in
ons bedrijf in de hand gehouden wor
den, ze moeten op sommige onderde
len omlaag. Een bekend - berucht-
vraagstuk vormen de kosten van het
betalingsverkeer.
'Ik kijk daar aldus tegenaan: als er tekor
ten zijn op het betalingsverkeer, kun je
óf de kosten reduceren óf baten genere
ren om het tekort te dekken. Op ons
rust de plicht het betalingsverkeer zo ef
ficiënt mogelijk af te wikkelen. Daarvoor
moeten we grote inspanningen leveren,
want er dienen zich belangrijke moge
lijkheden aan. Daarnaast valt het al
fervent voorstander van decentrale benadering
nu in beide sferen: de agrarische en die
van het industriële bedrijfsleven. Mijn
belangstelling gaat beide kanten op. Het
is voor ons immers werken voor de hele
gemeenschap. Ik heb er gemak van dat
ik met die twee poten van ons bedrijf er
varing heb opgedaan.'
'De financiering van de landbouw zal
wel wat moeilijker worden. Daar is nog
al wat in beweging, niet alleen rond de
meer op, dat Nederland een rare uitzon
deringspositie in Europa bekleedt. Be
halve hier is er geen land waar de
kosten niet in rekening worden ge
bracht. Op termijn zou het toch mogelijk
zijn dat we ook in ons land in een situa
tie komen, die kostendekking mogelijk
maakt. Dat is m.i. een zaak van lange
adem, die samen zal gaan met de intro-
duktie van nieuwe vormen van dienst
verlening. En ja, de Postbank heeft zo