Strijd om de wereldmarkt Milieu overheid stelt geld beschikbaar om melkquota op te kopen. Nu in 1986 is er nog steeds geen evenwicht bereikt op de Europese zuivelmarkt. De komende twee jaren zal het quotum nogmaals met 3% verlaagd worden. Lan den met kostprijsvoordelen, zoals ons land, worden door deze gang van zaken geremd in hun ontwikke ling. De komende jaren gaat het erom toch weer iets van het specialisatiebeginsel binnen de Europese vee houderij van de grond te brengen. Het te voeren prijs beleid in de melkveehouderij heeft daarbij een spil functie, vooral naar de consument toe. De OPEC ervaring maakt duidelijk dat ook een produktiebeheer- singssysteem kwetsbaar is, als prijzen te ver van de marktverhoudingen komen te staan. De ontwikkeling van substituten voor melkprodukten mag niet worden onderschat. Het Europese graanbeleid vormt het andere heikele punt in het Europees landbouwbeleid. In de tweede helft van de jaren '70 beginnen de voorraden sterk toe te nemen. De Groene Revolutie werpt dan in de gehele wereld vruchten af. Zelfs traditionele tekortgebieden als India worden graanexporteurs. De Sovjetunie vormt geen berekenbare afnemer meer. Aanvankelijk wordt in het Europese landbouwbeleid veel energie besteed om import van graanvervangende produkten, zoals tapioca uit onder meer Thailand, af te remmen. Op dit punt worden afspraken gemaakt. Steeds duide lijker wordt echter dat de structurele groei van de bin nenlandse EG-graanproduktie doorgaat. Engeland als nieuw lid in de Europese Gemeenschap ontwikkelt zich tot zeer efficiënte graanproducent met tarwe- opbrengsten tot 10 ton per ha. In de jaren '80 wordt de strijd om de exportmarkten steeds heviger. De Verenigde Staten zien traditionele afzetmarkten in Noord-Afrika afgesnoept door de EG. De roep in de VS tot strafmaatregelen wordt groter. De VS nemen maatregelen om exportmarkten terug te winnen. In de graansector blijkt produktiebeheersing onontkoombaar. In 1986 wordt de medeverantwoor delijkheidsheffing voor granen ingevoerd. Evenals destijds bij melk ook hier veel discussies over differen tiatie van de heffing. Bedrijven die de granen zelf ge bruiken als veevoeder zijn vrijgesteld. Door de produk- tiviteitsontwikkeling zal in de toekomst niet te ontko men zijn aan een vermindering van het Europese graanareaal. De komende jaren zal dit punt centraal staan in de discussies. Andere rendabele teelten zijn nog niet zo voorhanden. Wellicht biedt bebossing een oplossing. Voor individu ele bedrijven is dit nauwelijks lonend. In ieder geval vergt het zeer lange tijd voordat een bos opbrengsten oplevert. De winning van energie uit granen is in beginsel moge lijk. In de VS wordt daartoe maïs benut. In Brazilië is ethanolproduktie uit suikerriet en maïs als motor brandstof in volle gang. De sterke verlaging van de olieprijzen maakt zo'n oplossing voorlopig illusoir. Toch lijken er de komende jaren op dit punt ook in Europa initiatieven te komen. Vooral Italiaanse en Franse suiker- en tarweverwerkingsbedrijven zijn actief. Daar bij wordt ook Nederlandse technologie, onder andere van Gist-Brocades, toegepast. De technologie speelt een steeds grotere rol in de landbouw. De Rabobank activeert innovaties op het gebied van de biotechnologie. Eureka is de benaming voor de Europese initiatieven op het gebied van de nieuwe technologie. Technologische doorbraken zullen ook moeten zorgen dat milieuproblemen, zoals de aan wending en verwerking van mest, beter beheersbaar worden. Overigens moet me van het hart dat aan het mestpro bleem te lang is voorbij gezien. De overheid en het be drijfsleven moeten nu een buitengewone inspanning leveren om het probleem tot aanvaardbare proporties terug te brengen. Dat daarbij schade zal optreden voor de sector lijkt onvermijdbaar. De milieuzorg dringt overigens niet alleen via de mest op in het landbouwbeleid. De intensieve land- en tuin bouw vergt ingrijpende teeltbeschermingsmaatrege len tegen plagen en ziekten. De overheidszorg om dit in het belang van veiligheid en volksgezondheid in goede banen te leiden, is sterk toegenomen en zal de komende jaren nog verder toenemen. Dit vraagt om steeds betere cultuurmaatregelen, resistente rassen en nieuwe teeltmethoden. Bij deze ontwikkeling kan de bank een belangrijke financieringsrol spelen. Beleid en agrarische ontwikkeling hangen ook hier nauw samen. Tijdens 'zijn' laatste Algemene Vergadering in functie. Lardi nois begroet zijn opvolger als Nederlands landbouwcommis sa ris van de EG, mr. F. H. J. J. Andriessen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1986 | | pagina 38