De tijd verstaan
25 jaar schaalvergroting
Handdruk gewild symbool van erkentelijkheid
kozen kabinets(in-)formateur. Het kies-
drempelvoorstel werd afgewezen, maar
zijn motie werd geaccepteerd. Die is
echter nooit uitgevoerd, om allerlei op
zichzelf politiek interessante redenen.
Kolfschoten doet er niet rouwig over,
maar op deze verkiezingsdag wil hij
toch wel laten merken dat hij nog achter
zijn politieke initiatieven staat.
Ondertussen is de connectie met de Ra
bobank voor Kolfschoten een van zijn
meest langdurige geweest en zeker niet
zijn minst intensieve. 'Ja, dat werk in de
Raad van Beheer heeft me persoonlijk
grote voldoening gegeven. Het bankbe
drijf en onze organisatie, zoals die in de
financiële wereld staan, heeft echt mijn
interesse getrokken. Dat bevrucht ook
je andere werk, want in de boerenorga-
nisaties wordt net als in de politiek vaak
over financiële aspecten gesproken. Je
kan dikwijls vragen daarover beant
woorden, juist omdat je de zaken vanuit
je Rabo functie kende. Omgekeerd kon
je ook in Rabo-kring laten horen, wat er
'in het veld' aan financiële behoeften en
verlangens leefde.'
Kolfschoten vindt, terugziende op zijn
25/27 jaren, dat de Rabobankorganisa-
tie haar karakter heeft behouden en nog
steeds, op eigen specifieke wijze, haar
taak vervult.
'Het allerbelangrijkste is m.i. dat onze
organisatie zijn tijd heeft verstaan. Wij
zijn na de wereldoorlog door verschillen
de evoluties, agrarische en industriële,
heengegaan en hebben de huidige
informatica-evolutie goed aangepakt.
Wij hebben die evoluties ook zien aan
komen en er ons bewust energiek op in
gesteld. We zijn mee geëvolueerd met
de ontwikkelingen in de maatschappij.
Dat mocht van een coöperatieve instel
ling als de onze ook verwacht worden,
maar wat er onzerzijds voor gedaan is,
was beslist geen kleinigheid!
Ik heb altijd gevoeld voor het samen
gaan van de beide centrales van
Raiffeisen- en Boerenleenbanken. Wij
hoorden bij elkaar, loten van dezelfde
stam, die door toeval uit elkaar waren
geraakt. Aanvankelijk oriënteerden we
ons vrijwel uitsluitend op de agrarische
sector, maar vervolgens zijn de bakens
terecht verzet naar een meer algemene,
maatschappelijke bancaire ontwikke
ling. In de laatste decennia beleefden
we de internationalisatie van land- en
tuinbouw, de grote stijging van de ex
port en de EG-ontwikkelingen. Dat
heeft zijn weerklank gevonden in de in
ternationalisatie van onze eigen activi
teiten. Ik ben daar gelukkig mee. Het
maakt, dat we voor onze allergrootste
relatiekring (90% van het agrarische be
drijfsleven) zeer actueel dienstverlenend
kunnen bezig blijven. Onze grote fusie
heeft ook daarvoor de noodzakelijke
voorwaarden geschapen. Met ons hui
dig beleid zijn we beslist op de goede
weg.
Tussen Rabobank Nederland en de loka
le banken ligt natuurlijk wel een zekere
afstand. Dat past ook bij onze autono
me banken. Maar die afstand is in de
loop der jaren eerder kleiner dan groter
geworden. Met name door de regionali
satie en decentralisatie is het contact
tussen centrale bank en aangesloten
bank veel intensiever en persoonlijker
geworden. Het centrale in onze organi
satie heeft zich als het ware verdund en
naar het lokale uitgespreid. Ik geloof er
ook niets van dat er met de stijging van
het balanstotaal meer afstand tot de
boeren en tuinders is gekomen. Onze
coöperatieve vorm, met zijn zeggen
schap van de leden, is een waarborg ge
bleken voor het behoud van contacten
met de agrarische sfeer. Zo hoort het
ook!'
Kolfschoten herinnert het zich nog:
'Toen in 1961 in de Eindhovense organi
satie het balanstotaal de 2 miljard gul
den bleek te hebben bereikt, liet direc
teur Van Campen een glas champagne
schenken! Nu staan we als Rabobankor-
ganisatie op een geconsolideerde ba
lans van ruim f 131 miljard. Inderdaad,
een enorme schaalvergroting. Dat is er
toch ook wel een bewijs voor, dat onze
wijze van beleid voeren, die om zo te
zeggen in overleg tussen Raad van Be
heer en Hoofddirectie gestalte krijgt,
nog niet zo gek is. Natuurlijk, in een gro
te onderneming als de Rabobankorgani-
satie moeten er telkens bij beslissingen
bepaalde risico's ingecalculeerd wor
den. Dat geldt ook voor besluiten van
de top, de HD en RvB. Denk maar aan
het al dan niet vestigen van buitenland
se kantoren of aan overnemingen.
Dat is inherent aan het runnen van een
adequaat, modern, slagvaardig bedrijf.
Je komt dat in ieder bestuur, ook bij een
gemeente, tegen.
Zo'n lidmaatschap van de Raad van Be
heer is tijdrovender dan je zou denken.
Je moet veel lezen, je groeit er ook in. Je
leert lezen. In de Tweede Kamer was het
aantal stukken nog veel en veel groter.
Onmogelijk allemaal bij te benen. De
prullebak was dan je grootste vriend.
Als lid van de Raad van Beheer moet je
al de stukken kennen om je verantwoor
delijkheid te kunnen waarmaken. Daar-
Kolfschoten reageerde
niet minder gevat. 'Veel
te veel lof en veel te veel
eer, het lijkt wel een In
Memoriam, maar houdt
er rekening mee: ik leef
nog!,' zo citeerde hij toe
passelijk Prins Bernhard!
In zijn woord van dank
aan de Algemene Verga
dering voor vijfentwintig
jaar vertrouwen, greep
Kolfschoten nog even te
rug op de openingsrede
van Van Verschuer. 'Ik
ben zowel lid als cliënt
van mijn Rabobank. Ik
kan u zeggen dat deze
beide hoedanigheden, die
ik al zo lang in mij vere
nig, niet verder naar el
kaar toe kunnen groeien.'
Hij hoopte deze uitste
kende conditie nog vele
jaren te kunnen waar ma
ken voor zijn plaatselijke
bank. De bank 'die van nu
af zal functioneren als ob
servatiepost voor het Ra
bobankgebeuren, waar ik
me volop bij betrokken
zal blijven voelen', besloot
Kolfschoten.
naast heb ik altijd veel contact onder
houden met de aangesloten banken. Je
kunt de telefoon pakken en deze of ge
ne bellen om een goede indruk van de
achtergrond van een vraagstuk te krij
gen. Ook met functionarissen van
Rabobank Nederland is dat een goed
contactmiddel.'
Wij denken, dat Kolfschoten dat tijdro
vende werk nu toch wel even zal mis
sen. Maar hij kan er tegelijkertijd bij den
ken, dat hij op zijn plaats in de Raad van
Beheer eraan meegewerkt heeft onze
organisatie, een kwart eeuw lang en
door woelige tijden heen, gezond en wel
in verdere ontplooiing te hebben
gesteund. En dat tot eigen en tot onze
voldoening! JRH
'Als dorpsburgemeester begonnen, sterk betrokken
bij wel en wee van tuinbouw en landbouw, kortom
'een klein Raiffeisentje',' aldus trok voorzitter Van
Verschuer, in zijn woord van afscheid tot Kolfschoten
op de Algemene Vergadering, een sprekende parallel.
Rustig weloverwogen - bescheiden en erg trouw
en betrouwbaar, zijn eigenschappen die zeker niet
minder in die parallel thuishoren. De woorden van
waardering die Van Verschuer sprak over vijfentwin
tig jaar betrokkenheid bij het wel en wee van de orga
nisatie werden, op uitdrukkelijk verzoek van Kolf
schoten, niet gevolgd door uiterlijke tekenen van
dank. 'Waarschijnlijk omdat je borst al overladen vol
is,' grapte Van Verschuer, die daarom volstond met
een - zeer stevige - handdruk, die de erkentelijk
heid van de Rabobankorganisatie mocht symbo
liseren.