Doordenken tussen
spannings velden
Stuurder en stuwer
40% aan Rabobank Nederland toegere
kend. Een soepelheid, die steunt op ar
gumenten.'
Moeilijke zaken, maar ze leven voor Van
Maldegem. Het doet hem ook deugd,
dat de aangesloten banken nu via de
centrale bank middelen uit de geld- en
kapitaalmarkt toegeschoven kunnen
krijgen, als ze in liquiditeitsproblemen
komen door een ongunstige lang/kort
verhouding van hun middelen. 'Daar
heb ik vroeger al op aangedrongen,
maar je kon het toen niet klaar krijgen.'
Sinds de commissie-Van Maldegem, die
wij in ons gesprek overigens getrouwe
lijk de Sub-commissie Financiële Ver
houdingen noemen, is de centrale bank
bedrijfsmatig zelfstandiger gaan optre
den, met name ook in het buitenlands
bedrijf. Van Maldegem lijkt er net de
man voor om daarover iets te zeggen.
Ook over de mentaliteit, die de Rabo-
mensen in het buitenland moeten uit
dragen.
'Die buitenlandse activiteit is heel no
dig. Het zal wel een toer zijn om nieuwe
mensen, die in dit vak vaak met een an
dere achtergrond binnenkomen, ons
Rabo-patroon mee te geven. Maar we
hebben Steensma van ons kantoor New
York hier in de NOP gehad met Amerika
nen uit de Middle West. En Steensma
bleek geheel op de lijn van ons denken
te zitten. Zolang de centrale bank zulke
mensen op die posten zet, is er geen ge
vaar voor uit elkaar groeien! Ik ben ook
erg gelukkig met de tekst voor het jaar
verslag die pas in de centrale kringver
gadering is behandeld: het buitenland
ten dienste van het binnenland. Wij van
de plaatselijke banken staan voor de
taak deze zaken aan onze leden te ver
tellen. Wat doen wij in de USA, waar
boeren kapot gaan? Zulke en andere
vragen krijg je, op je ledenvergadering
en op onze z.g. rayonvergaderingen, die
we naast onze Algemene Vergadering
plegen te houden. Het valt ook niet al
tijd mee op die vragen een goed ant
woord te geven.'
Dat laatste was weer echt Van Malde
gem. Hij weet immers, dat de dingen
vaak niet gemakkelijk liggen. Hij spreekt
veel mensen, die de basis van onze or
ganisatie vormen, boeren en andere on
dernemers. Ook de vergaderingen van
de Jongeren Raad van zijn bank maakt
hij altijd mee. 'Dan merk je, wat er aan
vragen leeft en hoe moeilijk het is ze be
vredigend te beantwoorden.
Neem onze discussie over coöperatief
bankieren. We zitten duidelijk boven on
ze eigen solvabiliteitsnorm, bevinden
ons wat dat betreft in een betere positie
dan praktisch alle andere banken en de
buitenlandse zustercoöperaties.' Van
Maldegem heeft er geen behoefte aan
om onze eigen norm de z.g. S grens)
naar boven aan te passen. Hij oordeelt
heel positief over wat er in het kader
van ons coöperatief bankieren wordt
aangepakt, met name ook zoals dat in
de jongste nota is neergelegd. Maar een
doordenker als Van Maldegem zit nog
ergens mee.
'Het blijft heel moeilijk om naar het lid
toe een goede argumentatie voor het
verplichte lidmaatschap te geven zon
der directe concrete materiële voorde
len aan te voeren. Hoe verkoop je dat,
als een ondernemer een krediet kan krij
gen en daarvoor lid moet worden, maar
geen belang bij het lidmaatschap meent
te hebben? Als we de materiële kant
van het lidmaatschap niet in de gaten
houden, zou je op den duur coöperatie
ve leden kunnen verliezen. Voor de coö
peratie zie ik op lange termijn twee pro
blemen. Het eerste is het handhaven
van het verschil leden en niet-
leden/cliënten. Als coöperatie kun je
niet zonder dat onderscheid. Het andere
is, dat ons denken altijd in debiteuren
richting lijkt te gaan. We hebben echter
ook credit-cliënten. Die moet je ook als
lid trekken. Het zijn problemen die me
enige zorg geven.'
Van Maldegem weet alles van het span
ningsveld dat er voor een coöperatieve
bank ligt tussen ondernemingsbeleid en
belangenbehartiging. In een speech
voor de kringvergadering bracht hij dat
onlangs in verband met gevallen van be
drijfsbeëindiging en de meestal daarbij
optredende verliezen. We citeren één
zin: 'Het gaat niet alleen om bedrijven,
maar nog veel meer om mensen'. 'Soms
moet je als bank onvermijdelijk tot be
drijfsbeëindiging besluiten, maar', zo
zegt Van Maldegem ons, 'als je beleid
erop gericht is het bankverlies te mini
maliseren ten koste van de mensen, dan
is het mis. Als een bedrijf het moeilijk
heeft, bespreek je dat met de man.
Maar je kunt niet in de publiciteit naar
buiten brengen, dat je hem er uit gehol
pen hebt. En dat is in onze praktijk zeker
niet zeldzaam. Ik heb er voorbeelden
van.'
Dat coöperatieve spanningsveld werkt
ook door bij de tarifering. 'Een bankier',
aldus Van Maldegem, 'richt zich van na
ture op de markttarieven. Op zichzelf
niets op tegen, maar het is erg, wanneer
je als bestuurder van je bank niet meer
zou kunnen zeggen, dat je het beste
produkt tegen het gunstigste tarief le
vert. Daarmee zou ik als bestuurder
moeilijk uit de voeten kunnen. Het beste
produkt tegen de gunstigste prijs is wat
je onverminderd blijft nastreven. Dat
hoort bij het coöperatief bankieren.'
Aan een paar 'provocerende' ideeën van
Van Maldegem zijn we helaas niet toe
gekomen. Hij heeft er nog wel enkele,
ongetwijfeld. Maar hij was er kennelijk
niet op uit die nu te spuien.
'Hou het maar rustig', zegt Van Malde
gem. Dat kon ook, want er bleef genoeg
over om toch even te laten zien wat
voor plaats Van Maldegem in onze lan
delijke organisatie inneemt. Eenzelfde
soort verhaal zou, in een andere toon
aard, over Van Maldegem als NOP-
Raboman geschreven kunnen worden.
Wij zien hem als een van die mensen,
die samen met vele anderen onze orga
nisatie door de jaren heen hebben
gestuurd en voortgestuwd en er voor
hun tijdgenoten en de toekomst toch
ook een persoonlijk stempel aan hebben
meegegeven. Kolonist, landbouwer van
beroep, heeft Van Maldegem in zijn
Rabo-werk een soort 'second-life' ge
vonden. Met de 1000 uur gemiddeld,
die hij per jaar aan zijn Rabo-functies
kwijt was, is dat niet eens overdreven
gezegd. Landbouwer is hij gebleven, dat
weet iedereen die hem over de agrari
sche problemen hoort spreken. Maar hij
hoefde nooit naast zijn schoenen te
gaan staan om in zijn functies te pas
sen! 'Om er mee op te houden hoef ik
geen cursus', grinnikt hij, 'zelfs niet met
geld toe.' Och, voor de deur van de bij
keuken, die naar de tuin leidt, hebben
we al een paar gele klompen zien staan.
Van Maldegem zal heus wel stevige
grond onder zijn voeten houden.
Dat past bij zijn in wezen nuchtere kijk,
ook op de Rabobanken. Twee jaar gele
den zei hij het zo: 'Wij proberen aan het
begrip coöperatie een eigentijds gezicht
te geven. Wars van politieke groeperin
gen, systemen of ideologieën; wel met
idealen, die in grote mate strikt econo
misch marktgericht zijn, waarbij toch de
mens centraal staat.' Dat is het span
ningsveld, waarop de Raboman als Van
Maldegem al jaren mee vertrouwd is:
ondernemingsbeleid en belangenbehar
tiging. JRH