Braakliggen van grond als laatste alternatief andbouwcommentaar Moderne versie 28 De technische vooruitgang in de landbouw en de doelstellingen van het Europese landbouwbeleid ko men steeds meer op gespannen voet. Het mecha nisme van steeds produktievere plantenrassen, bete re groeiomstandigheden en minder uitval en verliezen werkt wereldwijd door. En de nieuwe biotechnologi- sche doorbraken kondigen de volgende groene golf al aan. Hoewei in landen als Brazilië het landbouwareaal nog steeds wordt uitgebreid, is voorspelbaar dat de huidige voedselproduktie technisch gezien met veel minder grond toe kan dan nu het geval is. In de discussie over het EEG-landbouwbeleid, die zich toespitst op het graanbeleid, wordt het uit de landbouwproduktie nemen van grond niet meer als onzinnig afgedaan. In West-Duitsland staan stilleg gingsprogramma's in het rijtje van beleidsmogelijkhe- den voor de Europese landbouwproblemen. De voor zitter van het Landbouwschap, de heer drs. J. Schou ten, vindt dat er studie nodig is voordat braakliggen van gronden als werkelijk alternatief bespreekbaar is. Europees landbouwcommissaris Andriessen pleit voor vermindering van het Europese landbouwareaal door bevordering van de bosbouw. De term braakliggen van grond roept bij velen beelden op van een primitieve landbouw. Uit de geschiedenis boekjes kennen we het zogenaamde drieslagstelsel: na twee cultuurjaren wordt de grond een jaar braakge- legd. Toen bedoeld om de grond rust te gunnen, de vorming van voedselmineralen te bevorderen en om gewasziekten tegen te gaan. Met de moderne versie Ir. J. H. Egberink van braakleggen worden deze doeleinden niet na gestreefd. Voor bemesting en ziektebestrijding zijn technische oplossingen voorhanden. Braakleggen in de moderne versie is bedoeld als alternatief voor ande re ingrijpende wijzingen van het landbouwbeleid, zoals een zeer forse prijsverlaging voor granen of een inge wikkelde administratieve contingentering, zoals bij de melkveehouderij (de superheffing) is ingevoerd. Braakleggen van grond wordt vooral emotioneel ver oordeeld. Het rentmeesterschap ten aanzien van de grond is in het geding. Zakelijk gezien onderscheidt zo'n maatregel zich niet fundamenteel van het stilleg gen van een hoogoven, een assemblagelijn in de auto mobielindustrie of een oliebron. Dat soort maatregelen is maatschappelijk geaccepteerd als onderdeel van het instrumentarium om een sector gezond te houden of een kartel, denk aan de OPEC, te laten functioneren. Een paar kanttekeningen zijn op z'n plaats bij dit idee. Grond is voor afzonderlijke bedrijven nog een begeerd produktiemiddel. Bestaansmogelijkheden van bedrij ven van gezinnen hangen nauw samen met grond. Agrarische bedrijven van een te kleine omvang zullen braakliggende gronden in de directe omgeving niet in de eerste plaats zien als onderdeel van een strategie om de sectorale totaliteit te redden. Dat geldt in het bijzonder voor bedrijven die heel goed wat extra grond kunnen gebruiken om het hoofd boven water te hou den. Wanneer de agro-technologische ontwikkeling verder gaat, zal er steeds meer grond uit de produktie genomen moeten worden. In de Verenigde Staten is het 'set aside-programma daarop stukgelopen. De kosten werden te hoog. De produktie op de overblij

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1986 | | pagina 28