Europese Commissie gaat iandbouwvoorraden ruimen Graan als inkomensregelaar Veto voorkomen De Europese Commissie heeft begin februari de nieu we prijsvoorstellen bekendgemaakt. Vooral het graanbeleid houdt de gemoederen bezig. De Europe se producenten krijgen een fors verlaagde prijs. Daar naast is een plan ontwikkeld om in drie jaar de over tollige voorraden boter en vlees af te bouwen. Dit vergt een grote financiële inspanning. In de Europese Gemeenschap zijn dit voorjaar voor de land- en tuinbouw weer belangrijke beleidsvragen aan de orde. De komende maanden vindt in de Europese Ministerraad weer de jaarlijkse krachtmeting plaats over de landbouwprijzen. De Europese Commissie heeft in juni van het afgelopen jaar in het zogenaamde Groenboek van Andriessen een aantal discussievra gen geformuleerd over het te voeren landbouwbeleid. Het ging daarbij met name om de vraag of het ver stoorde marktevenwicht door prijsaanpassingen of door produktiebeperking hersteld zou moeten worden. In de afgelopen maanden hebben de Europese en nati onale landbouworganisaties hierop gereageerd. De overheersende mening van de landbouworganisaties is dat er begrip is voor de problemen en dat er bereid heid is om mee te werken aan oplossingen die niet pijnloos zijn. Wat de oplossingen betreft wordt de keu ze die Landbouwcommissaris Andriessen aangeeft in het Groenboek, toch te zeer als een zwart/wit- benadering gezien. Forse prijsverlagingen brengen niet alleen de inkomens van grote groepen agrariërs onder grote druk. Het gevaar is groot dat nationaal compen serende maatregelen worden getroffen, waardoor de eenheid van de Europese landbouw en voedselmarkt verbroken kan worden. De landbouworganisaties vere nigd in het COPA zijn het er over eens dat dit voor Eu ropa een doodlopende weg is. De andere mogelijkheid, die van produktiebeperking door meer quotasyste men, werd door de Europese Commissie al ver weg geworpen. De boerenorganisaties omarmen quota systemen evenmin. Het bureaucratisch apparaat dat nodig is om dergelijke systemen in te voeren en te be heren, trekt weinigen aan. De problemen bij de invoe ring van de superheffing maken dit duidelijk. De Euro pese landbouworganisaties zien meer in een vorm van medefinanciering door de producenten van de kosten van het landbouwbeleid. Maar ook dat zal in de boe- renportemonnaie voelbaar zijn. Bij de verkenning van het speelveld voor het toe komstige landbouwbeleid spitst de discussie zich toe op het graanbeleid Bij melk is de kogel al door de kerk. Daar is de weg gekozen van de produktiebeheersing door contingentering. Meer nog dan melk is graan het fundament van het Europese landbouwbeleid. Niet al leen omdat het in de toonaangevende Europese lan den, Nederland buiten beschouwing latend, de be langrijkste agrarische inkomensbron is. Graan is een steunpunt in het bouwplan. Als die teelt onvoldoende inkomen oplevert, gaan de landbouwers uitwijken naar andere produkten, die dan in de neergang worden meegezogen. De Nederlandse akkerbouwers die in verhouding al meer zijn gespecialiseerd in andere teel ten dan granen, zoals aardappelen en vollegronds- groenten, zijn beducht voor rigoureuze teeltverschui vingen. Lage graanprijzen kunnen ook in de hand wer ken dat meer akkerbouwers het graan direct aan het vee voeren. In Frankrijk en West-Duitsland is het heel gebruikelijk op deze wijze varkens- en pluimveehoude rij te bedrijven. Voor Nederland heeft de graanprijs zeer directe betekenis voor de inkomens van de producen ten van fabrieksaardappelen. Het zetmeelbeleid is ge koppeld aan het graanbeleid. Het graanbeleid is een in komensregelaar, niet alleen voor de akkerbouwers, maar voor de gehele boerenbevolking. Ingrijpende aanpassingen van het graanbeleid, zoals omstreeks 1830 in Engeland, hebben tot grote spanningen en Ir. J. H. Egberink ontwrichting op het platteland geleid. Zelfs in de Vere nigde Staten is de laatste maanden duidelijk geworden dat geen enkele regering zomaar de bodem onder het graanbeleid kan wegtrekken. De Europese Commissie is zich er goed van bewust dat een graanprijsbeleid dat afkoerst op het peil van de wereldmarkt een aanslag op de Europese Gemeen schap is. Commissaris Andriessen kiest een minder di recte weg om tot sanering te komen. De landbouwor ganisaties hebben ermee ingestemd dat een deel van de kosten van het beleid voor overschotprodukten ge financierd zou dienen te worden door de producenten. Er ligt nu een voorstel op tafel om de prijzen te bevrie zen en de graanproducenten 3 procent heffing te laten betalen. Die opbrengst wordt gebruikt om de afzet van overschotten te betalen. Daarnaast worden er hogere eisen gesteld aan de produkten waarvoor de Europese Gemeenschap een basisgarantie biedt. Graan moet straks in meer gedroogde vorm worden aangeleverd bij de opslagsilo's. Tot nu toe werd er een vochtgehalte toegestaan van maximaal 16%. Het voorstel is om dit op 14% te brengen. Dat leidt tot extra droogkosten, waarvan de praktijk zich afvraagt of die wel zinvol zijn. Bij het verwerkingsproces van graan, tot bijvoorbeeld veevoeder, moet veelal later weer water worden toe gevoegd. Medefinanciering en zwaardere kwaliteits eisen hebben als resultaat een beduidende verlaging van de inkomsten voor de akkerbouwers. Het vorig jaar stuitten de voorstellen tot graanprijsda lingen op een veto van Westduitse zijde. Enkele jaren geleden werden onvoldoende prijsaanpassingen voor de Westduitse boeren financieel gecompenseerd. De ze nationale maatregelen werden door de Europese

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1986 | | pagina 32