1 Nu de nieuwe situatie. Doel van de hele herstructurering is wildgroei tegen te gaan, meer stroomlij ning te brengen in het instrumentarium en een grotere vrijheid in de markt te realiseren. Van die voornemens is niet veel terecht gekomen, aldus de secreta ris van het NCOV. 'In dat Plan van Aanpak is bepaald dat de aanbodsubsidie (de adviserende instantie ontvangt subsidie voor de exploitatie van haar adviesapparaat) vervangen wordt door de vraagsubsidie (in dit geval moet de ondernemer subsidie aanvragen voor het laten uitbrengen van een advies). Maar daarbij geldt een uitzondering voor de in stanties die adviseren bij aangelegenhe den, waarin de overheid financieel betrok ken is. Dat is bijvoorbeeld bij een staatsga rantie-krediet of een krediet in het kader van de Rijksgroepsregeling Zelfstandigen het geval. Door deze uitzondering is een tussenvorm ontstaan, die niet het optimum is voor het midden- en kleinbedrijf. Ik maak me daar serieus zorgen over. Of het wordt een volstrekt vraag-circuit, waarbij je alles overlaat aan de markt, of je doet het niet. Maarde staatssecretaris is er gelukkig mee en de toekomst zal leren wat ervan gaat ko men. Ik ben over de structuur - beleidsma tig - niet enthousiast, wél over de plaats, die wij als NCOV in die structuur gaan inne men. Daar geloof ik heilig in en daar heb ik ook geen enkel probleem mee. In de nieuwe situatie zijn er twee systemen in de eerste-lijnsadvisering. Er is een eerste systeem waarbij een onder nemer die een probleem heeft, z'n huis uit moet, naar een kantoor van het Regionaal Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf. In Nederland zullen er 22 van die RIMK- vestigingen komen (op 346 000 onderne mingen!). Het RIMK is het huidige RDK (Regionaal Dienstverleningscentrum Kleinbedrijf) met wat 'extra's' er omheen. Het is een zoge naamd geprivatiseerd gebeuren waarvan de overheid per saldo de dienst uitmaakt. Wie betaalt, bëpaalt. Dus die ondernemer moet naar het RIMK, legt daar z'n probleem voor. Op dat mo ment beslist de adviseur van het RIMK in samenspraak met de ondernemer op wel ke wijze hij verder geholpen moet worden. Vaak zal naar het NCOV of naar het KNOV verwezen worden. Vervolgens wordt er een subsidieformulier ingevuld, wordt er een offerte uitgebracht en pas dan gaat het adviesproces van start. Dus een schakel meer dan de huidige situatie. Want als vanmiddag iemand bij de NCOV belt dat er brand is (letterlijk gebeurde dat bij de brand in het winkelcentrum Uithoorn), dan zit er vanavond om tien uur een adviseur. We hebben na heel lang onderhandelen met de staatssecretaris overeenstemming bereikt dat het KNOV en NCOV voor maxi maal 5000 eerste oriëntaties, onderne mers kunnen bezoeken. Dat is het tweede systeem in de eerstelijnsadvisering. Het is dus al een hele verbetering, want dan kun je naar de ondernemer toe. Het is onmoge lijk om een commercieel advies te geven, om überhaupt maar een commerciële oriëntatie te doen vanachter je bureau. Je moet zien hoe het werkt, hoe het eruit ziet, zeker in de detailhandel. We hebben heel sterk gepleit voor de gelijkwaardige positie van de RIMK en het KNOV en NCOV. Dat is gelukt. Maar wij gaan het anders aanpak ken. Ondernemers die een probleem heb ben, moeten zich telefonisch melden, rechtstreeks, via hun brancheorganisatie, via hun bankrelatie, via de accountant. Wij zullen dan met deze man of vrouw een uit voerig telefoongesprek voeren. Dat wordt de systematiek. Dat gebeurt door gekwali ficeerde adviseurs. Aan de hand daarvan wordt een afspraak gemaakt voor een oriëntatiegesprek. Na het oriëntatiebezoek wordt door de adviseur en de onder nemer gekeken of er verder moet worden geadviseerd. De oriëntatie is dus geen ad vies. Ik denk dat de oriëntatiegeprekken van essentieel belang zijn omdat ze in het bedrijf plaatsvinden van de desbetreffende ondernemer dan wel in een ambiance die hij zelf kiest, zodat in alle rust en kalmte ge sprekken kunnen worden gevoerd. Na het einde van die oriëntatiefase bestaat de mo gelijkheid om in het circuit te komen voor een meer uitgebreid advies. Daarvoor dient dan door de ondernemer subsidie aange vraagd te worden bij het RIMK, zij het dat wij - als ondernemersorganisaties - de ex clusieve mogelijkheid hebben om die sub sidieaanvraag te verzorgen.' Naast alle ongemakken heeft de her structurering bewerkstelligd dat de ad viessector haar eigen produkt aan een kritische beschouwing heeft onderwor pen. 'Als NCOV gaan we natuurlijk door met on ze adviespraktijk, ook al wordt de aanbod subsidie voor onze adviseurs ingetrokken. We hebben daarvoor een aantal complete adviespakketten ontwikkeld. Toegesneden op bepaalde situaties, zoals die zich bij on dernemers regelmatig voordoen. Het zijn praktische pakketten waarin alle relevante aspecten worden meegenomen: bedrijfse conomische, juridische, fiscale, planologi sche, sociale, enzovoort. Met die pakketten kunnen wij ons naar de ondernemers toe duidelijk profileren op het gebied van de advisering. De nieuwe werkwijze is sterk interdisciplinair: ging vroeger een adviseur één enkel probleem oplossen, nu proberen wij met de ondernemer gelijk alle conse quenties en de effecten na te gaan. Inte graal. Een sterk kwaliteitsverhogend ele ment. In die zin heeft Van Zeil gelijk met zijn Plan van Aanpak, dat wij ook eens naar onze eigen organisatie moesten kijken. Dat is het positieve, naast de kanttekeningen die ik maakte bij de structuur. We hebben nu een aantal complete ad viespakketten voor de ondernemers ge reed; als ze bij ons aankloppen kunnen wij hen met dat brede scala van zaken advise ren. Zojuist hebben wij een nieuw, revolu tionair marketingadvies ontwikkeld. Dat produkt wordt in januari gelanceerd. Een integraal advies op het gebied van de mar keting in detailhandel en ambachtsbedrij- ven. Helemaal toegespitst op de desbetref fende branches. Dus niet alleen het analy seren van een probleem, maar ook aange vuld met een oplossend en aandragend adviestraject. Marketing is veelomvattend: naast het cijfermatig gebeuren is ook de vi sie van de ondernemer van belang, zijn complete adviespakketten, waarin alle relevante aspecten zijn meegenomen

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1985 | | pagina 9