Ramingen Franse economie
Regionale ontwikkeling
Enige sociale aspecten
de verdere Europese samenwerking. Niet
alleen werd de economische koers duide
lijker afgestemd op die van de overige part
ners, maar ook nam men wezenlijke initia
tieven om de technologische samenwer
king binnen Europa te stimuleren. Of
schoon de kans groot is dat na de verkie
zingen van maart 1 986 weer een centrum
rechtse regering zal aantreden, mag wor
den voorzien dat de kern van het huidige
beleid zal worden gehandhaafd. Men zal
weliswaar worden opgezadeld met een
werkloosheid van ruim 9% van de be
roepsbevolking, doch de inflatie zal zijn te
ruggebracht tot 4% en de buitenlandse
handel zal weer in evenwicht zijn. Boven
dien is het kader gevormd voor een effec
tieve regionalisatie, een slagvaardiger ex
port-apparaat en de totstandkoming van
een gemoderniseerde industrie. Dit alles in
een klimaat, waarin na jaren van matige
groei en inkomensbeperking, opnieuw
zicht is ontstaan op economische expan
sie.
veranderingen in t.o.v. voorgaande
periode, in volume)
bruto binnenlands produktl ,3 2,0
industriële produktie 1,0 2,0
particuliere consumptie 0,5 1,0
invoer 3,25 4,25
uitvoer 5,0 5,0
consumptieprijzen
(december) 4,75 3,50
(Eigen ramingen)
Trekt men een lijn van Le Havre naar
Marseilledan ligt ten oosten hiervan het in
dustriële en ten westen het agrarische
Frankrijk. De zware industrieën met name
in het noorden en noordoosten, de petro
chemische industrie aan de boven- en on
derkant van de lijn en bij Parijs en Lyon de
meer verwerkende bedrijfstakken. In de ja
ren zestig trad er enige regionale diversifi
catie op. Departementen in het midden van
het land trokken grootschalige industrieën
aan. Daarnaast groeiden de industriële
activiteiten rond steden als Bordeaux en
Toulouse. Met de opkomst van de hoog
technologische industrieën (o.m. ruimte
vaart, telecommunicatie, micro-elektroni-
ca) grepen regio's in het zuiden en de Elzas
de kans tot verdere ontwikkeling. Niette
min is Parijs en omgeving veruit de voor
naamste industriële basis gebleven. Een
kwart van het binnenlands produkt komt
daar tot stand. Laten we hierbij niet verge
ten dat groot-Parijs, qua structuur en op
pervlakte, te vergelijken is met onze Rand
stad. Ook het dienstenverkeer, dat inmid
dels 60% van het binnenlands produkt
vormt, vindt in Parijs en omgeving zijn
voornaamste basis.
Pont Alexandre III, niet ver van de Pabovestiging
Het agrarische Frankrijk draagt, inclusief
de verwerkende agrarische industrie, voor
ruim 9% bij aan het binnenlands produkt.
Aan de basis hiervan ligt zich 32 miljoen
ha. cultuurbodem. Van de landbouwpro-
duktie komt ruwweg 45% voort uit de
plantaardige en 55% uit de dierlijke sec
tor. Men is zelfvoorzienend in tarwe, sui
kerbieten, melk en zuivel. Voor groenten,
fruit, varkensvlees en de bloemen op tafel
is men soms in belangrijke mate afhanke
lijk van het buitenland. Wijn vormt het vijf
de belangrijkste produkt in de landbouw-
produktie. Granen worden voornamelijk
verbouwd in de regio's lle de France, Picar-
dië en Champagne. De noordelijke streken
Nord-PasdeCalaisen Picardië vormen met
Bretagne de belangrijkste groenteschuur,
terwijl fruitkwekerijen vooral in het zuiden
voorkomen. In de noordelijke regio's is te
vens de intensieve veehouderij een belang
rijke activiteit. De melkveehouderijen vindt
men hoofdzakelijk in Bretagne, Pays de
Loire en Normandië. Het Europese ge
meenschappelijke landbouwbeleid bracht
in de loop der jaren een ingrijpende wijzi
ging in de structuur van de Franse land
bouw en droeg sterk bij aan de modernise
ring, die nog in volle gang is.
Voor wat de regionale verschillen in wel
vaart betreft, is het duidelijk dat het gemid
delde inkomen ten oosten van de denk
beeldige as het grootst is. De armste stre
ken in het midden, zuidwesten en midden
zuiden komen op een gemiddeld inkomen
per hoofd dat ongeveer 50% van dat van
groot-Parijs bedraagt. In de overige indus
trie-regio's en de meer welvarende agrari
sche gebieden zoals Haute-Normandië en
Champagne-Ardennes varieert deze maat
staf van 60% tot 70%. Onder invloed
van de sinds 1 978 verminderde industriële
activiteiten en van de toenemende regio
nalisatie zijn de welvaartsverschillen tus
sen de agrarische en industriële regio's
evenwel verkleind.
Er is in Frankrijk sprake van een stagnatie in
de demografische ontwikkeling. Hierbij
doemt het beeld op van een vergrijzende
bevolking. Deze wordt grotendeels toege
schreven aan een grondige verandering in
de structuur van de huishoudens tijdens de
afgelopen vijftien jaar. Grote gezinnen ver
minderen sterk in aantal en de vrouw werkt
steeds meer buitenshuis. Was in 1 962 het
aandeel van de vrouw in de actieve be
roepsbevolking 35%, in 1982 bedroeg
dit reeds 41 De toenemende vergrij
zing, waarin Frankrijk weinig afwijkt van de
situatie in de overige rijkere EG-landen, zal
te zamen met de last van de hoge werk
loosheid een belangrijke druk op de finan
cierbaarheid van het sociale stelsel uitoe
fenen. Dit is in de loop der jaren uitge
groeid tot een uitgebreid net van voorzie
ningen, waaraan de socialisten in hun re
geringsjaren sterk hebben bijgedragen Zo
kwam het maandelijks minimum pen
sioeninkomen in 1984 uit op f 820 per
maand en vanaf 1983 werd de pensioen
gerechtigde leeftijd op 60 jaar gesteld. De
werkloosheidsvoorzieningen werden
eveneens aanmerkelijk verbeterd, maar
blijven alsnog achter bij die in ons stelsel.
De inhoudingen waarmee de gemiddelde
Franse werknemer bij uitbetaling van het
loon wordt geconfronteerd, liggen bedui
dend lager dan in de omliggende landen.
Daartegenover staat dat de lasten van de
werkgever in vergelijking hoger zijn. Vanaf
1982 gingen de Franse inkomens voor het
eerst sinds vele jaren in koopkracht achter
uit. De automatische prijscompensatie
verdween praktisch van het toneel en de
belasting- en premiedruk ging omhoog.
Dit leidde tot een daling van de consump
tie.
Het bestedingspatroon van de gemiddelde
Fransman is sinds 1 970 danig veranderd.
In 1 983 kwam uit budgetonderzoek vastte
staan, dat het aandeel aan voeding en
drank met een vijfde was teruggelopen en
dat met betrekking tot de aanschaf van
consumptie-artikelen meer terughou
dendheid optrad. De bestedingen aan
energie en diensten, waaronder vakanties
en gezondheidszorg namen toe. Al met al
is de welvaart in Frankrijk fors toegeno
men. Neemt men het gecombineerd bezit
ten van een auto, koelkast, wasmachine en
televisie als maatstaf, dan blijkt dat begin
Vervolg op pagina 26