Frankrijk,
veel meer dan
vakantieland
Zodra de lente op zijn eind loopt gaan zeer velen in zuidelijke
richting, op weg naar de zon en de ontspanning. De meesten
zetten via de A1 koers naar Frankrijk. De vakantie begint pas
echt wanneer vanonder de képi de standaardvraag klinkt: 'rien
a déclarer?'. Al gauw volgt de bevestiging dat men zich werke
lijk in een ander land, te midden van een andere maatschappij
en cultuur bevindt. Het uitzicht wordt wijdser en af en toe ver
raadt een puntje kerktoren vanachter een gele heuvel, de aan
wezigheid van een dorp of gehucht. Taal en bewegingen zijn le
vendiger en als ten slotte de eerste fiets met stokbrood achter
op is gesignaleerd, is er in feite weinig verbeelding nodig om
de eerste zonnestralen in een glas dieprode wijn te zien. Zo on
geveer begint het beeld dat wij veelal van Frankrijk hebben.
Parijs in het centrum
De economie anno 1985
Vergelijking BBP, particuliere consumptie en investeringen
oor Franrijk zijn zon en 'joie de
vivre' de geijkte karakteristie-
ken. Maar, o wee, als wij het
gaan hebben over 'Marianne'
en haar ingezetenen als politie
ke en economische natie, als
partner in de Europese Ge-
meenschap. We spreken ogen
blikkelijk over de 'ijdele, eigenzinnige Fran
sen', 'hun nationale grootheidswaanzin' en
niet te vergeten, 'de Franse slag'. De Fran
sen hechten evenwel sterk aan hun identi
teit, waaraan reeds duizend jaar geschie
denis voorafging en waaraan door Gene
raal de Gaulle extra fundament werd aan
gebracht. In de twintig jaar na 1 945 over
heerste het identiteitsbesef en versterkte
het beeld van een tamelijk gesloten maat
schappij, die moeilijk over de grens te be
wegen was. Toch wordt bij ons weieens
makkelijk vergeten, dat Frankrijk een be
langrijk initiatiefnemerwas bij detotstand-
koming van de Europese Gemeenschap en
zich op eigen manier in volle overtuiging
inzette voor de verdere samenwerking.
Ook wordt nogal voorbijgegaan aan de ve
le invloeden die vanuit het land van Astérix
goede gelegenheid om deze trouwe Euro
pese metgezel eens nader te belichten.
Met een totale oppervlakte gelijk aan die
van West-Duitsland, het Verenigd Konink
rijk, België en Nederland, tezamen, is
Frankrijk met zijn 55 miljoen inwoners één
van de dunst bevolkte staten van West-Eu
ropa. Op elke vierkante kilometer wonen er
98 mensen; drie-en-half maal minder dan
in Nederland. De vele kilometers platteland
weerspiegelen het gegeven, dat 60% van
de Franse bodem een agrarische bestem
ming heeft. Driekwart van de bevolking is
dan ook geconcentreerd in de stedelijke
woongebieden, terwijl de rest is verdeeld
over 85 van de maar liefst 36 000 ge
meentes. Belangrijke delen van het land
zijn dus vele malen dunner bevolkt dan het
landelijk gemiddelde. Het midden van
Frankrijk en regio's daaronder hebben het
geringste aantal bewoners per vierkante
kilometer. De grootste bevolkingsconcen
traties bevinden zich in en rondom Parijs,
Lyon, Marseille, Lille, Bordeaux en Straats
burg. Maar sinds enige jaren stagneert de
groei van de stedelijke bevolking en is er
tevens sprake van een trek van het noorden
naar het zuiden. Een tendens die zich in de
toekomst mogelijk zal voortzetten. Ener
zijds door de regionale verschuiving in
economische activiteiten, anderzijds door
het beleid van decentralisatie dat steeds
meer vorm krijgt. Niettemin is Parijs en
voorsteden, met ruim 9 miljoen inwoners
nog als vanouds het centrum van het land.
Niet alleen voor wat de economische acti
viteiten betreft, maar vooral als bestuurlijk
hart van de natie. Ofschoon het lokale be
stuur geleidelijk aan wat meer autonomie
verkrijgt, met name in plaatselijke sociaal-
economische aangelegenheden, lopen de
meeste beslissingen uiteindelijk toch via
Parijs. Regionale besluiten van enig kaliber
komen zelfs tot op het bureau van de presi
dent van de Republiek. Voor ons vreemd -
maar voor de Fransen heel gewoon - is bij
voorbeeld, dat een lid van het parlement,
gelijktijdig een belangrijke functie op lo
kaal niveau kan hebben, zoals burgemees
ter van een grote stad. Kortom, praktisch
alle lijnen lopen naar Parijs. Deze centrali
satie is eveneens in de opbouw van de in
frastructuur terug te vinden. Wegen en
spoorwegen zijn als een web aangelegd
J. J. van Antwerpen
Internationaal
Onderzoek
rondom het centrum Parijs, dat vanuit de
periferie wordt bediend. Deze door de eeu
wen gegroeide situatie, die de rol van de
centrale overheid tot een zeer belangrijke
maakte, was niet altijd bevordelijk voor de
sociaal-economische ontwikkeling van het
land. In de loop dertijd tekenden zich soms
zeer scherpe verschillen in welvaartsont
wikkeling af.
Industrialisatie op bredere schaal deed
(in prijzen van 1975-procentuele volumeveranderingen)
in onze maatschappelijke structuur en taal
Bruto
Particuliere
Bruto
zijn neergestreken. Bijvoorbeeld het insti
binnenlandse
consumptie
investeringen
tuut 'burgerlijke stand' en de ons zo dier
produkt
in vaste activa
bare woorden 'paraplu' en 'portemonnee'.
Kortom, wij zijn via diverse lijnen hechter
1961
1971
1961
1971
1961
1971
met Frankrijk verwant, dan alleen onze va
1970
1980
1970
1980
1970
1980
kantie-indrukken doen veronderstellen. Nu
Frankrijk
5,6
3,6
5,5
4,3
7,8
2,8
onze organisatie weldra haar eerste vesti
Nederland
5,2
2,9
5,9
3,3
7,0
0,4
ging in Frankrijk zal openen, biedt zich een
EG-10
4,6
2,9
4,7
3,2
5,7
1,5
Bron: EG-commissie