Een half woord Benoeming H. J. Kerkmeester Jubilaresse met toekomst Haute Finanee taat geweest. Bij de start in 1980 zijn 147 000 participaties geplaatst a f 100,-; thans staan er 407 000 participaties uit. Gedurende de eerste helft van dit jaar nam de afgifteprijs toe van f 235,81 tot f 245,86. Dit betekent over deze periode - rekening houdend met een bonusuitke ring in mei - een toename van 7,7 procent. De inkomsten per participatie bedroegen ultimo juni 1 985 f 1 0,21 Ook de vooruitzichten voor de komende ja ren zijn gunstig. De onroerend-goedmarkt in de sectoren waarin Amvabel (indirect) opereert bevindt zich nog steeds in een op gaande lijn, terwijl de kracht van het fonds is, dat zij zich flexibel van de meest belo vende aandelen kan voorzien. Ondernemer en bankkeus. Een keus die ons bezighoudt. In de goed ontvangen on- dernemersspecial van september stonden we daarom in een 'wob' ook even stil bij de motieven die een ondernemer kan hebben om bij deze of gene bank te bankieren. Ook gingen we in op het imago dat de afzon derlijke banken bij ondernemers hebben. We wezen er daarbij onder meer op dat wat het bankimago betreft 'een bank wel zijn eigen best kan doen om een goede in druk te wekken', maar dat 'de eigenlijke beeldvorming' toch door de ondernemers zelf gebeurt. De agrarische sector in Nederland is van oudsher een sector, waarin het imago van de Rabobank gevestigd is. In de plaatselij ke gemeenschappen geworteld, ermee vergroeid, vormen de Rabobanken voor agrarisch Nederland een vertrouwd adres. Al zo'n tachtig jaar bieden zij de agrariër betrokkenheid en een scala uitstekende diensten. Rond de negentig procent van de agrarische financieringen mag boekdelen spreken. Eens te meer omdat dit percenta ge zich in al die jaren verrassend goed be stand heeft getoond tegen de toets van ge zonde concurrentie, die wij overigens altijd hebben toegejuicht. Agrariërs blijken te weten wat zij voor hun bedrijven - eigenlijk ieder op zich een luchtopname waard - aan de Rabobanken hebben. En die Rabo banken doen zeker hun best om dat imago in de agrarische sector te behouden en ver der te versterken. Hiertegenover 'een goe de indruk te wekken', dat is aan de concur rent. Die kan bijvoorbeeld een tevreden 'anony mus' ten tonele voeren, die een dergelijke goede indruk gekregen schijnt te hebben. Om diens woorden kracht bij te zetten, weerspiegelt een luchtopname van 'zo maar' een boerenbedrijf ergens in Neder land de tevredenheid van de spreker. Maar, wanneer boer of tuinder, gemeend of ongemeend, woorden in de mond wor den gelegd, kan die 'eigenlijke beeldvor- Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Met die onderscheiding, uitgereikt door mr. H. A. C. Middelweerd, burgemeester van Vleuten-de Meern, werd de heer H. J. Kerk meester, directeur Rabobank Nederland en regiodirecteur van de regio Haarlem, aan de vooravond van zijn afscheid na 40 dienstjaren in een besloten bijeenkomst begiftigd. Onze hartelijke gelukwensen voor deze echte Raboman! ming' parten gaan spelen. In het agrarisch milieu wordt onduidelijkheid over wie men is en waar men voor staat gauw gelogen straft. Dat weet een ieder die er maar een beetje thuis is. Immers: ons kent ons. Een eerlijke, zakelijke opstelling kan bij boer en tuinder altijd rekenen op een open oor. Een onjuiste voorstelling van zaken door gepronk met andermans veren, zal daarentegen zeker averechts uitwerken op hun 'eigenlijke beeldvorming'. Een open vizier, zouden we zeggen, want echte betrokkenheid kan men niet zomaar (ver)kopen. Knollen voor citroenen? Daar trappen agrariërs toch niet in. De VPR (Vereniging Personeel Raboban ken) bestaat tien jaar! Wij wensen haar met dit jubileum van harte geluk. Een felicitatie, die voor ons en voor allen die weten met welk enthousiasme en doorzettingsvermo gen de VPR in die tien jaar haar weg on danks moeilijkheden gezocht en gevonden heeft, voldoening en respect voor het be reikte inhoudt. En al staat de VPR heel for meel gezien los van de Rabobankorganisa- tie als zodanig, in ons bewustzijn is zij in die tien jaar geworden tot een gewaardeerd lid van onze Rabofamiliekring. In die kring we ten we van elkaar, dat je iets tegen elkaar kunt (en mag) zeggen en dat je daar over en weer rekening mee houdt. Raborama, het frisse blad van de VPR, wijdde zijn jubileumnummer aan 'Toen, nu en straks'. Drie tijdsorden, waarin tel kens onder andere omstandigheden veel gebeurd is, gebeurt of nog zal gebeuren. Maar alle drie geven er naar onze overtui ging blijk van, dat de rond 25 000 perso neelsleden van onze 940 banken zoveel gemeen hebben, ook in de zin van ge meenschappelijk belang, dat een vereni ging van personeelsleden eigenlijk een vanzelfsprekende zaak is. Want al die men sen werken bij een Rabobank: hetzelfde vak- en werkmilieu. Hun arbeidscondities en hun vooruitzichten, maar ook hun pro blemen en wensen zijn in wezen op dezelf de Rabonoemer terug te brengen. De VPR heeft dat gemeenschappelijke goed be grepen. Dat is haar stevige bestaansgrond! Er is een tijd geweest, dat de VPR het moei lijk had met haar eigen plaatsbepaling. Enerzijds gingen ondernemingsraden en CAAR hun belangrijke rol spelen bij ban ken en organisaties, anderzijds bleek voor de VPR de status als partij bij CAO-onder- handelingen onbereikbaar. Dat heeft span ningen gegeven, maar de VPR is die te bo ven gekomen. OR, CAAR en CAO maaien niet alle gras voor de voeten van de VPR weg: er is ruimte genoeg vooreen eigen in breng, een eigen belangenbehartiging door de VPR. Hoofddirecteur Burghouts en VPR-voorzitter Stuivenberg zijn het in dit opzicht helemaal met elkaar eens. Dat komt omdat de bestaansgrond de Rabonoemer is. Alleen een eigen vereni ging van Rabopersoneelsleden kent de 'eigenaardigheden' van onze over die hon derden banken gespreide organisatie. Zo'n vereniging kan bij individuele moeilijke si tuaties veel voor haar leden doen, zij kan ook op allerlei terrein een onmiskenbare gesprekspartner zijn over beleidszaken. De enorme gedecentraliseerde geschakeerd heid van onze banken vraagt er als het ware om. 'Samenwerken aan een verantwoord so ciaal beleid' is het motto van de VPR. Een motto, dat een directe gevolgtrekking is uit hetgeen de Rabobanken zelf met hun so ciaal beleid voorstaan. Dat opent, zoals Burghouts in Raborama schreef, perspec tieven voor de volgende tien jaar van de VPR. Een inspannende uitdaging, die waard is ten volle waargemaakt te wor den. Rabobank Nederland heeft frequent gas ten over de vloer. Dat is niet onlogisch: het vloeit voort uit de vele contacten die de Rabobank met allerlei geledingen onder houdt. Onlangs had het Utrechtse kantoor de FINEM te gast, de Vereniging voor Finan- cieel-economisch Management, een van Vervolg op pagina 29

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1985 | | pagina 7