Mijn drempel
is gelijk aan
j de vloer'
nterview
de heer P. D. Smet
De Rabobankorganisatie
kent veel markante
persoonlijkheden. Eén van
hen halen we hier voor het
voetlicht. Omdat velen zich
in deze man zullen kunnen
herkennen. Voor de oudere
garde een spreekbuis, voor
jongeren 'van na de oorlog'
één van die schaarser
wordende referentiepunten.
Die man is P. D. Smet. Op
2 september jl. vierde hij
zijn 40-jarig dienstverband
bij de Rabobank 'Sint
JansteenVan die 40 jaar
was hij ruim 37 jaar
directeur van de bank!
Alleen daardoor al is de
heer Smet een man apart,
maar ieder die hem kent
weet bovendien: Smet is
overtuigd coöperator, die
als bancair vakman veertig
jaar bij de tijd is gebleven.
De mens voorop
s Smet het 'ideaal-type' van de
Rabobank-directeur? Vlak die ge-
dachte niet uit. Smet is echter niet in
een vakje te plaatsen. Hij is voor alles
- de Zeeuws-Vlaming Petrus Domini-
cus Smet, alom bekend als Piet
- Smet. Maar wel zette deze Piet Smet
40 jaar lang een heel typische Rabo-
man neer!
Een goede vriend van Piet zei ons al: 'Piet
staat tussen het volk, dus tussen zijn
klanten, dus midden in zijn bank.' Met die
bank is het veertig jaar geleden begonnen.
'Als vanzelf', zegt Piet. In de oorlog ben ik
opgepakt en voor de 'Arbeidseinsatz' naar
Duitsland gestuurd. Twee jaar in Berlijn,
met 22 man in een barak, zelf koken, iedere
dag 2 uur heen en weer lopen naar de gie
terij. Heb de Russen zien komen, ben de
stad uitgevlucht naar de Deense grens. Op
12 juni 1945 kwam ik weer thuis. Kreeg
contact met kassier Bartz van de bank, die
door alle oorlogsdrukte achterop was ge
raakt en die schakelde mij in voor het bij
werken. Ik had het diploma Middelbare
Handelsdagschool op zak. Voorwaardelijk
in dienst, voor f 10,- per week. We hadden
een klein kantoortje achter een groot huis,
maar hielden al wel dagelijks zitting. Ik deed
het blijkbaar niet slecht, want op novem
ber kwam ik in vaste dienst. Het balansto
taal beliep in 1945 f 1 882 000,- waarvan
een flink deel geblokkeerd was in verband
met de geldzuivering.
Piet (61weet het nog, net als zijn leeftijds
genoten: zo'n bankje werd in die tijd door
de andere banken beschouwd als een
snoepwinkeltje. Daar werd hij in 1947 op
23-jarige leeftijd kassier van. In de notulen
van de algemene vergadering van 1 6 mei
1 948 lezen we:
'Wanneer we een beschouwing over het
jaar 1947 houden voor wat betreft onze
bank dan valt daarbij wel als voornaam
ste sensatie de kassierswisseling te ver
melden. Ik spreek dan ook mijn dank uit
tot de leden van het Bestuur en de Raad
van Toezicht en tot onze geestelijke ad
viseur, dat in mij het vertrouwen werd
gesteld om het werk van de Heer Bartz
voort te zetten. Op 1 augustus 1947 ver
huisde ik van mijn vroegere plaats ach
ter de tafel naar de imposante zetel
achter het bureau, waar de meesten van
u mij intussen al meerdere keren heb
ben aangetroffen.'
Dat snoepwinkeltje is in Piets tijd gegroeid
tot een bank met f 1 70 miljoen aan balans
totaal, met vier bijkantoren en met 24 per
soneelsleden. Maar Piet laat graag uit oude